Bijzondere overeenkomsten
Hoorcolleges week 1 t/m 7
Overzicht alle weken
1 Algemene inleiding bijzondere overeenkomsten; koop
2 Internationale handelskoop
3 Huur
4 Opdracht, lastgeving, bemiddeling en agentuur
5 Borgtocht en bankgarantie
6 Distributie en franchise
7 Verzekering en vaststellingsovereenkomst
Week 1
Algemene inleiding bijzondere overeenkomsten: de koop
Wat is er bijzonder aan bijzondere overeenkomsten?
Dit vak behandeld benoemde overeenkomsten en onbenoemde overeenkomsten. De
benoemde overeenkomsten staan opgenomen in boek 7; koop, internationale handelskoop,
huur, opdracht, bemiddeling, lastgeving, agentuur, de borgtocht, franchise, vaststelling en
de verzekeringsovereenkomst. De onbenoemde overeenkomsten zijn in dit geval de
distributieovereenkomst en de bankgarantie.
Boek 7 geeft een extra aanvulling op het algemene contractenrecht van boek 3 en 6.
Een overeenkomst kan ook een gemengde overeenkomst zijn in de zin van art. 6:125 BW.
o De bepaling voor de gemengde overeenkomst staat in art. 6:215 BW = de regels van
beiden typen overeenkomsten zijn van toepassing, mits deze elkaar niet
tegenspreken. Als ze elkaar wel tegenspreken dan zullen hier bepalingen over zijn
opgenomen in de wet, en zo niet dan kijk je naar de omstandigheden van het geval.
Denk hierbij aan contracten die niet in een hokje passen maar die wel elementen bevatten
van 1 of meer type overeenkomst. Zoals bijvoorbeeld catering, dit is een combinatie van
opdracht en koop.
Arrest Lindorff/ Nazier = (samenloop regimes). Dit arrest benadrukt dat de rechter
ambtshalve kan beoordelen of partijen ‘en de overeenkomst die zij hebben gesloten’ wel
voldoet aan de eisen die gepaard gaan met een kwalificatie daarvan. Deze ambtshalve
toetsing is er onder andere in het kader van de bescherming van de consument.
Een ander voorbeeld van een gemengde overeenkomst is de sponsoringsovereenkomst. Die
kan bijvoorbeeld worden gezien als een schenkingsovereenkomst en een overeenkomst van
opdracht.
Algemeen contractenrecht
Partijen hebben bij het aangaan van overeenkomsten een grote vrijheid. Dit heet ook wel
contractsvrijheid. De uitleg van overeenkomsten kan wel eens complicaties met zich
meebrengen.
o HR Lundiform/Mexx = In dit arrest komt de wisselwerking tussen de taalkundige
uitleg enerzijds, en het gebruik van de haviltex-formule anderzijds. Mexx is een
, kledingbedrijf die zijn winkels wil gaan herinrichten (meubels, kledingrekken, etc). In
het contract hebben Mexx en Lundiform bepalingen opgenomen omtrent de afname
van producten bij Lundiform. Het arrest spitst zich toe op de vraag hoe deze
overeenkomst moet worden uitgelegd. Lundiform betoogde namelijk dat bij de uitleg
van een contract ook correspondentie tussen de partijen kan worden betrokken. In
andere woorden: de rechter hoeft niet enkel taalkundig te kijken naar de
overeenkomst.
De Hoge Raad = De hoofdregel is dat bij commerciële partijen een taalkundige uitleg
van de overeenkomst het eerste aanknopingspunt is. Als er aanleiding bestaat om
naar andere factoren te kijken, dan is dit ook een mogelijkheid. Opvallend in deze
zaak was namelijk dat Lundiform bijvoorbeeld een juridisch advies heeft gehad bij het
sluiten van de overeenkomt. Daarnaast was aan Lundiform ook niet de mogelijkheid
geboden om andersoortige correspondie ter tafel te brengen. Volgens de Hoge Raad
is het Hof hierin te kort geschoten.
Het kijken naar de bedoeling van partijen (partijbedoeling) is het hanteren van de
haviltex-formule. De Haviltex-formule is onderdeel van het algemeen
contractenrecht.
Werking boek 7
Boek 7 geeft een uitleg en aanvulling de verschillende overeenkomsten. Contractuele
verhoudingen worden beheerst door;
• De uitwerking van de redelijkheid en billijkheid uit art. 6:2 jo. art. 6:248 lid 1
BW
• In beginsel is boek 7 van regelend recht, soms dwingend recht (zit zul je vaak
zien als je te maken hebt met de zwakkere partij zoals een consument,
huurder en bijvoorbeeld een particuliere borg)
Het belang van partijen speelt een belangrijke rol bij deze bepalingen:
1. Belang van partijen bij de overeenkomst zelf = het contractenrecht geeft ook uiting
aan verschillende belangen van de partijen. Uitleg en aanvulling bij de regels van het
algemeen contractenrecht. Je hoeft hierdoor niet meer over alle kleine details te
handelen; immers zijn er wettelijke bepalingen gegeven.
2. Algemene belang = doordat wettelijke bepalingen zijn opgenomen over de bijzondere
overeenkomsten wordt de contractsvrijheid van partijen begrensd. Dit heeft in zijn
algemeenheid te maken met het algemeen belang.
