Hoofdstuk 1: introductie
Duurzame ontwikkeling: de mogelijkheid van de huidige generatie hun doelen te
bereiken zonder de mogelijkheid van toekomstige generaties om hun doelen te
bereiken te verminderen. Overheden hebben beleid en regulaties hierop aangepast,
echter wordt er nog altijd prioriteit gegeven aan economische groei boven
bescherming van het milieu.
Milieuproblemen als klimaatverandering krijgen internationaal centrale aandacht,
echter is het beleid er niet altijd volledig op aangepast. Milieupolitiek is dan ook een
alomvattend onderwerp, met 3 kern-componenten:
1. De studie van politieke theorien en ideeen die gerelateerd zijn aan het milieu
2. De toetsing van politieke partijen en milieu-organisaties
3. De analyse van publieke beleidsontwikkeling and implementatie wat een effect
heeft op het milieu op een internationaal, nationaal en lokaal niveau.
Milieupolitiek is anders in de zin van dat het als primary concern de relatie tussen
de menselijke maatschappij en de natuurlijke wereld heeft. Dit verbindt de wildernis
preservation, natuur conservation, lucht, water en land-vervuiling en andere globale
problemen als het verlies van biodiversiteit, klimaat verandering en ozone
vermindering. Traditioneel werden dit als verschillende beleidsproblemen
behandeld. De tendens om deze problemen als milieuproblemen te zien reflecteert
environmental discourse, ook wel manier van denken, welke het holistische beeld
van milieuproblemen ondersteunt, die milieuproblemen niet als gescheiden ziet,
maar als afhankelijk van milieu, politiek, sociaal leven en economie en hoe deze
met elkaar interacteren.
Conservationism: approach die nadruk legt op de efficiente conservation van
natuurlijke hulpbronnen, zodat ze later ontwikkeld kunnen worden voor de benefits
van de samenleving.
Preservationism: een attitude naar de natuur, in specifiek de wildernis, die protectie
van de hulpbronnen wil bevorderen boven het ontwikkelen van andere zaken.
Modern environmentalism: het publieke concern over de staat van de planeet,
nieuwe politieke iddeen over het milieu en een grote massale politieke beweging.
Milieupolitiek is ook anders in de zin van dat het een eigen ideologie en politieke
beweging heeft. Modern environmentalism is anders dan eerdere preservationism
en conservationism op 2 belangrijke manieren: het werd gedreven door het idee van
een globale ecologische crisis die het bestaan van de mensheid bedreigt, en
modern environmentalism was een politieke massa-organisatie die een radicale
transformatie in waarden en structuren van de samenleving vergt.
, Ecologism: een groene politieke ideologie die perspectieven omvat die zeggen dat
een sustainable samenleving radicale veranderingen in de humane relatie met de
niet-menselijke wereld nodig heeft, maar ook veranderingen in ons economische,
sociale en politieke leven. Het gaf ook de insight dat de resources van de aarde
eindig zijn, en dat er ecologische limits to growth zijn, welke sneller bereikt zijn mits
we onze manier van leven niet veranderen.
Policy paradigm: een framework van ideeen en standaarden die de kern van een
probleem en beleidsdoelen en instrumenten voor veranderingen specificeert.
Ecologische modernisatie: een beleidsstrategie welke als doel heeft de
kapitalistische politieke economie te herstructureren gebaseerd op de assumptie
dat economische groei en bescherming van het milieu reconciled kunnen zijn.
Deze hebben beiden als doel het milieu te beschermen door kapitalisme te
herformuleren. Als resultaat ontstond het precautionary principle (het principe dat
een tekort aan wetenschappelijke onzekerheid niet gebruikt kan worden als reden
om measures tegen environmental degradation uit te stellen) en innovatieve
beleidsinstrumenten als eco-taxes die op de politieke agenda kwamen.
Traditional policy paradigm: aanpak voor milieu die ieder probleem discreet
behandeld, en prioriteit geeft aan economische groei en resulteert in reactieve,
piecemeal en tactische beleidsdingen en end-of-pipe oplossingen.
Hoofdstuk 7: Het milieu als een beleidsprobleem
Core characteristics of the environment as policy problem
Er zijn 7 kenmerken van milieu als beleidsprobleem
1. Publieke goederen
De meeste milieu hulpbronnen zijn publieke goederen, dit betekent dat de
consumptie van zo een goed door een individu, leidt niet tot een vermindering van
de consumptie door een ander van dat goed. Ze zijn non-rival (kan niet de
consumptie van iemand anders limiteren) en non-excludable (als iemand zich
weerhoudt van een vervuilende activiteit, dan heeft iemand anders die dat
misschien niet doet er ook profijt van, deze persoon kan niet uitgesloten worden
van de benefits, wat kan leiden tot free-riders).
Er moet ook een onderscheidt gemaakt worden tussen common pool resources en
common-sink resources. Common pool resources zijn groot, maar niet zodanig
onmogelijk groot dat mensen uitgesloten kunnen worden van de voordelen van
gebruik. Denk hierbij aan fauna, bossen en vis. Mensen hebben voordeel van de
stocks door ze op te gebruiken. Vissen kunnen gevist worden, olifanten
doodgeschoten en bomen neergemaaid.
Common sink resources zoals schone lucht zijn puur publieke goederen. Het
probleem is hier niet de consumptie van schone lucht, maar de vervuiling ervan wat
de consumptie bedreigt. Falen om een van de pools te beschermen, leidt tot een