Samenvatting wetenschappen en techniek- Boek De basis
Samenvatting Onderzoekende kinderen
Samenvatting wetenschappen en techniek
Alles voor dit studieboek
(74)
Geschreven voor
Hogeschool Gent (HoGent)
Leerkracht Lager Onderwijs
Oriëntatie Op De Wereld 1
Alle documenten voor dit vak (8)
Verkoper
Volgen
milaotis0407
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Basiskennis WT & tijd
EXAMEN JANUARI
,Biologie
1 Hoofdstuk 1: evolutie
1.1 Overzicht van de evolutiegedachte
- Evolutie = het wijzigen van kernmerken (bij levende organismen) over de generaties heen
o Vroeger geloofden mensen niet dat organismen evolueerden en dat er nieuwe soorten
bijkwamen (ze geloofden de leer van het fixisme)
o Linnaeus uitvinder van het systeem voor de naamgeving van soorten
1.1.1 De klassieke oudheid
- Ideeën voortbouwen op andere ideeën.
- Plato: soorten onveranderlijk
- Aristoteles: levende organismen vormden zich door een innerlijke vormgevende kracht
uit niet-levende materie; mens en alle viervoeters uit 1 larve; door kruising
(hybridisatie) ontstaan nieuwe soorten
1.1.2 Creationisten en intelligent design
- Geloven in scheppingsverhaal door God
- Soorten kunnen niet evolueren = macro-evolutie; wel veranderingen binnen soort door
natuurlijke variatie = micro-evolutie
- Fossielen van uitgestorven soorten = organismen die de ark van Noach misten (=
zondvloed- of catastrofentheorie) of aarde geschapen met fossielen in die nooit
hebben geleefd.
≠ evolutietheorie, ≠ wetenschap
- 1989: ‘de theorie van intelligent design’ = bij het ontstaan en de ontwikkeling van
leven is een sturende kracht werkzaam geweest, die de evolutie stuurt
1.1.3 Lamarck en zijn voorlopers
- Jean Baptiste Lamarck (1744-1829) = 1e wetenschapper met uitgewerkte
evolutietheorie
Soorten evolueren tot nieuwe soorten, maar er sterven geen soorten uit.
Door 2 mechanismen:
o Opeenstapeling van kleine afwijkingen (door interne kracht tussen ouder en
kind)
o Overerfbaarheid van tijdens het leven verworven kenmerken =
(neo)lamarckisme
1.1.4 Darwinisme
1.1.4.1 Darwin en Wallace: het ontstaan van de theorie
- Charles Darwin (1809-1882):
Bestudeert geologie en biologie v/d continenten v/h zuidelijk halfrond (observeert
alles)
Boek ‘Principles of Geology’ van Lyell met idee van wetenschapper James Hutton: idee
dat aarde is gevormd door processen die nu ook plaatsvinden, maar trager. Darwin
concludeert dat dieren en platen ook zo traag veranderen dat we het niet zien.
Boek ‘Essay on the principe of Population’ van Malthus: dieren, planten en mensen
produceren meer nakomelingen dan dat er kunnen overleven => constante strijd om te
overleven. Darwin concludeert wie het best is aangepast zal overleven.
Bezoek Galapagoseilanden (Ecuador): op elk eiland een ander type vink (andere bek
aangepast aan voeding)
1.1.4.2 De theorie
- Onderlinge strijd tussen individuen om te overleven (competitie)
1
, - Elke individu is uniek, maar lijkt op zijn ouder => kenmerken = overerfbaar
Kenmerken die voordeel opleveren in bepaalde omgeving, worden behouden =
natuurlijke selectie of ‘survival of the fittest’
- Variatie = toevallig; selectie = door omgeving
Adapties/ aanpassingen = de overerfbare veranderingen in gedrag, bouw of werking
van bepaalde organen die het organisme een voordeel geven in een bepaald milieu
Seksuele selectie: pauwenstaart helpt bij het vinden v/e vrouwtje; gewei is handig
wanneer ze vechten om een vrouwtje
- Principe van overerving kon hij niet verklaren => 1893: August Weismann toonde aan
dat het onmogelijk is om tijdens het leven verworven kenmerken door te geven aan
nakomelingen.
