Ondersteuning van mensen met een
beperking
Toetsing tentamen van open vragen
Hoorcollege 1
Medische visie ontwikkelingsvisie (19e eeuw) ondersteuningsvisie (huidig)
Defectvisie (19e eeuw)
Medisch model
Status: patiënt/zwakzinnige
Wonen: speciale instituten
Maatschappelijk: segregatie
Doel: goed verzorgen
Middel: verzorgen en verplegen
Ontwikkelingsvisie (2e helft 19e eeuw)
Ontwikkelingsmodel
Status: leerling/ mens met mogelijkheden
Wonen: speciale voorziening in de samenleving
Maatschappelijk: normalisatie
Doel: zelfstandig/ normaal leven
Middel: ontwikkelingsplan
Ondersteuningsvisie (huidig)
Burgerschapsparadigma, nadruk op beperkingen in de omgeving
Status: medemens/ brger
Wonen: gewone voorziening in de samenleving (deinstitutionalisatie!)
Maatschappelijk: inclusie, integratie
Doel: kwaliteit van bestaan, zelfbepaling!
Midden: ondersteuningsplan
,Theorie
Zelf determinatietheorie: competentie, autonomie en verbondenheid. Zelfregie stimuleren
Capability benadering: individueel welbevinden, eigen invulling van bestaan/ wat vindt iemand
waardevol
Contextueel/systemisch: naast vragen van persoon/cliënt, het netwerk/gezin betrekken. Ook de
vraag van het gezin staat centraal
Visieverandering
Van negatieve narratief (wat kan iemand niet) includeren van positief narratief (wat kan iemand
wel)
Definitie
Beperking in intellectueel functioneren (IQ) en beperking in adaptieve vaardigheden ( conceptuele en
communicatieve vaardigheden, sociaal-emotionele vaardigheden en ADL praktische vaardigheden
zoals aankleden)
Diagnostiek/assessment houdt rekening met cultuur, systeem etc. Groot deel van het werk van een
orthopedagoog ligt bij de diagnostiek, zorgplanning en instrueren van vakspecialisten.
Classificatie in subgroepen: belang van deze afbakening is bijvoorbeeld vergoedingen, inrichting van
groepen/woningen, specialistische hulp en toepasbaarheid van interventies/instrumenten.
Mensen met (zeer) ernstig verstandelijk meervoudige beperking ((Z)EVMB)
Meerdere termen
Moeilijk af te bakenen groep
IQ < 25
o Motorische beperkingen
o Veelal bijkomende problemen
Heterogeniteit
Totaal afhankelijk van de omgeving (maximale gespecialiseerde ondersteuning)
Prevalentie
- 0.85% in NL met VB
- Ongeveer 74.000 (licht), 68.000 (ernstig) en 10.000-3000 (ZEVMB)
- 2,2 miljoen mensen zwakbegaafd (IQ 70-85), waarvan ongeveer 1,4 miljoen ernstige
problemen in sociale redzaamheid (licht verstandelijke beperking) en dus langdurige zorg
,Oorzaken van verstandelijke beperking:
- Genetisch
- Rondom bevalling/Geboorte trauma
- Cognitieve aandoening van het centraal zenuwstelsel
- FAS Foetaal alcohol syndroom/ Moeder die drug/alcohol gebruikten bij zwangerschap
- PKU metabole ziekten, erfelijke stofwisselingsziekte
- Virus infectie
- Loodvergiftiging
- Maar heel vaak onbekend!!
Verstandelijke beperking wordt voor 22e jaar gediagnosticeerd, daarna wordt er vaak gesproken van
aangeboren hersenletsel.
Veel gezondheidsproblemen bij mensen met verstandelijke beperking. Belangrijk om te weten omdat
er veel communicatieproblemen zijn. Hierdoor is veel nog niet ontdekt en vorderen primaire
problemen snel in secundaire problemen. VB: problemen met voeding (primair) leiden tot
ondergewicht (secundair) wat leid tot slechtere alertheid. Vroege detectie dus van belang. Kunnen
fysieke gevolgen hebben, maar ook sociale (denk aan bedplassen door epilepsie).
Gezondheidsproblemen vaak te zien aan gedragsveranderingen bij mensen met een verstandelijke
beperking door communicatieproblemen.
- Levensverwachting is gemiddeld 6-20 jaar lager.
- Hoe ernstiger de mate van verstandelijke beperking, hoe meer gezondheidsproblemen, hoe
lager de levensverwachting.
- Multimorbiditeit! Meerdere gezondheidsproblemen op hetzelfde moment 98%
- Co morbiditeit: meerdere stoornissen/syndromen tegelijk verhoogt sterfte, verminderd
fysiek en psychisch functioneren en beïnvloed daarmee de kwaliteit van leven. Komt veel
voor bij (Z)EVMB en op jongere leeftijd
Psychiatrische problemen:
Weinig generaliseerbaar onderzoek, methodologische problemen moeilijk te
diagnosticeren
Praktijk:
Wees alert en kennis over gezondheidszorg van belang (preventie, correct behandelen)
Etiologie (oorzaken), ernst beperking en leeftijd (belangrijke gegevens om te weten)
Vroeg ontdekken en adequaat behandelen belangrijk, diagnostiek van
gezondheidsproblemen en registratie ervan
Taken orthopedagoog:
Is er sprak van pijn? Observatielijsten voor pijn afnemen
Is er sprake van dementie? Dementievragenlijsten afnemen
Is er sprake van psychische stoornis? Diagnostiek
Signalerende functie, maar orthopedagogen onderzoeken somatische problematiek niet zelf
(verpleegkundig specialist, HA, specifieke expertise, AVG: Arts voor Verstandelijk
Gehandicapten)
, Modellen:
Wat moet de orthopedagoog met deze modellen? Een kader om via gemeenschappelijke taal het
functioneren van een mens in zijn totaliteit in kaart te brengen. Alleen een medische diagnose is NIET
voldoende ondersteuningsbehoefte en uitkomsten te bepalen. Niet gericht op wat er mis is, maar
welke ondersteuning kunnen we bieden? Modelleen zijn dus cruciaal voor een orthopedagoog.
- AAIDD-model
o Multidimensioneel – bio psychosociaal
o Interactioneel
o Belang van de context is groot
o Verschillende perspectieven mogelijk (gezondheid, kwaliteit van bestaan, sociaal
maatschappelijke ontwikkeling)
o Rol van ondersteuning (deze staat centraal in het AAID model en wordt hierin verder
uitgewerkt)
- Kwaliteitskader bestaat uit vier bouwstenen (deze kennen)
o Aandacht persoonsgerichte zorg
o Onderzoek naar cliëntervaringen
o Zelfreflectie in zorgteams
o Rapportage en visitatie
Diagnostiek het proces van verzamelen, ordenen en interpreteren van informatie over een
persoon en zijn of haar situatie, om een adequaat beeld te krijgen van de persoon. De persoon in de
context bekijken. Zonder diagnostiek weet je niet hoe en wat, cyclisch proces en geeft richting aan de
ondersteuning (meer dan alleen classificatie ook planning, programma en evaluatie. Meer dan
alleen tests ook dossier, observatie, interview en vragenlijsten)
Verkrijgen informatie over:
De persoon (etiologie/oorzaak, ernst, bijkomende beperkingen en gezondheid,
voorkeuren/wensen)
De omgeving (gezin, groep, verwachting ouders, culturele achtergrond)
De relatie persoon omgeving (interactie, aansluiten bij niveau, wordt er rekening
gehouden met de beperkingen bijv. autisme)