Samenvattingen van hoorcollege 2 tot en met 16 periode hobby, werk
en sport.
Inhoudsopgave
Samenvattingen van hoorcollege 2 tot en met 16 periode hobby, werk en sport. ............................................ 1
Hoorcollege 2 pijn en pijnverwerking ................................................................................................................. 2
Hoorcollege 3 bindweefsel ............................................................................................................................ 6
Hoorcollege 4 screening .............................................................................................................................. 12
Hoorcollege 5 Motorische controle ............................................................................................................. 13
Hoorcollege 6 klinisch redeneren ................................................................................................................ 19
Hoorcollege 7 opbouw, fysiologie en herstel na schade van bot en spierweefsel ...................................... 23
Hoorcollege 8 toegepaste anatomie onderbeen, enkel en voet ................................................................. 30
Hoorcollege 9 Motorisch leren .................................................................................................................... 34
Hoorcollege 10 Weerstandstraining ............................................................................................................ 40
Hoorcollege 11 High performance team ..................................................................................................... 44
Hoorcollege 12 anatomie van de schouder ................................................................................................. 45
Hoorcollege 13 Biopsychosociaal kijken ...................................................................................................... 48
Hoorcollege 14 de mens als complex adaptief systeem .............................................................................. 53
Hoorcollege 15 overbelasting uit een biomedisch perspectief ................................................................... 56
Hoorcollege 16 actieve therapie, beargumenteerde keuzes maken tijdens behandelen ........................... 61
1
,Hoorcollege 2 pijn en pijnverwerking
● Pijn is multidimensionaal. Er spelen meerdere factoren in mee.
● Er zijn 2 soorten pijn:
- acute pijn = dit treedt op bij weefselbeschadiging.
- chronische pijn = Wanneer weefselschade niet meer op de voorgrond ligt, maar toch is er
pijn. Vaak wordt er na 3+ maanden gesproken over chronische pijn.
● Pijn komt in verschillende soorten
- Nociceptieve pijn ervaar je bij weefselschade. Dit ervaar je in je steun- en
bewegingsapparaat en elders.
- Neuropatische pijn ervaar je wanneer je pijn ervaart in je zenuwstelsel. Dit ervaar je
in het centrale of perifere zenuwstelsel (centraal = in de hersenen en ruggenmerg,
perifeer = alle zenuwbanen daar omheen)
- Nociplastsiche pijn ontstaat bij centrale sensitisatie. Pijn die ontstaat door
veranderingen in het zenuwstelsel zonder directe relatie met weefselschade.
● Hoe jij pijn ervaart wordt beïnvloed door cognitie, emotie en gedrag. Dit maakt ook de
uitspraak ‘pijn is perceptie’. Want iedereen zal hierdoor pijn anders ervaren.
● Pain pathway. Hoe komt een pijnprikkel aan?
1. Je ontvangt de prikkel in het centrale of perifere zenuwstelsel
2. De zenuwbaan geeft dit door aan het ruggenmerg
3. In het ruggenmerg vindt verwerking en beinvloeding plaats
4. De prikkel wordt doorgestuurd naar de hersenstam, waar het pijncentrum zich
bevindt.
5. Verwerking van de prikkel in de hersenen.
● Weefselschade =
Een mechanische, thermische of chemische prikkel die zorgt voor schade. Zo’n prikkel
noemen wij een noxische prikkel.
Deze noxische prikkel leidt tot het activeren van nocische sensoren.
2
,Nocisensoren zorgen voor
- Primaire pijn
- Secundaire pijn
● Primair
Dit is het eerste pijngevoel dat je ervaart. Dit is de scherpe acute pijn die heel duidelijk aan
te wijzen is op een plek. Je ziet er gelijk de ernst van in en het is makkelijk te lokaliseren. Dit
signaal wordt via de A&- vezel doorgegeven. Dit signaal gaat mega snel van locatie naar
hersenen.
De A&-vezel gaat direct naar het gewaarwording gedeelte in de hersenen. Vandaar dat je er
de ernst en locatie zo goed kan inzien.
(A& = A delta vezel)
● Secundair
Dit ontstaat door een ontstekingsreactie. Deze pijn is een stuk diffuser. Dit signaal wordt via
de C-vezel doorgegeven. De C-vezel geeft daarbij een stofje af, substance P. subtance P is de
reden dat de pijn diffuus is. De pijn is daarbij een stuk vager. Het zorgt ook voor roodheid en
het is de sleutel naar het openzetten van de poort in de poorttheorie. Daar straks meer over.
