OML samenvatting lectures & readings
Lecture 1 (H1 & H2)
Hoofdstuk 1
Tesla
Tesla had de ambitie om elektrisch autorijden, ook voor mensen met een lager budget mogelijk te
maken.
Het lukte alleen niet om genoeg te produceren, wat moest er gebeuren:
- opschalen van een kleine producent van luxe auto’s tot een grote speler in de sector elektrische
voortuigen voor de massamarkt
- het bouwen van een nieuwe fabriek om de auto te produceren (inclusief operations & logistics)
lastig om alle automatiseringen en de robotisering
- supercharging stations bouwen
- het bouwen van een gigantische batterij production plant
- introduceerde battery swap technology
Elon musk staat bekend om zijn drastische veranderingen.
Operations
Definitie = de transformatie van inputs (materiële, menselijk en activabronnen) in outputs
(producten)
Functional-based workflow:
- omvatten de workflow-ordening van activiteiten om het
product te produceren
- functional-based workflow = de worklflow activities zijn
verschillend (mensen specialiseren in activiteiten om het proces
efficiënter te maken)
- materialen komen binnen, ze komen in de 1ste, 2de en 3de fase en
uiteindelijk komt er een product uit
Logistics
= de materiaalinvoer en productuitvoer moeten fysiek worden verplaatst en opgeslagen
Supply chain
= de processen die informatie en materiaal van
en naar bedrijven verplaatsen, variërend van
grondstoffen tot consumenten
* De logistieke processen zitten hiertussen
,Value chain
Operations en logistics worden beschouwd als primaire
(productieproces)activiteiten als onderdeel van een value chain
binnen een organisatie bedrijven opereren in een netwerk.
Een supply chain kan bestaan uit verschillende value chains.
Integratie
Het succes van produceren tegen lage kosten en tegelijkertijd voldoen aan de (massa) klantvraag
hangt af van een slimme integratie van:
- een goede operations-related strategy
- de processen om producten/diensten te producten
- analytics ter ondersteuning van de beslissingen die nodig zijn om het bedrijf te managen
Het design van transformation processes wordt geleid door basisprincipes
1) hoe verschillende soorten processen zijn georganiseerd
2) hoe je de capaciteit van een proces bepaalt
3) hoelang het duurt om een unit te maken
4) hoe de kwaliteit van een proces wordt bewaakt
5) hoe informatie wordt gebruikt om beslissingen te maken
De improvement van de processen en systemen die de primaire producten en diensten van het
bedrijf creëren en leveren, maakt ook deel uit van OSCM
- wijziging van OSC-strategieën
- nieuwe productietechnologieën en vervoerswijzen
- optimaliseren van de productieprocessen en logistieke activiteiten
- verbeteringen in data-analyse en hoe deze te gebruiken bij besluitvorming
Het ontwerpen en verbeteren van operations vereist vaak veranderingen in de volgorde van de
workflow en organisatiestructuur
Functional-based workflow: eerst A produceren, dan alle instellingen van 1, 2 en 3 veranderen,
vervolgens B produceren
Product-based workflow: A en B worden tegelijkertijd geproduceerd
Operations en Supply Chain Processen zijn met elkaar verbonden, dus er zijn analyses (gebaseerd
op metrische gegevens) nodig om te sturen
,Processen die ieder bedrijf heeft:
- planning = de processen die nodig zijn om een bestaande supply chain strategisch te laten
functioneren: hoe ga je voldoen aan de verwachte vraag met de beschikbare middelen
- sourcing = de selectie van leveranciers: leverings- en betalingsprocessen, statistieken voor het
bewaken en verbeteren van de relaties tussen partners
- making = het belangrijkste product wordt geproduceerd: planningsprocessen voor werknemers,
coördinatie van materiaal en apparatuur
- leveren = logistieke processen, vervoerders selecteren
- retourneren = processen voor het ontvangen van versleten, defecte en overtollige producten
Het goederen-diensten continuüm
Pure goods = grondstofbedrijven met large marges, om te differentiëren enkele diensten toevoegen
Core goods = een belangrijke dienstencomponent toevoegen als onderdeel van hun activiteiten (vb.
ITunes)
Core services = materiële goederen integreren
Pure services = universiteit, goederen zijn boeken
De specificaties van een service worden gedefinieerd als een pakket functies:
- supporting facility = locatie, decoratie, lay-out
- facilitating goods = variety, consistenty, quantity
- explicit services = opleiding personeel, consistentie van de prestatie
- implicit services = houding van het personeel, wachttijd, sfeer, gemak
Product- service bundeling
= wanneer een bedrijf serviceactiviteiten in zijn productaanbod inbouwt om extra waarde voor de
klant te creëren
bijvoorbeeld: onderhoud, levering van reserveonderdelen, training, R&D
Verschillende OSCM-concepten zijn in de loop van de tijd populair geworden
OSCM = het ontwerp, de werking en de verbetering van systemen die de primaire producten en
diensten van het bedrijf creëren en leveren (functioneel bedrijfsgebied met duidelijke
, verantwoordelijkheden op het gebied van lijnmanagement)
Lean manufacturing combineert Just-in-time production en total quality management.
Huidige problemen in Operations & Supply Chain Management
- het coördineren van de relaties tussen elkaar ondersteunende, maar gescheiden organisaties
- de optimalisatie van wereldwijde leveranciers-, productie- en distributienetwerken
- klantcontactpunten beheren
- het senior management bewust maken van OSCM als een belangrijk concurrentiewapen
- onzekerheid in wereldwijde tarieven en regelgeving: totdat er een nieuw globaal evenwicht
ontstaat, worden OSCM-managers gedwongen om op korte termijn te denken, wat efficiënt zijn
moeilijk maakt
- moeite met het aannemen en behouden van medewerkers
- aanpassen aan veranderingen in bedrijfstechnologie en infrastructuur
- duurzaamheid en de triple bottom line (life cycle analysis)
- servitization, digitalisering, BIG data, Artificial Intelligence (Industrie 4.0)
Evalueren van operaties en supply chain-processen op efficiëntie en effectiviteit
Efficiency = iets doen tegen de laagst mogelijke kosten (is de dingen goed doen)
Effectiveness = de juiste dingen doen, om de meeste waarde voor het bedrijf te creëren
Hierbij value: kwaliteit / prijs
- kwaliteit = de aantrekkelijkheid van het product, rekening houdend met zijn eigenschappen en
duurzaamheid
- prijs = kosten + marge
Klantwaarde (marketingoogpunt) = de waargenomen voordelen door de klant – de kosten van
aanschaf en gebruik van een product
Efficiency ratio’s
Annual Credit Sales
Receivable Turnover=
Average Account Receivable
- Bedrijven hebben liever Cash dan Credits.
Cost of Goods Sold
Inventory Turnover =
Average Inventory Value
- Bedrijven hebben liever lage inventory costs
Revenue (¿ Sales)
Asset Turnover=
Total Assets