Dit is een samenvatting van het gehele blok Infectie en afweer I. Alle hoorcolleges, werkgroepen, MTE's, practica etc. zijn uitgewerkt en samengebundeld tot een mooi geheel met duidelijke uitleg en plaatjes. Wanneer dit goed geleerd wordt is de kans op het halen van de toets groot! Ik heb al mijn t...
Samenvatting I&A 1:
Samenvatting week 1:
Hoorcollege 1:
Influenza= belangrijkste infectie die via luchtwegen wordt overgedragen à normaal meestal
via handen
Verschillende manieren aantonen of iemand infectie in bloed heeft:
• Bezinken à hoe snel rode bloedcellen naar beneden zakken à bij een infectie zijn er
veel stollingsfactoren à snelle bezinking
• CPR meting à CPR is eiwit gemaakt in lever à bij acute ontsteking wordt dit eiwit
snel gemaakt à verhoogde CPR waarde
Verschil infectie en ontsteking:
• Infectie= veroorzaakt door micro- organisme
• Ontsteking= kan ook worden veroorzaakt door andere factoren, vb. Ongeluk of zon
Luchtweg infecties:
• Meest voorkomende infecties in huisartspraktijk
• Vooral in winter à minder vitamine D à zorgt voor intracellulaire micro- organismen
doden
• Meeste sterfgevallen van infectieziekten
• Belangrijkste oorzaak= virussen à niet via hoesten maar lichamelijk contact!
Verwekker indeling luchtweginfecties:
• Rhinovirus: oorzaak neus- keel verkoudheid à rhinitis en sinusitis
• Parainfluenza: systeemvirus à verspreid zicht door hele lichaam
• Pertussis: kinkhoest
• Pneumonie bijna altijd door bacterie
Pneumonie:
• CAP: community associated pneumonie à door huiselijke omgeving
• HAP: hospital associated pneumonie à door ziekenhuis
• VAP: ventilator associated pneumonie à door beademing
Verschillen tussen 3 vormen:
• Verwekkers: in verschillende omgeving verschillende verwekkers
• Resistentie: bacteriën in ziekenhuizen veel resistenter door continu in aanraking met
antibiotica
, • Afweer van de patiënten: in ziekenhuizen vaak slechtere afweer
Getallen luchtweginfecties:
• 5 – 12% van luchtweginfecties zijn pneumoniën
• 20% van de mensen met pneumonie nooit opgenomen
• 6e doodsoorzaak
• Opnameduur tussen 9,6 en 11,5 dagen in Europa
Verwekkers pneumonie:
• Pneumokok (stretococcus pneumoniae) à belangrijkste oorzaak (44%)
• Mycoplasma pneumoniae à bezit geen celwand reageert niet op penicelline à 9%
• Legionella à 5%
• Chalmydia à 6%
• Andere verwekkers à 36%
E. Coli bacterie à veroorzaakt urineweginfecties
Haemophilus influenza à reageert ook niet op penicelline
Verwekkers herkennen op grond van:
• Grampreparaat sputum
• Bloedkweek
• Sputumkweek
• Pleuravocht
• Legionella antigeen test in urine
• Pneumokoken antigeentest in urine
• Respiratoire virussen PCRs
• Antigeensneltest op sputum (influenza)
• Seriologie atypische verwekkers à kijken of de antistoffen gestegen zijn na 14 dagen
Virussen binnenkomen:
• Contact
• Hoesten
Afweermechanismen longen:
• Hoesten
• Epitheelcellen met slijm à vormen barrière
• Cilliae à trilharen die het slijm naar boven vervoeren
• Alveolaire macrofagen à fagocyteren bacteriën en virussen
• Granulocyten à bacteriën doden
Risicoclassificatie bepalen:
• Fine (pneumonia serverity index= PSI) à ingewikkeld en afhankelijk van veel factoren
• AMBU-65 (CURB-65) à kijken naar:
- Ademfrequentie >30/min
- mentale toestand
- bloeddruk <90mmHG en of diastolisch <60mHg
- ureum >7mmol/L
- leeftijd >65 jaar
à per aspect neemt de ernst toe
