Samenvatting mensenrechten en veiligheid
Week 1
Reader
Veiligheid nader beschouwd
Een hanteerbare definitie van veiligheid is de bescherming tegen gevaar. Maar het concept
veiligheid is voor velerlei uitleg vatbaar. Veiligheid wordt steeds vaker gelijkgesteld aan de
afwezigheid van gedragingen of gevoelens die een negatieve betekenis gemeenschappelijk
hebben.
1. Fysieke en sociale zekerheid
Fysieke veiligheid
De fysieke veiligheid komt in het geding als de volksgezondheid wordt bedreigd door de
uitbraak van een epidemie, maar ook bij een grootscheepse dijkdoorbraak of een ongeluk in
een chemische fabriek. Fysieke veiligheid raakt de beleidsterreinen van volksgezondheid,
landbouw, verkeer, ruimtelijke ordening of milieu. Fysieke veiligheid kan worden
omschreven als veiligheid die afhankelijk is van fysieke factoren die aanleiding kunnen geven
tot het ontstaan van branden, ongevallen en rampen.
Sociale veiligheid
Bij sociale veiligheid gaat het om menselijk handelen.
Een definitie van sociale veiligheid is de bescherming of het zich beschermd voelen tegen
gevaar dat veroorzaakt wordt door of dreigt van de kant van menselijk handelen in de
openbare ruimte.
2. Objectieve en subjectieve veiligheid
Objectieve veiligheid: gaat over veiligheid die objectief vaststel
baar is, bv aan de hand van het aantal geregistreerde inbreuken op de veiligheid of het
aantal gemeten incidenten.
Subjectieve veiligheid: waar objectieve veiligheid over cijfers gaat, gaat subjectieve veiligheid
over gevoel, bv van angst om slachtoffer te worden van misdrijven en criminaliteit.
Nederland is een veilig land, maar toch voelt het alsof veilig Nederland niet bestaat.
The crime drop: cijfers over geregistreerde criminaliteit laten vanaf begin deze eeuw een
dalende tendens zien.
Gevoelens van onveiligheid worden door verschillende factoren bepaalt. Slachtofferschap
zegt iets over onveiligheid. Mensen relateren hun gevoel van veiligheid vrijwel altijd aan
mogelijk slachtofferschap van criminaliteit. Aan andere vormen van onveiligheid, zoals
ongelukken, natuurrampen of oorlogen, wordt niet of nauwelijks gedacht.
Slachtofferschap en angst liggen dicht bij elkaar. Onveiligheidsgevoelens komen lang niet
altijd voort uit negatieve ervaringen die mensen zelf met criminaliteit hebben. Vaak zegt het
meer over de instelling waarmee ze de straat opgaan. Mensen die zich wel eens onveilig
,voelen, hebben een negatiever beeld over de ontwikkeling van de criminaliteit en de
normen en waarden in Nederland. Ook hebben zij minder vertrouwen in de overheid en de
rechter. Onveiligheid en onveiligheidsgevoelens zijn niet goed voor de leefbaarheid van een
wijk en maken identificatie, het wijkgevoel, nagenoeg onmogelijk. Het gevoel van
onveiligheid wordt mede bepaald door incidenten die breed worden uitgemeten in de
media.
Structureel incidentalisme: wanneer geweldsuitbarstingen schijnbaar los van elkaar staan
maar toch een patroon lijken te vormen.
Relativeringen
Nederland is veilig maar voelt onveilig. Klopt dat wel dat we ons onveilig voelen? Twee
relativeringen zijn op zijn plaats. Ten eerste vertoont de beleving van onveiligheid volgens de
statistieken een dalende trend. Een tweede relativering komt op als we Nederland
vergelijken met andere landen. De veiligheidsgevoelens van Nederlanders steken gunstig af
bij het internationale gemiddelde.
