Waarden = uitgangspunten of principes die mensen belangrijk vinden in hun leven en die
ze daarom willen nastreven
Normen = regels over hoe je je op grond van een bepaalde waarde behoort te gedragen
-> waarden leiden bijna altijd tot normen
Maatschappelijk vraagstuk als er normen en waarden botsen. Hier is sprake van
wanneer:
- grote groepen in de samenleving de gevolgen ervan ondervinden
- sprake is van tegengestelde belangen en visies
- een gemeenschappelijke aanpak nodig is waarbij de overheid vaak een rol heeft
Macroniveau = grootschalige vraagstukken (veel jongeren ronden studie niet af)
Microniveau = individueel niveau (je maakt zelf je studie niet af)
Mensen hebben verschillende visies en belangen = het voordeel dat iemand ergens
bijheeft. Er kunnen belangentegenstellingen ontstaan uit bv verschillende ideologieën of
maatschappelijke posities. Belang kan met materiaal en immaterieel te maken hebben.
Dilemma = een lastige keuze uit twee of meer alternatieven die allemaal duidelijke
nadelen hebben.
Bij de politiek worden er vaak compromissen gesloten om een keuze te maken. De
overheid = bestuurders, volksvertegenwoordigers en ambtenaren samen, is
verantwoordelijk voor het opstellen, de uitvoering en de naleving van alle wetten.
Maatschappelijke vraagstukken verschillen per:
- plaats, tijd en groep
Het veranderen van normen, waarden en belangen in een maatschappij heet dynamiek
van de samenleving.
Bij maatschappijleer vier aspecten:
- rechtsstaat (vrijheden)
- parlementaire democratie (besluiten van partijen, invloed op besluitvorming)
- pluriforme samenleving (culturen)
- verzorgingsstaat (welvaart, welzijn)
Macht = het vermogen om het gedrag of denken van anderen te beïnvloeden, desnoods
met dwang. -> macht die geaccepteerd is heet gezag. Je hebt ook machtsbronnen denk
aan geld, functie of kennis.
Sociale ongelijkheid = een ongelijke verdeling van kennis, financiële middelen en macht.
Sociale cohesie = de mate waarin mensen zich verbonden voelen met elkaar.
Je hebt dit op allerlei niveaus en aantallen.
, Parlementaire democratie
Paragraaf 1 wat is democratie?
Een staat is soeverein als die op een bepaald, duidelijk begrensd gebied het hoogste
gezag uitoefent en het geweldsmonopolie heeft. Thomas Hobbes vond dat alle burgers
belang hebben bij soevereine staten. Anders zou er een oorlog zijn tussen allen tegen
allen.
Politiek gaat over het maken van keuzes waaraan allen in een staat zijn gebonden. De
keuzes worden in wetten vastgelegd. De meeste onderwerpen waarmee de politiek zich
bezighoudt zijn van algemeen belang, veel mensen krijgen er nu of later mee te maken.
Sommige onderwerpen lijken alleen voor specifieke groepen waardevol. Dit is niet zo,
rechten zijn voor iedereen van belang. Belangrijk dat je de politiek volgt en je stem laat
horen.
Goede besluiten nemen kost veel tijd. Er is een groot dilemma van de politiek: kiezen we
voor snel en efficiënt besturen of voor een maximale participatie van burgers.
In een democratie gaat het over de macht van velen, het volk regeert. Vroeger had je
directe democraties zoals bij de Grieken waar het volk op een plein stemde over
beslissingen. Nu bestaat het referendum, een volksstemming over een voorstel.
In de meeste democratische landen zie we vormen van indirecte democratie, de
representatieve democratie. Hierbij kiest het volk vertegenwoordigers die de
beslissingen nemen en aan de bevolking verantwoording moeten afleggen over hun
beleid. Die van ons is gebaseerd op de beginselen van een rechtsstaat.
Andere kenmerken van een democratie:
- individuele vrijheid
- politieke grondrechten, zoals stemmen en verkiesbaar stellen
- wettelijk beperkte bevoegdheden, niet zomaar aangehouden worden
- onafhankelijke rechtspraak, los van de politiek
- persvrijheid
Je hebt twee soorten representatieve democratieën: parlementaire stelsels en
presidentiële stelsels. Bij die eerste kiest de bevolking een parlement. Vaak is er een
niet-gekozen staatshoofd. Is dit een koning, dan is er een constitutionele monarchie. De
macht van de koning ligt vastgelegd in de Grondwet. Bij een presidentieel stelsel kiest het
volk ook nog het staatshoofd die veel bevoegdheden heeft. Om de macht enigszins te
beperken mist hij het ontbindingsrecht om het parlement te ontbinden. Nederland is nu
een parlementaire democratie met een constitutionele vorst.
Kabinet is het dagelijkste bestuur van ministers en staatssecretarissen.
Grondwet laat zien hoe belangrijk vrijheid en gelijkheid is. Wat zien we in de Grondwet
terug:
- taken en bevoegdheden van politieke macht staan omschreven
- vanaf 18 mag je stemmen, demonstreren, politieke partij oprichten
- regels voor politieke besluitvorming zijn vastgelegd
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper db6. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,39. Je zit daarna nergens aan vast.