Samenvatting AFP ABB
Rechter nier zit wat lager dan de linker nier, dit heeft te maken met positie van de lever, de lever
drukt rechter nier naar beneden. Nieren zitten tussen T12 en L3.
De nieren worden beschermd door de onderste ribben, +/- 150 gram.
- Capsulla renalis = buitenkant nier (kapsel)
- Cortex = Nier schors
- Medulla Renalis = Nier merg
- Calix minor gaat over naar de Calix major, Calix zijn kelkjes, ze gaan via de (Pyleum)
nierbekken naar de blaas
2 belangrijke bloedvaten in de nieren
- V. Renalis
- A. Renalis
o Vertakt zich en verdeeld zich over de
hele nier,
-
Fysiologie nieren
Via kleine vaatje gaat het naar een nier lichaampje, via een arteriole (Een klein vat)
(Aftakking nier arteri). Je hebt 2 soorten arteriolen. Een afferente (Brengt het er naar
toe) en een efferente (Brengt het eruit).
- De afferente arteriole brengt het naar de glomerulus
- De glomerulus (Vaatkluwen) Vaatjes die door elkaar heen lopen en het bloed
filtereren. Dit gebeurt door druk.
Urine productie (Urine is gefiltreerd bloed)
,3 stappen
- Filtratie
o Bloed komt via Afferente arterioli in de glormerus aan, en
heerst hier druk, door de druk wordt het bloed eruit geperst.
Het gaat dan via de efferente arteriole uit de glomerulus
o Het wordt opgenomen in kapsel van bowman.
o Er zijn 3 soorten druk:
Glomerulaire hydrostatische (Bloed)druk
De bloeddruk die heerst in het bloedvat (Het
drukt zich naar buiten toe) Grotere druk dan de druk naar binnen toe
Osmotische bloeddruk
Deze bloeddruk bestaat uit ionen die zich naar het bloedvat toe
drukken
Cappsalaire hydrostatishe druk (In het kapsel van Bowman)
Ook deze druk bestaat uit druk naar het bloedvat toe
De druk in de glomerulaire hydrostatische druk moet hoger zijn dan
osmotische druk en cappsaliare druk bij elkaar opgeteld, Zonder een te hoge
druk kan het bloed zich niet filteren
Filtratie druk is de overgebleven glomerulaire hydrostatische druk!
Glomerulaire filtratiesnelheid (GFS) is rond 125Ml/Min
Water + opgeloste stoffen (Afvalstoffen en inonen, maar geen cellen) komen
in nierlichaampjes -> voorurine
- vas afferens: Bloed komt bij de glomerulus via aanvoerend
slagadertje (afferente arteriole)
- vas efferens: bloed stroomt weg van de glomerlus via afvoerend
slagadertje (efferente arteriole)
- glomerulus: capillairnetwerk (bol)
- kapsel van Bowman: komvormig compartiment dat de glomerulus
bevat.
- proximale tubulus: onderdeel nierbuis. terugresorptie van water,
ionen en alle organische voedingsstoffen.
- distale tubulus: onderdeel nierbuis. Afgifte ionen, zuren,
geneesmiddelen, gifstoffen. Variabele terugresorptie van water en
natriumionen.
- lis van Henle: onderdeel nier buis met dalende en stijgende tak.
Terugresorptie water, natrium- en chloride-ionen.
- urineverzamelbuis: Hier mondt elk nefron in uit. Vorming van
daadwerkelijke urine.
- nierpapil: urine passeert via de nierpapil en komt uit in een calix
minor.
- interlobulaire arterie: kleinste vertakkingen van a. renalis
- interlobulaire venen: monden uit in v. renalis
Klaring is het volume plasma dat in een bepaalde tijdseenheid wordt gezuiverd
- Reabsorbtie
o Het gaat nu na het filteren naar de Proximale
tubulus contortus (PTC). Hier wordt 60/70% van
, water heropgenomen in bloed, ook glucose ,aminozuren en voedingsstoffen worden
heropgenomen.
o Na de PTC gaat het naar de dalende tak van lis van Henle, hier is de helft van water
overgebleven vervolgens gaat het door naar de stijgende tak van lis, hier worden
natrium en chloride ionen terug opgenomen (Terugresorptie)
o Dan kom je uit bij de distale tubulus hier wordt water verder opgenomen, afgifte van
inonen, zuren, geneesmiddelen en gifstoffen.
o DTC/ Verzamelbuis word ook water terug opgenomen
- Actieve excretie (Actieve afgifte)
o In de DTC (Verzamelbuis) wordt natrium uit de voorurine gehaald en kalium word in
de voorurine gedaan, dit is onder invloed van hormoon aldosteron
Hormonen zijn erg belangrijk in het urine proces, het Antidiuretisch hormoon (ADH) is het niet plas
hormoon. Vocht vasthouden. Dit hormoon is van toepassing bij de DTC en in de verzamelbuis.
Hierdoor heb je minder volume geconcentreerde urine. Het zorgt ervoor dat je water opneemt in het
lichaam, vocht komt in bloedvaten terecht, bloedvolume neemt toe, bloeddruk neemt toe.
De bijnieren (Glandula suprarenalis) heeft ook net als de nieren een belangrijke rol in de bloeddruk.
RAAS = proces in de bijnieren
- Homeostase(evenwicht) verstoord ( Afgenomen bloedtoevoer naar de nieren)
- Er wordt dan in de nieren een hormoon aangemaakt, namelijk Renine (R van RAAS)
- Renine zorgt voor activering van Angiotensine II (type 2), Angio zorgt voor druk in de vaten.
Het heeft meerdere effecten namelijk:
o Het zorgt voor vernauwing van efferente arteriolen
o Het zorgt voor toegenomen afgifte van aldosteron in de bijnieren
- Aldosteron zorgt ervoor dat je meer natrium vasthoudt, de hoeveelheid water in je lichaam
is direct gekoppeld aan de hoeveelheid natrium. Dus meer natrium vasthouden is meer
water, dus toename bloedvolume, dus toename bloeddruk bij de grote bloedsomloop.
- Vervolgens is de homeostase weer hersteld doordat er toename is van de glomerulaire druk
in de bloedvaten
Ureter is buis van nier naar blaas, 25/30 cm lang. In de Ureter vind ook peristaltische contracties
(door Spieren) plaats, Dit zorgt ervoor dat urine zich voort beweegt,
Vesica urinae (Blaas) reservoir voor urine, de blaas is vooral
spierweefsel.
- Apex, Corpus
- 300-400 ml is aandrang plassen
- Max 600 ml
- De trigonum vesicae is waar de ureter overgaat naar de urethra.
De gele kleur is afkomstig van de stof urobiline. Door de nieren wordt urobilinogeen uit het bloed
gehaald en toegevoegd aan de urine, waar het door oxidatie wordt omgezet in urobiline.
Tractus Genitalis (Voortplantingsstelsel)
(Het enige stelsel die niet nodig is om te overleven)
Mannelijke genitalia:
- Produceren van geslachtscellen
- Transporteren van geslachtscellen TBV bevruchting