Het is bekend dat de relatie tussen enerzijds de beleving van onveiligheid en anderzijds de
feitelijke omvang ervan beperkt is: beleving en feitelijkheid ontwikkelen zich tot op zekere
hoogte los van elkaar. De maatschappelijke onrust en de daaraan gekoppelde behoefte aan
maatregelen lopen vaak meer parallel aan de beleving van onveiligheid dan aan de feiten.
Dat betekend dat een weergave van feitelijke onveiligheid gewoonlijk een slechte
voorspeller is voor de overheid om maatregelen te treffen. Mensen zijn van mening dat
Nederland steeds onveiliger wordt, maar zelf voelen ze zich juist minder onveilig. De
discrepantie tussen objectieve en subjectieve veiligheid veiligheidskloof.
3. De aanvaardbaarheid van (on)veiligheid
Geplaatst in een maatschappelijke context gaan veiligheid en onveiligheid over zekerheden
en risico’s. de aanvaardbaarheid van (on)veiligheid gaat over de waarde die de samenleving
hecht aan de bescherming die de overheid moet bieden tegen gevaren die een bedreiging
vormen voor het leven, gezondheid en welzijn van de mens, het milieu of materiele
belangen. Het betreft de omvang van de veiligheidszorg en daarmee in wezen de verdeling
tussen burger en overheid over wie op het gebied van veiligheid waarvoor verantwoordelijk
is. Criminaliteit wordt door burgers als het belangrijkste maatschappelijke probleem
beschouwd.
Vijf oriëntaties
Risicosamenleving (Beck)
Risicomaatschappijen zijn die samenlevingen die worden geconfronteerd met de
uitdagingen als gevolg van de zelf gecreëerde mogelijkheid om alles op aarde te vernietigen.
Beck stelde dat de technologische ontwikkeling een dusdanige vlucht heeft genomen, dat zij
haar eigen risico’s niet meer kan beheersen. Er is sprake van een veiligheidsparadox door
de succesvolle modernisering zijn de materiele noden afgenomen, maar zijn de potentiële
,bedreigingen juist toegenomen. De burger eist meer veiligheidszorg, maar de overheid kan
de risico’s waaraan de moderne samenleving bloot staat niet allemaal zelf dragen.
Vloeibare samenleving
Oude zekerheden verdwijnen zonder dat er nieuwe voor in de plaats komen. De vloeibare
samenleving leidt tot onthechting, ontwijking, vluchtgedrag en een hopeloze jacht op
identiteit. De centrale emotionele toestand in een vloeibare samenleving is die van
unsicherheit. De vloeibare samenleving is te beschrijven als een cultuur die mensen
ontvankelijk maakt voor normoverschrijdingen en/of voor de angst daarvoor.
Hans Boutellier borduurt voort op de vloeibare samenleving en stelt dat we in een
protocriminele cultuur leven.
Hij draag daar 3 elementen voor aan:
1. radicale individualisering, die ruimte geeft aan ongepast gedrag waaraan zelfs een zekere
status is te verkrijgen
2. verlangen naar zekerheid, dat de weg opent naar gemankeerde gemeenschapsvormen die
in zichzelf een bedreiging kunnen vormen van de sociale orde (fundamentalisme, gated
communities)
3. hoge tempo van culturele veranderingen, dat het gevaar van uitsluiting met zich
meebrengt
Emotiesamenleving
Marnix Eysink Smeets stelt dat percepties en belevingen in de huidige samenleving veel
belangrijker zijn dan ooit eerder. Als mensen bv denken dat het OV onveilig is, zullen zij het
OV mijden, ongeacht of dit feitelijk juist is.
Non-sociale samenleving
Gevoelens van onbehagen en onveiligheid worden verstrekt doordat mensen onvoldoende
vertrouwen hebben in instituties die hun veiligheid moeten waarborgen. Er is sprake van een
afnemende betrokkenheid van mensen bij elkaar (sociaal vertrouwen) en bij hun
democratische instituties (politiek vertrouwen). De afnemende sociale cohesie heeft
nadelige sociale gevolgen, zoals anonimiteit, vervreemding, onveiligheid, criminaliteit,
afnemend welzijn.
