Samenvatting Bouwkunde 1
Vastgoed en makelaardij, leerjaar 1
De constructie is het skelet van een gebouw. Een constructie gaat om veiligheid, in Nederland zijn er
veel regels aan verbonden.
Constructie: Draagconstructie/casco
- Bestaat uit wandelen, vloeren en/of kolommen
- Brengt gewicht en belastingen over naar de fundering.
- Zorgt voor stabiliteit van het bouwwerk.
Bouwmethode: Manier waarop het casco op de bouwplaats wordt vervaardigd.
- Traditioneel (stapelbouw)
o Fundering, vloeren, muren op bouwplaats vervaardigd. Kozijnen, ramen, deuren,
trappen in werkplaats gemaakt.
o Arbeidsintensief.
- Skeletbouw (hout, beton, of staal)
o De fundering en begane grond moeten van beton zijn in verband met rotten.
- Gietbouw
o Wanden, vloeren in het werk in de bekisting gestort
- Elementenbouw (systeem-, montage-, prefabbouw)
o Snel en makkelijk rekening houden met wensen (elektriciteit etc)
Het draagvermogen van de grond wordt bepaald door de korrelstructuur en het water dat zich
tussen de korrels bevindt. Zand is het meest daadkrachtige grondsoort. Het lijkt zacht maar bij de
juiste korrel en vochtigheid kan zand heel stevig worden. De bodem zakt door inklinking van klei en
veengronden. De grond klinkt in, de bodem zakt. Inklinking ontstaat door grondwateronttrekking en
door een nieuwe belasting op de bodem.
Door grondbewerking kan de grondstructuur wijzigen: Zetting: Het gering en gelijkmatig zakken van
een gebouw door natuurlijke oorzaken. Dit is niet erg zolang het maar gering en gelijkmatig gebeurt.
Het wordt pas vervelend wanneer er naar een kant wordt gezakt: zakking. Zakking: Is een ernstige
vorm van zetting en levert in de meeste gevallen scheurvorming op.
Maaiveld : staatniveau
Grondkering: Is een constructie om een niveauverschil in het maaiveld op te vangen. Aan de ene
kant van de grondkering is een hoger grond- of waterniveau aanwezig dan aan de andere kant.
Om ‘droog’ te kunnen werken in een bouwput de grond en het grondwater worden tegengehouden
d.m.v. een damwand. Grondkering in de bouw (damwand):
- Houten damwand
- Stalen damwand
- Betonnen damwand
Afstand houders worden gebruikt om damwanden rechtopstaand te houden.
Bemaling: Het wegpompen van overtollig regenwater dat in de bouwput komt. En de
grondwaterstand tijdelijk verlagen met pompen.
,Als je een kavel gaat aankopen moet je eerst wat grondonderzoeken doen:
- Milieukundig onderzoek - bodemverontreiniging
- Hydrologisch onderzoek - gedrag grondwater
- Geotechnisch onderzoek - draagvermogen van de grond
Bodemsanering: Nadat bij milieukundig bodemonderzoek verontreiniging in de grond is aangetroffen
(bijv. teer, zware metalen, olie)
Sonderen: Bepalen van de draagkracht van de grond en de grondsoorten. Met een sondeerapparaat
wordt de weerstand (conusweerstand) van de grond bepaalt tegen indringing. Geotechnisch
onderzoek.
Fundering: Brengt gewicht van het gebouw over op voldoende draagkrachtige grond. Gewicht wordt
bepaald door de massa van de verwerkte materialen en de belastingen die op de vloeren worden
uitgeoefend. Fundering altijd onder de grond.
Keuze type fundering afhankelijk van:
- Aard/gewicht bouwwerk
- Aard van de grond en het grondwater
- De kosten
Eisen fundering:
- Voldoende stijfheid
- Bestand tegen invloeden van buitenaf
- Grond onder fundering mag niet te veel worden samengedrukt
- Veilige draagkracht grond mag niet worden overschreden
- Er mogen geen grote of ongelijkmatige zettingen optreden
Minimale aanlegdiepte: 600 mm in verband met de vorstgrens. Vaak wordt er 800 mm aangehouden.
