100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting tijdvak 7 en 8 geschiedenis €7,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting tijdvak 7 en 8 geschiedenis

 1 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting tijdvak 7 en 8 geschiedenis

Voorbeeld 2 van de 10  pagina's

  • 18 januari 2023
  • 10
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (2895)
avatar-seller
aambogaerts
Samenvatting geschiedenis
hoofdstuk 7
Paragraaf 1:
Kenmerkende aspecten:
- Rationeel optimisme en verlicht denken dat werd toegepast op de samenleving:
godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
- Voortbestaan van het ancien regime met pogingen het vorstelijk bestuur op
eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
In de 17e eeuw bracht de wetenschappelijke revolutie veel nieuwe over mensen, de natuur
en de wereld.
Veel ontdekkingen waren tot stand gekomen door systematisch onderzoek of logisch
redeneren  filosofen namen deze werkwijze over.
Als het gebruik van de ratio van door de natuurwetenschappers zulke grote positieve
gevolgen had, dan zou dit toch ook moeten kunnen voor het bestuderen van de mens en de
samenleving?  De overtuiging dat op deze Manier een betere en eerlijkere samenleving
zou kunnen ontstaan noemen we rationeel optimisme.

Verlichte filosofen hadden vaak vragen zoals:
- Waarom hebben de vorsten zoveel macht?
- Waarom schreef de kerk regels voor?
- Waarom was er ongelijkheid?
Deze vragen waren al eeuwenlang beantwoord  traditie, “het is al heel lang zo dus het zal
wel zo horen”
Verlichte filosofen bedachten argumenten en mogelijke oplossingen en discussieerde
daarover met elkaar  daarbij gingen ze ervan uit dat er rechten bestaan die voor alle
mensen bestaan net zoals bijv. natuurrechten die gelden voor de natuur.
Als er natuurlijke rechten zouden komen zou er dus ook meer gelijkheid ontstaan tussen
mensen.

Verlichte filosofen dachten op allerlei manieren na: anoniem, fictie of bijv. betoog over een
gelijkere samenleving.
Soms vulden ze elkaar met ideeën aan, soms waren ze het niet eens met elkaar dit werd
duidelijk wanner ze het gingen hebben over de manier waarop macht verdeeld moest
worden.
- Montesquieu, vond het vooral belangrijk dat de macht niet in de handen van een
persoon of groep was  door de macht te verdelen over meerde groepen of
personen (die elkaar controleren) is er minder kans op machtsmisbruik dit noem je
trias politica.
De vraag wie er aan de macht moest zijn vond montesquieu een stuk minder
belangrijk.
- De fransman Voltaire, had een andere visie op de machtsverdeling hij vond dat alleen
mensen met een goede opleiding deel uit konden maken van het bestuur.
- Volgens John Locke, moesten de mensen onderling een sociaal contract afsluiten 
met dit (denkbeeldige) verdrag besloten ze dat ze een politieke eenheid waren en
vervolgens konden mensen uit het midden dan hun bestuurders kiezen en had het
volk weer recht om deze af te zetten.
- Roseau steunde het idee van het sociaal contract maar hij benadrukte wel dat het
volk hierdoor altijd de hoogste macht zou hebben en ze dus altijd zouden moeten
doen wat het volk wilde.

, De meeste verlichte denkers vonden dat onderwijs mensen zou helpen zelf na te denken, de
Franse wetenschappers Denis dineert en Jean D’alembert stelden hierop een encyclopedie
samen  hierin stond kennis van 100en deskundigen en ideeën geschreven.
De boeken werden ruim verspreid en hadden veel invloed op de burgerij in Europa, niet
iedereen was blij met de encyclopedie:
- Veel edelen en geestelijken voelden zich aangevallen, omdat de encyclopedie veel
kritiek bevatte op de voorrechten van de adel.
- Hierdoor werd later het boek verboden, dit werkte averecht hierdoor werden de
boeken nog beter verkocht.


De verlichte ideeën drongen ook door tot verschillende vorsten, de meeste hielden vast aan
het absolutisme  de regeringen vorm van het ancien regime.
Wel stelden sommige absolute vorsten zich open voor verlichte denkbeelden.
- Frederik Pruisen was zon vorst, hij zag zichzelf als dienaar van de staat.
Hij wees het dooit en divien af en vond dat hij verantwoording verontschuldigd was
aan volk met wie hij het sociaal contract had afgesloten, hij vond wel dat het contract
bindend was en het volk hem dus niet kon afzetten.
Hij gaf het volk dus geen inspraak in het bestuur maar wel geloofsvrijheid en
onderwijs  verlicht absolutisme.
- Catharina de grote van Rusland, zei vond de ideeën van gelijkheid en vrijheid
interessant  dus liet zei een grondwet schrijven hier waren de meeste Russische
edelen niet erg blij mee  ze vonden het niet fijn om aan dezelfde rechten gebonden
te zijn als de horigen op hun landerijen.
Omdat Catharina voor het bestuur afhankelijk was van de adel verdween de
grondwet al snel.

Paragraaf 2:
Kenmerkende aspecten:
- Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën
en de daarmee verbonden trans- Atlantische slavenhandel en de opkomst van het
abolitionisme.
Net als de Spanjaarden en Portugezen die winstgevende koloniën hadden in Amerika,
wilden de Engelse halveerde de 17e eeuw plantages opzetten.
Ze deden dat onder andere in Suriname waar Engelse kolonisten het gebied in een korte tijd
om bouwden tot plantagekolonies.
- De grond en klimaat van het gebied boden de ideale omstandigheden voor het
verbouwen van suiker
- De indianen waren net als in spaansamerika geen goede werkers voor de plantages
 ze konden het zware werk niet aan, hierdoor haalden de plantage houders
Afrikaanse slaven naar Suriname (trans-Atlantische slavenhandel).
In 1667 werd Suriname veroverd door een Zeeuwse kapitein –> hierdoor kwamen de
plantages in handen van een kleine groep Zeeuwse en Hollandse kolonisten.
- De statengeneraal zorgde voor belangen van de soldaten die de plantagehouders
verdedigden, de soldaten traden op als er opstanden of uitbraken op de plantages
waren of voor ontsnapte slaven die via het regenwoud de plantages gingen
aanvallen.
Door de jaren heen ontstond er in Suriname een complexe samenleving van Europese
koloniën:
- Slaven
- Vrije zwarten (vrijgelaten slaven of nakomelingen)
- Mulatten (mensen van gemixte afkomst)
Ook vrije zwarte en mulatten kochten slaven als ze dit konden betalen, waardoor in alle
lagen van de koloniale samenleving slavernij ontstond.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper aambogaerts. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 64438 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,49
  • (0)
  Kopen