à belangrijk omdat ziekenhuis vaak vol is en kan thuis behandeld worden, en wanneer
patiënt weer naar huis kan
,Behandelingen:
• CAP: Voorschrijven betalactam (amoxicilline) à wanneer pneumokken de veroorzakers
zijn
• Mycoplasma/ chlamidia: hebben geen celwand à reageren niet op penicilline of oxicilline
à voorschrijven azitromycine ß grijpt aan op eiwitsynthese
• Legionella: fluoroquinolonen
HAP:
• Andere verwekkers:
- pathogenese (infuus; maagsonde)
- Kolonisatie: het lichaam komt vol met bacteriën à veel lijnen aangesloten worden
(vb. Sondes en infuus)
- S. Aureus: bacterie verwekt steenpuisten
- Gram negatieven (E.coli) à bij patiënten zitten ze over de hele huid
Andere therapie:
• Breder spectrum
• Langer behandelen à 7 tot 14 dagen
Hoorcollege 2:
Immunologie= wetenschap die onderzoek doet naar het immuunsysteem: de
afweermechanismen die in organismen voorkomen tegen binnen gedrongen organismen en
lichaamsvreemde cellen/ stoffen
Micro- organismen 7 pathogenen:
Pathogenen= geen micro- organisme
• Schimmels
• Parasieten
• Bacteriën
Geen micro- organismen:
• Virussen
• Prionen= eiwitstructuur zonder nucleïnezuur à vermeerderen in gastheer
à groot naar klein
3 niveaus van de afweer:
• Barrière: remmen binnendringen à vb. huid, lage pH in huid
• Aangeboren afweer: tijd rekken & doden à door cellen en moleculen
• Verworven afweer: specifiek herkennen & doden à kan reageren op interactie met
ziekte verwekker, als je de tweede x met iets in aanraking komt kan je het sneller
doden à belangrijkste molecuul is antistof ß heeft lang nodig om op gang te komen.
à dus eerst remmen, dan doet aangeboren tijdrekken tegen replicatie, en dan kan
verworven afweer het opruimen
, Aangeboren Adaptief
Cellen • Dendritische cellen • T lymfocyt
• Macrofagen (monocyten) • B lymfocyt
• (neutrofiele) granulocyten
• Mestcellen
• NK cellen
Eiwitten • Complement • Antistoffen (=immunoglobuline)
(humoraal) • Interferone
• Antibacteriële peptiden à
zorgen ervoor dat
darmbacteriën op de hand
gedood worden, en
huidbacteriën worden
gedoogd
1e doel= niet naar binnen laten:
• Ogen: lysozyme in tranen en andere secretie
• Neusholte: slijm in neus vangt deeltjes op
• Keelholte: commensalen
• Bronchiën: slijm en trilharen
• Huid: fysieke barrière
• Maag: zuur
• Pylorus: snelle pH verandering
• Darmen: commensalen
• Urine: wegvoeren
• Vagina: lage pH en commensalen
Long: afweer tegen partikels:
• >5 micrometer à gevangen door nasopharyx à slijm
• 3-5 micrometer à mucosiliary escalator= mechanisme waarbij deeltjes aan slijm
vastplakken en door ciliën omhoog worden bewogen ß defect bij taaislijmziekte
• <2 micrometer à opgeruimd door macrofagen
Fagocytose/ cel mobiliteit:
1. Fagocytose
2. Lysosome fusie
3. Pathogeen verteerd en uitgestoten à microbiale producten komen vrij
Fagocyterende barrière- cellen:
• Neutrofiele granulocyten (PMN- polymorfkernige)
• Monocyten macrofagen (weefsel)
• Dendritische cellen= poortwachter (= controleren
of er iets gevaarlijks langs komt) à schakel
tussen aangeboren en specifieke afweer
Namen:
• Neutrofiele granulocyten en monocyten zitten in bloed
• Monocyten naar weefsels à macrofagen
• Dendritische cellen overal
Macrofagen kunnen:
• Opruimen
• Gevaar herkennen:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mettesandmann. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.