100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Hoofdstuk 11 €3,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Hoofdstuk 11

 174 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling
  • Boek

hoofdstuk 11, vertaald en gedetailleerd samengevat. Boek enkel nodig voor de figuren te bekijken!

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • Nee
  • 11
  • 16 april 2016
  • 7
  • 2015/2016
  • Samenvatting
avatar-seller
Hoofdstuk 11: Sparen, kapitaal, accumulatie en uitput
Inleiding
In dit hoofdstuk bestuderen we de effecten van de spaarquote (S/Y) op het niveau
van de economisch groei per inwoner.
Een stijging van de spaarquote leidt tot een hogere groei voor een bepaalde
periode (niet permanent) en eventueel tot een hogere output en dus een hogere
levensstandaard.

Interacties tussen output en kapitaal
Figuur 11.1:
De output wordt op lange termijn bepaald door 2 relaties tussen Y en K.
1. K bepaalt Y
2. Y bepaalt S en I, en dus ook de verzamelde hoeveelheid kapitaal
Veronderstellingen rond het model
1. De productiefunctie Y = F(K,N)
- Constante schaalvoordelen: Y/N = F(K/N,1) = f(K,N)
- Dalende kapitaalvoordelen: Zowel een hogere als een lagere K/N leiden
tot een hogere Y/N.
2. Aangezien we ons focussen op de rol van het kapitaalophoping, is het
aantal werknemers (N) constant. reden: De populatie,
participatiegraad en werkloosheidsgraad zijn constant.
3. Geen technologische vooruitgang, want f(K/N) verandert niet.
Wanneer we een tijdsindex (in jaren) introduceren voor Y en K: Y t = F(Kt/N) en Yt/N
= f(Kt/N)
met Kt = kapitaalvoorraad aan het begin van jaar t
Meer kapitaal per werknemer, leidt tot een hogere output per werknemer.
De effecten van output op kapitaalsaccumulatie
Om deze relatie aan te tonen, moeten we in 2 stappen werken:
1. het afleiden van de relatie tussen Y en I
2. het afleiden van de relatie tussen I en de kapitaalsaccumulatie
Om de eerste stap af te leiden, moeten we een paar veronderstellingen maken:
1. Een gesloten economie: Y = C + I + G
2. Het publieke sparen is gelijk aan nul: T – G = 0
3. Sparen is proportioneel tot het inkomen: S = sY
Als we deze 3 relaties combineren, bekomen we: I = sY (zie slide 12 voor
de afleiding)

, Slide 14:
De kapitaalstock op tijdstip t+1 is gelijk aan de niet afgeschreven kapitaalstock
van het jaar ervoor + investeringen.
De evolutie van de kapitaalstok: Kt+1 = (1 – δ) Kt + It
- Kt : de kapitaalstock in jaar t  Investeringen zorgen voor een groei;
depreciatie
zorgt voor een daling en is lineair aan
- Kt+1 : de kapitaalstock aan het begin van jaar t + 1
- δ : afschrijvingspercentage
- δKt : nutteloze kapitaalstock op het einde van het jaar t
- (1 – δ)Kt : ongeschonden kapitaalstock aan het eind van jaar t
- It : de investeringen tijdens jaar t = s Yt
We kunnen de formule omvormen door K en Y te delen door N, zodat we de
K t +1 Kt Yt
output en het kapitaal per werknemer bekomen : N
=( 1 – δ ) + s
N N

K t +1 Kt Yt Kt
 − =s −δ
N N N N

Deze vergelijking leert dat de verandering van de kapitaalstock gelijk is
aan het sparen / wn min de afschrijving. De kapitaalstock zal toenemen als
de investeringen groter zijn dan de afschrijvingen.

De implicatie van de alternatieve spaarquote
Slide 17: bestuderen van K en Y
Als de investeringen per werknemer groter zijn dan de depreciatie per
werknemer, zal de
kapitaalsverandering per werknemer positief zijn en het kapitaal per
werknemer stijgen.
Als de investeringen per werknemer kleiner zijn dan de depreciatie per
werknemer, zal de
kapitaalsverandering per werknemer negatief zijn en het kapitaal per
werknemer dalen.
Figuur 11.2:
1. De groene curve staat voor de investeringen of het sparen per werknemer,
deze lijkt sterkt op de productiefunctie, maar met een lagere factor s (de
spaarquote). De blauwe curve staat voor output per werknemer, of de
productiefunctie. De oranje curve staat voor de afschrijvingen. Dit is een
rechte, omdat de afschrijvingen stijgen in proportie met het kapitaal per
arbeider. De rico is het afschrijvingspercentage, deze is constant.

De afstand tussen de productiefunctie en de spaarfunctie is gelijk aan C/N.
Wat we niet sparen, wordt geconsumeerd.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kimberlyvidts. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83249 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49
  • (0)
  Kopen