HC1 BELEID, POLITIEK EN SOCIOLOGIE
Sanctiepakket is bedoeld om een land zijn beleid aan te laten passen > gericht op gedrag landleiders
Beleid actie (of non-actie) poging door de overheid om gedrag te beïnvloeden (en zo sp op te lossen)
Utopisch sp willen we oplossen, zorgplicht van overheid op haar burgers
Dystopisch status quo behouden, beheersing volk en behoud maatschappelijke orde
Begrijpen en verklaren waarom en wat de overheid wel/niet moet doen om een issue te handelen.
Case Kolencentrale Onyx is een goed voorbeeld van een poging tot klimaatbeleid: gefaald en de blame
op de veranderende wereldpolitiek waardoor beleidsuitvoering niet (goed) mogelijk is
A. Waarom varieert beleid over tijd?
Dit heeft te maken met de (dan geldende) politieke kleur van een land
B. Waarom varieert beleid tussen landen/regio´s?
Ook dit heeft te maken met politieke kleur, echter ook met in hoeverre iets als een probleem wordt gezien en
de aan- of afwezigheid van bepaalde belangengroepen
Kenmerken van beleid
1. Bewuste beslissing (geen natuurlijke ontwikkeling)
Wat en wanneer is iets een probleem, oorzaak die leidt tot mogelijke oplossingen
2. Om te handelen of niets te doen (action of non-action)
Actie is bv aanpassing of nieuw beleid, doelgericht, soms onbedoelde gevolgen
3. Keten van keuzes en handelingen
Op welk niveau te handelen (individu-samenleving), machtsstrijd en belangengroepen
4. Door de overheid (1 of meerdere overheidsorganen)
Met beleid kun je voorspellingen doen (ex ante is vooraf, ex post is achteraf bv voor effect of evaluaties)
Beleidsanalyse reconstructie van een beleidsvormingsproces (adhv beleidsanalysecyclus)
Beleidscyclus (beleid analyseren)
Agenda setting > Policy formation > Policy implementation > Evaluation
1. Agenda setting probleem op de agenda krijgen (bv dmv media invloed)
2. Policy formation beleid maken en/of aanpassen, wetgeving aanpassen
3. Policy implementation mensen betrekken bij beleid, keuzes maken
4. Evaluation voor wie, waar en wanneer, mogelijke uitzonderingen, handhaving
,De-commodificatie in hoeverre heb je werk nodig om te kunnen leven/inkomen te kunnen hebben maximaal is
weinig tot niet afhankelijk van werk/inkomen, minimaal is erg afhankelijk van werk/inkomen. Medium is dat je
wel degelijk moet werken om aan inkomen te komen
Means test onder een bepaald inkomensniveau is er een herverdeling > compensatie op inkomen (bv bijstand)
Sociologie bestudering van de sociale orde, begrijpen hoe individuen samenleven (cohesie en ongelijkheid)
Sterke cohesie voorkomt sociale problemen en bevorderd gezondheid. Grote ongelijkheid is slecht voor cohesie
Historisch institutionalisme wie wel/geen staatssteun krijgt, hangt af van de politieke voorkeur van dat land.
Dit bepaalt mede wat we als rechtvaardig zien binnen een land (of niet)
Rechtvaardigheid hangt samen met historisch institutionalisme. In een liberaal land is het raar wanneer je van
laagste inkomen ineens naar iedereen supporten gaat
Politiek combinatie van Polity (instituties) en Politics (politieke praktijken). Instituties (1 e en 2e Kamer) zijn er
om de orde te handhaven, politiek moet individuen tegen elkaar beschermen (met wetten en beleid). De
wortels hiervoor zijn subsidies, de stokken zijn boetes
HC2 THEORETISCHE PERSPECTIEVEN OP BELEID
3 theoretische perspectieven
1. Structuur structure-based model macro macro-sociale ontwikkelingen
2. Instituties institution-based model meso (in)formele gedragsregels, relevantie
3. Belangen interest-based model micro stakeholders, lobby
Structure based
Socio-economisch en tegenstellingen, kunnen worden
verklaard door bv vergrijzing en industrialisering
Meetbaar, kwantificeerbaar, convergentieverklarend
Institution based
Klassiek tradities van overheidsbestuur
Sociologisch interpretatie, gewoontes, isomorfisme
Historisch continuïteit en stabiliteit > verandering
Discursief verandering > continuïteit
Interest based
Actoren handelen uit eigenbelang
Bounded rationality, inkapselingsthese/captured rationlty
, Padafhankelijkheid keuzes uit het verleden beïnvloeden de keuzes in het heden
Lock-in keuzes uit het verleden beperken de keuzemogelijkheden in het heden
Isomorphism (iso is gelijk, morphosis is formeren of vervormen). Proces waarbij 2 entiteiten steeds meer op
elkaar beginnen te lijken dwang – mimese – gedeelde normen
Structure-based model
Socio-economisch demografische en economische ontwikkelingen in de samenleving (variatie over tijd)
Cleavages tegenstellingen, sociale spanningen in de samenleving (kloven, conflict tussen groep)
+ meetbaar, convergentieverklarend voor nationaal beleid, functioneel perspectief op overheidsbeleid
Aannames tegenstellingen-benadering
- Elk land heeft een veelheid aan verschillende groepen
- Omvang en samenstelling van de groepen varieert over tijd
- Elke groep eigen perceptie op problemen
- Elke groep heeft eigen belangen (vaak tegengesteld)
- Beleid komt voort uit conflict
Institution-based model
Hoe de invloed van socio-economische ontwikkelingen beperkt en gevoerd moet worden door (on)geschreven
leefregels, hierdoor heeft beleid niet altijd direct een reactie op een maatschappelijk probleem
Formeel juridisch vastgelegd, handhaving door autoriteiten dmv sancties
Informeel impliciet en ongeschreven, handhaving door andere groepsleden, bv sociale controle
Klassiek tradities overheidsbestuur, gevolgen van verschillen in politieke cultuur
+ belang staatsinstituties, historische patronen van staatsmacht
- black box (niet kijken naar keuzes politici), deterministisch, instituties stabiel maar beleid niet
Polity, formele structuren
Sociologisch regels sturen beleidskeuzes, interpretatie is belangrijk + wordt gestuurd door gewoontes
Polity&politics, (in)formele structuren, interpretatie en gewoontes, isomorfisme
Historisch history matters, padafhankelijkheid en lock-in, meer aandacht politieke cultuur en actoren
Historisch gevormde tradities, nadruk op continuïteit en stabiliteit (niet op veranderingen)
Polity&politics, (in)formele structuren, beperkingen uit het verleden, padafhankelijkheid
Discursief communicatie en kracht van ideeën, nadruk op veranderingen (niet op continuïteit)
Wisselwerking: ideeën worden gevormd binnen instituties, maar veranderen deze ook
Ideeën en communicatie, wisselwerking individu en institutionele context, veranderingen
Interest-based model
Actoren volgen eigenbelang, winstmaximalisatie (invloed, subsidies), strategisch en rationeel handelen. Niet
kijken naar wat legitiem is maar juist naar consequenties van beleid en beste voor eigenbelang
Bounded rationality behoeftebevrediging ipv compleet maximaliseren, meer oog voor onbedoelde gevolgen
van individuele keuzes door eigenbelang (en nadelig effect op collectief)