Hoofdstukken per opgave
Opgave 1, 2 en 3:
Hoofdstuk 5: Bankkrediet en het kredietrisico
- Uitleg financieel risicobeheer, Investor Relations, principaal-agent theorie, informatie-
asymmetrie
Hoofdstuk 11: Ontwikkeling van theorieën en externe ontwikkelingen in het gebruik van
financiële markten
- Actuele ontwikkelingen in financieringsbeleid, MVO, sociaal ondernemingsbeleid,
Milieubeleid, Maatschappelijk verantwoord financieren, Behavioral Finance
Hoofdstuk 13: Renterisicobeheer
- Renterisico, Gap-analyse (omvang renterisico analyseren), instrumenten ter beheersing
renterisico (geldmarkttechniek), creëert risicobeheer waarde?
Hoofdstuk 6: Producten en ontwikkelingen op de financiële markten
- Kenmerken van producten (aandelen, obligaties en derivaten) op financiële markten,
ontwikkelingen, officiële markten (Dow Jones, AEX), onderhandse markten, geld- en
kapitaalmarkt (ontwikkelingen), ontwikkeling alternatieven voor banken
Hoofdstuk 14: Valutarisicobeheer
- Valutamarkt, koersnotering en werkwijze van banken, wisselkoerssystemen en
prijsvorming (KKPT), lenen in uiteenlopende valuta, vormen van valutarisico, organisatie
valutarisicobeheer, instrumenten ter beheersing van valutarisico
Opgave 4:
Hoofdstuk 7: Eigen Vermogen
- Kenmerken van het eigen vermogen, categorieën van aandelen, aandelenemissie,
winstuitkering aan aandeelhouders, kengetallen en financiële criteria van beleggers
Hoofdstuk 8: Vreemd Vermogen
- Kenmerken van het vreemd vermogen, obligatielening, onderhandse lening
Opgave 5 en 6 (H9 en H11):
Hoofdstuk 9: Kostenvoet van het eigen vermogen
- Moderne portefeuilletheorie, rendementseis aandeelhouders, rendement en risico,
CAPM, bèta, EMH, SFE
Hoofdstuk 10: Vermogensstructuur en vermogenskosten
- Vermogensstructuur (verhouding EV/VV), vermogenskosten (WACC, kostenvoet
EV/TV/VV), agency vraagstuk
Hoofdstuk 1: NCW/kasstromen
- Treasury management, kasstroomoverzicht, NCW, BTP
, Hoofdstuk 15: Bedrijfswaardering/overname
- Bedrijfsovernameproces, synergie, intrinsieke waarde, rentabiliteitswaarde, DCF
,Leidraad tentamen
Opgave 1:
Renterisico, hoogte renterisico, definitie renterisico, instrumenten afdekken renterisico
A t/m D → 11%
15 minuten
Opgave 2:
Marktwaarde project, rente verwachting, toepassen geldmarkttechniek
A t/m E → 15%
20 minuten
Opgave 3:
Kunnen en kennen van GMT inzake valutarisico, KKPT absoluut en relatief,
valutatermijnaffaire (termijncontract)
A t/m E → 19%
25 minuten
Opgave 4:
Marktwaarde berekening, kengetallen (kennen en kunnen), obligatie (MW en rente)
A t/m D → 15%
20 minuten
Opgave 5:
Unlevered/levered, CAPM (kev), ethisch verantwoord investeren,
investeringsselectiemethodes, MW EV
A t/m H → 27%
30 minuten
Opgave 6:
EMH, Behavioral Finance + voorbeeld
A t/m D → 13%
15 minuten
, Formuleblad FOR blok 4
1. Formule renteverschil
𝑑𝑎𝑔𝑒𝑛
[(𝑟𝑓𝑟𝑎 – 𝑟𝑎𝑓𝑟𝑒𝑘𝑒𝑛𝑑𝑎𝑡𝑢𝑚 )𝑥 ] 𝑥 𝑏𝑒𝑑𝑟𝑎𝑔
360
1+𝑑𝑎𝑔𝑒𝑛
𝑥 𝑟𝑎𝑓𝑟𝑒𝑘𝑒𝑛𝑑𝑎𝑡𝑢𝑚
360
Met:
r
fra = de hoogte van de rentevoet zoals afgesproken in het FRA-contract
r
afrekendatum = de hoogte van de referentierente (bijv. euribor driemaands)
2. Geldmarkttechniek
Voorbeeld stappen bij geldmarkttechniek
1. Ontvangst $11.500 uit verkoopapparatuur, dollarrente 4% jaarbasis
2. Lenen: $11.500 / (1 + 3/12 * 0,04) = $11.386,13
3. Geld van dollarrekening omzetten naar eurorekening tegen koers van €1 = $1,086 =
€10.484,47. Geld storten op de depositorekening, rente 1% op jaarbasis.
4. Terugbetaling lening incl. rente: $11.500. Saldo op rekeningcourant is door ontvangst
uit de VS nul. De opbrengst van de depositorekening is €10.510,68.
3. Marktwaarde obligatie
Marktwaarde = CW kasstroom / couponrente
4. Constante kasstroom
Rente + aflossing
5. Kostenvoet eigen vermogen na inkoop eigen aandelen
kev = wacc + (wacc - kvv) × (VV/EV)
6. CAPM formule
Kev = Rf + {B * [E(Rm) – Rf]}
Rf: risicovrije rendement (gebruik hiervoor % staatsobligaties NL of DE)
B: maatstaf systematisch risico (marktrisico) niet beïnvloedbaar!
E(RM): verwachte marktrendement (gebruikt hiervoor rendement% op de AEX-index)
[E(Rm)-Rf] = risico-opslag
7. Berekeningen met bèta
Βlevered firm = βunlevered firm × [1 + (1 - t) × VV/EV]
Met:
Βlevered firm = bèta van de onderneming die zowel met eigen als met vreemd vermogen is
gefinancierd. Gepubliceerde bèta’s hebben betrekking op bestaande ondernemingen.
βunlevered firm = bèta van de onderneming als deze geheel met eigen vermogen zou zijn
gefinancierd. Deze bèta kan worden gebruikt om een gepubliceerde bèta om te rekenen naar een
bèta voor een onderneming met een andere vermogensstructuur.
t = vennootschapsbelastingtarief
VV / EV = leverage factor, de maatstaf voor solvabiliteit.