- Darwin geloofde in ‘vermengde overerving’: nakomelingen = mengeling van beide
ouders
- Gregor Mendel: ‘erfelijkheidsdeeltjes’ => voor elk kenmerk twee erfelijkheidsdeeltjes
(allelen) die worden gesplitst, nakomeling krijgt van elk ouder een allel; onafhankelijk
overgeërfd; dominante en recessieve allelen
Geen vermengde overerving!
Mendelisten (=aanhangers van Mendel): mutaties zorgen voor evolutie
‘de moderne synthese’: theorie van Mendel + theorie van Darwin
1.1.4.3 Voorbeelden
1.2 Soortvorming en soortconcept
“Hoe zijn al deze soorten ontstaan?”
Door natuurlijke selectie of seksuele selectie (binnen 1 groep organismen)
Niet in contact komen met soortgenoten door geografische barrière => evolueren tot
nieuwe soort (blijft zo als de barrière verdwijnt)
Duurt tussen 5000 en 30 miljoen jaar
Planten: voortplantingstijd
Lichamelijke kenmerken zorgen ervoor dat soorten zich niet meer met elkaar kunnen
voortplanten.
4 Hoofdstuk 4: schimmels
4.1 Schimmels, een ras apart
- Eeuwen discussie over de
plaats van schimmels
Vroeger: ‘sporenplanten’
(samen met mossen en varens)
Nu: ‘schimmelrijk’ of ‘rijk van
de zwammen’
(opzichzelfstaand rijk-moeilijk
in te delen) => geen algemeen
aanvaarde indeling (100 000
gekend v/d 1,5-5 miljoen
soorten)
≠ dieren en planten, maar nauwer verwant met dieren
= heterotroof = niet zelf voedsel kunnen voorzien; afhankelijk van iets of iemand anders
- Dieren + schimmels => bevatten reservestof glycogeen, planten => bevatten
reservestof zetmeel
- Chitine = stof die voorkomt bij schimmels en insectenpantsers vormt
- Schimmels komen OVERAL op aarde voor
2
, 7 stammen (veelgebruikte indeling)
Zakjeszwammen > groep met meeste soorten
> sporen: zitten met 8 in een zakje voor ze
loskomen
> zien er bijzonder uit!
> voorbeelden: morielje, truffel,
bekerzwammen, gisten, voetschimmels
(meeste korstmossen)
> bij ons: gekraagde aardster A (laat af en toe
een wolkje sporen los), gewone morielje B,
grote oranje bekerzwam C, appelrotkelkje D
A
B
D
C
Steeltjeszwammen > sporen: staan op steeltjes voor ze loskomen, met blote oog niet zien
(plaatjes of buisjes onderaan de hoed = steeltjeszwam)
> voorbeelden (bij ons): vliegenzwam A, oesterzwam B, elfenbankje C,
aardappelbovist D
C
A
D
B
Steeltjeszwammen (onderverdelen a.d.h.v. de vorm v/d vruchtlichamen)
Plaatjeszwammen > sporen: ontwikkelen zich op plaatjes
> voorbeelden: vliegenzwam, grote parasolzwam
Buisjeszwammen > sporen: ontwikkelen zich in fijne buisjes (kleine
gaatjes aan de onderzijde v/d zwam
> gekend voorbeeld = de boleten
> voorbeelden: eekhoorntjesbrood, heksenboleet
Buikzwammen > sporen: gevormd in de bolvormige paddenstoel, die bij rijpheid
openbreekt (kunnen tot 7 triljoen sporen bevatten)
> reuzenbovist: komt los en beweegt door de wind waardoor sporen lossen
Trilzwammen /
Roesten /
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper milaotis0407. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.