Aanvulling op art. 3:40, 6:248 lid 2 (beperkende werking redelijkheid en billijkheid) en
6:233 sub a BW (oneerlijke voorwaarden)
3. Bescherming van de zwakkere partij (consument, huurder, werknemer) = Dwingende
grenzen aan de contractsvrijheid. Dit zorgt voor voldoende sociale bescherming.
Algemeen belang: welke type voorschriften
Dwingend recht
• bijv. art. 7:6 lid 1 en 7:413 BW
• Nietigheid of vernietigbaarheid op grond van art. 3:40 BW
Vormvoorschriften = bepalingen die een bepaalde vorm voorschrijven. En voldoe je niet aan
die vorm, dan zegt art. 3:39 dat de overeenkomst nietig is.
, • bijv. art. 7:2 BW = koop van onroerende zaken. Vb: voor de koop van een
woning door de particulier is een schriftelijke vorm vereist.
• Nietigheid op grond van art. 3:39 BW
Verder kent de wet bepalingen omtrent bewijslast en bewijsmiddelen = die bepalen wat om
het moment geldt als er een geschil ontstaat tussen partijen. Bijv. art. 7:18a lid 2 = nieuwe
bepaling. Wat er in staat is niet nieuw. Bij de consumentenkoop van roerende zaken geldt
een bewijslast aan de zijde van de consument.
En 7:224 lid 2 BW = opleveren woning
Europese invloeden
Een richtlijn moet worden omgezet in nationaal recht. Dit levert een doorwerking van het
EU-recht op.
• Primair Unierecht: Verdragen, Handvest van de Grondrechten
• Secundair Unierecht: Verordeningen, Richtlijnen
In Boek 7 BW
• Implementatie Richtlijnen
De rechtspraak van de HvJEU is van bijzonder belang voor de uitleg van bepalingen. Deze
uitspraken werken namelijk door in alle lidstaten. Dit zorgt voor nieuwe wetgeving. Je
hanteert dus eigenlijk de uitspraak van de ‘hoogste’ rechter. Ook zal dit zorgen voor een
uniforme toepassing.
Nieuwe Europese Richtlijnen
• Richtlijn 2019/770/EU betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de
levering van digitale inhoud en digitale diensten
• Richtlijn 2019/771/EU betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de
verkoop van goederen
• Richtlijn 2019/2161/EU wat betreft betere handhaving en modernisering van de
regels voor consumentenbescherming in de Unie
➣ geïmplementeerd in Boek 7 BW; jaren over gediscussieerd dus het is een grote stap dat
het nu daadwerkelijk in het wetboek staat.
Art. 288 VWEU
Richtlijn
• Verbindend ten aanzien van te bereiken resultaat
• Vorm en middelen vrij aan Lidstaten
• d.w.z. omzetting in nationale wetgeving nodig
Geen directe horizontale werking; je kan je beroepen tegen bv Nederland. Maar als je je
tegen een wederpartij gaat beroepen dan ga je voor het nationale recht.
Minimum- en maximumharmonisatie
Minimum
• Lidstaten mogen strengere regels vaststellen
Maximum (of ‘volledige harmonisatie’)
• Lidstaten mogen niet van de door de Richtlijn opgelegde standaard afwijken
, Doel EU Marktwerking vergemakkelijken. Consumenten aantrekken om in zoveel mogelijk
andere landen producten te kopen.
Goed voor de marktwerking is ook de bescherming van consumenten. Ze zullen dan meer
kopen etc. Dit is dus niet per se enkel omdat het de zwakkere partij is.
Richtlijn consumentenkoop van goederen
• Vervangt Richtlijn consumentenkoop (Ri. 1999/44/EG)
• Vult Richtlijn consumentenrechten aan (Ri. 2011/83/EU)
• Maximumharmonisatie, tenzij anders bepaald (art. 4)
Verhouding tot Richtlijn digitale inhoud (art. 3)
Dit geeft ons een beter begrip van de stof over de consumentenkoop. Niet per se
tentamenstof.
Richtlijn digitale inhoud
• Vult Richtlijn consumentenrechten aan (Ri. 2011/83/EU)
• Maximumharmonisatie, tenzij anders bepaald (art. 4)
• Verhouding tot Richtlijn consumentenkoop van goederen (art. 3)
• Verhouding tot Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)? Het recht kan
niet altijd de nieuwe technologie bijbenen. De nieuwe richtlijnen geven nog niet
voldoende antwoord op de manier waarop nu bescherming kan worden geboden
door de AVG op type speelgoed, zoals hello barbie.
Cd’s, dvd’s
Goederen met digitale elementen = welke inrichting is dan van toepassing? Voorbeeld;
slimme koelkasten, televisies, laptop. Een regeling is getroffen dat duidelijk is welke
regels nu van toepassing zijn. Als het digitale zodanig verankerd is in het product dat het
daarvan deel uitmaakt, dan is de richtlijn consumentenkoop van goederen van toepassing.
Bij onduidelijkheid gaat ook die laatstgenoemde richtlijn voor.
III KOOP
• Definities
• Totstandkoming overeenkomst (HR Precontractuele informatieplichten van
handelaren jegens consumenten)
• Eigendomsoverdracht en aflevering
• Conformiteit (HR Lichtinstallatie tennispark)
• Niet-nakoming en remedies (HR Vano/Foreburghstaete)
• Klachtplicht (HR Far Trading/Edco, HR Inno/Gemeente Sluis, HvJEU Faber)
Samenloop regimes (HR Lindorff/Nazier)
Definities en de bijbehorende wettelijke bepalingen
• Art. 7:1 BW (koop)