Multiculturele samenleving
De kloof tussen groepen lijkt alleen maar groter geworden. En met de opkomst van Fortuyn
werden multiculturaliteit en integratieproblematiek gekoppeld aan leefbaarheid en
veiligheid, een koppeling die in het hedendaagse discours nog steeds stand houdt. Terwijl de
criminaliteit als geheel al enkele jaren licht daalt, stijgt de criminaliteit van jongeren uit
immigrantenmilieus.
, De veiligheidsutopie (Boutellier)
Drie redenen waarom criminaliteit en onveiligheid tot grote bezorgdheid begin 21 e eeuw
hebben geleid: toename criminaliteit vormt de concrete aanleiding, de positie van de staat
bepaalt de hoge inzet en de culturele veranderingen vormen de oorzaak.
De criminaliteit neemt toe en nieuwe vormen van criminaliteit dienen zich aan. jongeren van
buitenlandse afkomst zijn oververtegenwoordigd in de criminaliteitscijfers.
Criminaliteit is ook uitgegroeid tot een politiek probleem. De legitimiteit van de overheid is
direct in het geding. Staatsvorming berust voor een belangrijk deel op bescherming van
burgers. Burgers zijn bereid zich te schikken naar de wet, onder de conditie dat deze hun
veiligheid weet te garanderen. Op het moment dat de bevolking twijfelt aan de bescherming
die zij geniet van de overheid, stelt zij in feite de legitimiteit van de staatsmacht ter
discussie.
De samenleving is in sociaal opzicht drastisch verandert.
Individualisering: individuen zijn steeds minder afhankelijk van anderen en hebben een
toenemende behoefte aan keuzevrijheid en zelfsturing. Naarmate de ruimte voor eigen
beslissingen groter wordt, neemt de kans op normoverschrijding toe.
Informalisering: afnemende invloed van instituties op de organisatie van onze samenleving
en bij de inrichting van het eigen leven.
Informatisering: iedereen is permanent per mobiel bereikbaar, elk gezin heeft een computer.
Dat heeft consequenties voor de omgangsvormen tussen mensen. Ook is er een andere
consequentie. Het internet neemt de vorm aan van een amorele ruimte, die een unieke
doorkijk levert op wat er allemaal omgaat in de menselijke geest. Het world wide web biedt
een permanent beschikbaar, anoniem en amoreel decor bij de vormgeving van het
individuele levensproject.
Internationalisering: door de vloed van Europese wet en regelgeving verliest het nationale
bestuursniveau aan kracht. Daarenboven leidde de internationalisering tot
migratiebewegingen met bijbehorende integratieproblemen. Dit heeft consequenties voor
de natiestaat, en het gevoel van verbondenheid daarmee.
Intensivering: verwijst naar de grote dynamiek van de huidige samenleving; we willen steeds
maar hoger, harder en sneller. Hedonisme, narcisme of egocentrisme zijn het gevolg van de
uitbundigheid en onbegrensdheid waarmee het eigen levensproject wordt vormgegeven.
Vitaliteit en veiligheid zijn de keerzijden van dezelfde sociale medaille: een liberale cultuur
die zelfontplooiing tot levenskunst heeft verheven, moet tegelijk alle zeilen bijzetten om de
grenzen van de individuele vrijheid te bepalen en te handhaven. Een vitalistische
samenleving genereert een grote veiligheidsbehoefte en stuit daarmee op een
onmiskenbare paradox: teneinde de liberale vrijheid uitbundig te vieren dient zij te worden
begrensd. Deze paradoxale situatie leidt tot een utopisch verlangen naar het samenvallen
van maximale vrijheid en optimale bescherming. Veiligheidsutopie: het onhaalbare
verlangen naar het samenvallen van maximale vrijheid en maximale veiligheid.
Gezien zijn verantwoordelijkheid voor de openbare orde en de veiligheid komt de
burgemeester hierbij een speciale rol toe. Aan de gemeente wordt veelal de zogenoemde