De C-vezel is echter een stuk langzamer. Daarbij komt het in het limbische systeem aan in de
hersenen. In dit systeem verwerk je emotie.
● De ontstekingsreactie bij weefselschade
Bij secundaire pijn komt er vaak, roodheid en diffuse pijn etc. hoe komt dit?
Op het moment dat er schade is, komen er allemaal stofjes vrij in het weefsel die de C-vezel
prikkelen.
De C-vezel geeft dan een signaal door aan het ruggenmerg. Maar de c-vezel stuurt óók een
signaal terug het weefsel in. In het weefsel komt dan het stofje SP (subtance-P) vrij. Deze
zorgt de ontstekingsreactie nóg groter wordt. Er treedt roodheid op, daarbij ervaar je extra
pijn. De prikkeldrempel voor nocische prikkels wordt lager, kleine aanrakingen of
bewegingen doen opeens héél veel pijn. Niet alleen dit, maar prikkels die normaal geen pijn
doen, doen nu ook opeens pijn.
3
, Het verlagen van de nocische drempel noemen we hyperalgesie. Kleine dingen doen opeens
veel pijn.
Dat normale prikkel opeens ook pijn gaan doen, noemen we allodynie.
Dit zijn 2 mechanismes in het lichaam die zorgen dat jij als reactie een stuk minder gaat
doen, daarbij een stuk veiliger beweegt en dus de aangedane plek, beter de kans krijgt om te
herstellen. Wellicht ervaar jij dit op het moment als pijnlijk en onhandig, maar dit is een
natuurlijke reactie van je lichaam om zo snel mogelijk te kunnen herstellen. Best handig dus.
● Je hebt perifere en centrale sensitisatie.
Sensitisatie = de zenuwen worden geprikkeld en dit geeft reactie.
● Verwerking van pijn op ruggenmerg niveau
- A&-vezel komt binnen op de achterzijde van het ruggenmerg en gaat dan direct naar de
hersenen. Hij gaat zo snel, dat hij gaat tussenstations heeft. Omdat de vezel zo verdomde
snel is, zorgt deze er ook voor dat er zo snel gereageerd kan worden.
De terugtrek reactie die je hebt wanneer jij een bv je brand, is zo snel, dat je je hand al hebt
teruggetrokken, voordat je de pijn gerealiseerd hebt. Dit gebeurt namelijk in het
ruggenmerg, voordat de pijn is verwerkt in de hersenen. Dit noemen we ook wel de
reflexboog
- C-vezel
De c-vezel gaat niet direct door naar de hersenen. De c-vezel schakelt door op andere
neuronen en er komt SP vrij. Doordat het doorschakelt tot andere neuronen, raken ook alle
omliggende neuronen van de plek van schade, beïnvloedt door SP. Dit maakt dat deze
neuronen ook extra gevoelig worden. Als dit gebeurt in plekken buiten de hersenen of
ruggenmerg, noemen we dit dus perifere sensitisatie. Maar dit gebeurt ook in het
ruggenmerg. Neuronen in het ruggenmerg worden ook beïnvloed door SP. Wat er dus voor
zorgt dat ook het ruggenmerg gevoeliger wordt. Je raadt het al = centrale sensitisatie.
● Demping – poorttheorie van melzack & wall.
Hoe komt het dat je bij wrijven over een zere plek minder pijn ervaart?
Zoals eerder genoemd, is de c-vezel niet snel.
Daarbij gaat de C-vezel niet in 1x door naar de hersenen. Deze maakt in het ruggenmerg een
tussenstop om door een poort heen te gaan. Deze poort draagt de naam substantia
gelatinosa. Eenmaal deze poort gepasseerd, mag het door naar de hersenen.
Deze poort kan wijder worden opengezet door SP die vrijkomt uit de c-vezel. Dit zorgt er dus
voor dat jij meer pijn ervaart. Maar daar heeft jouw brain een trucje voor, en dit noemen we
de poorttheorie.
De tast vezel ofwel de AB-vezel inhibeert de c-vezel. Laat ik dit is uitleggen.
De c-vezel zet de poort open, maar de tast vezel zorgt ervoor dat je poort weer een stuk
dichter gaat voor de c-vezel. Daarbij is de tast vezel een stuk sneller en krijgt deze ook
voorrang van de hersenen. Dit zorgt ervoor dat er minder c-vezels door de poort heen
kunnen. Oftewel, je ervaart een stuk minder pijn.
Dit is de reden dat jouw reflex als jij je bv stoot het grijpen naar de aangedane plek is. Maar
dit is ook waarom massage verlichtend kan werken.
4