1. Fundering op staal: Er wordt gefundeerd op een draagkrachtige grondlaag, die direct onder
maaiveld is gelegen (geen heiwerk benodigd).
• Gemetselde fundering: Oudste funderingsmethode, wordt bij nieuwbouw niet meer
toegepast
• Strokenfundering: Wordt toegepast bij eenvoudige woningbouw en lichte gebouwtjes (vaak
toegepast)
• Strokenfundering met verstijvingsrib (grote stijfheid): Wordt toegepast bij onregelmatige
grondsamenstellingen en belastingen
• Poeren- of stiepenfundering: Wordt toegepast bij hallen/loodsen/industriegebouwen onder
kolommen
• Plaatfundering: Wordt toegepast bij lichte gebouwtjes op slappe ondergrond.
• Bekisting: PS-bekisting vaak toegepast in de woningbouw; verloren bekisting
,2. Paalfundering: Als de draagkrachtige laag te diep ligt om op staal te funderen. Belasting wordt
overgebracht op dieper gelegen grondlaag.
• Houten palen
o Moet volledig onder water staan, bij daling grondwaterpeil → paalrot
• Prefab-betonpalen
o Aangebracht door heistelling (heien)
• In het werk gestorte funderingspalen
o Grondverdringende palen; Inheien holle stalen buis, aanbrengen wapening, storten
beton, trekken buis
o Palen zonder grondverdringing; Trillingsvrij en geluidsarm m.b.v. geschroefde palen
Kruipruimte:
- Overbruggen afstand fundering- begane grondvloer
- Ruimte voor aanleg leidingen en afvoeren (elektra en riolering)
- Minimaal 500mm hoogte, te bereiken door kruipluik
Ventilatie met buitenlucht is een vereiste i.v.m. tegengaan condens in de kruipruimte.
Ventilatie voorkomt schimmelvorming en houtrot.
Houten begane grond vloeren bij nieuwbouw niet meer toegestaan (i.v.m. aanzuigen
vochtige lucht uit kruipruimte)
Bij bestaande bouw, de kruipruimte en ventilatie roosters in de gevel (voor en achterzijde)
altijd goed inspecteren.
, Gebakken en niet- gebakken stenen en steenconstructies
Je hebt twee soorten stenen: Kunststeen en natuursteen. Kunststenen zijn
te verdelen in gebakken steen en niet gebakken steen. Natuursteen wordt
rechtstreeks uit de natuur gehaald/gevonden.
Figuur 1 - Natuur steen
Gebakken steen (metselstenen): Verschillende
soorten en productiemethoden (bijv. met de hand, vormbakmachine,
strengpers). Betrouwbaar, duurzaam en milieuvriendelijk.
Formaten: veelal 210x100x40 mm (vechtformaat) of 210x100x50 mm
(waalformaat) meest gebruikt of 210x100x65 mm (dikformaat).
In Nederland zit er veel klei in de grond. Dit is handig als materiaal om
Figuur 2 - Gebakken steen bakstenen te bakken, erg duurzaam dus.
Niet gebakken stenen: Kalkzandsteen, Betonsteen, Cellenbeton, Gipsblokken.
Kalkzandsteen
- Voor zowel dragende als niet dragende binnen- en buitenmuren
- Dunne afwerklaag (pleister)
- Glad uiterlijk (schoon metselwerk)
- Goedkoper dan baksteen (grotere, lichtere blokken)
- In verschillende formaten verkrijgbaar
Figuur 3 - Kalkzandsteen
Gipsblokken en -elementen
- Niet-dragende binnenwanden
- Worden verlijmd (droge methode)
- Brandwerend
- Duurzaam
Gipsplaten:
- Gipskartonplaat (kern van gips) → makkelijk bewerken
- Gipsvezelplaat (brandwerend, vochtresistent) → moeilijk bewerken
Cellenbeton (gasbeton)
Figuur 4 - Gips
- Poeder zorgt voor kleine cellen, deze cellen hebben een meer isolerende waarde
en is daardoor een minder zwaar materiaal
- Dragende en niet dragende binnen- en buitenwanden
- Licht bouwmateriaal
- Brandwerend
- Warmte en geluidsisolerende eigenschappen Figuur 5 - Cellenbeton
Steenconstructie