100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Volledige samenvatting BS9 & BS10!!!!!! €10,48
In winkelwagen

Samenvatting

Volledige samenvatting BS9 & BS10!!!!!!

 10 keer bekeken  0 keer verkocht

Ik heb zowel de toetsmatrijs van beroepssituatie 9 als 10 volledig uitgewerkt. de vakken die ik in mijn samenvatting heb uitgewerkt: medisch biologie, klinisch redeneren, verpleegkundig algemeen, verpleegtechnische vaardigheden (VTV) en COVA. Veel succes met leren ;))

Voorbeeld 4 van de 131  pagina's

  • 19 januari 2023
  • 131
  • 2022/2023
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (16)
avatar-seller
kirsihoogeveen
Samenvatting BS9 & BS10
Kirsi Hoogeveen




1

,Medisch biologie ..................................................................................................................................... 6
BS9 .......................................................................................................................................................... 6
1. Kan het biologisch risicogedrag borderline verklaren ........................................................................ 6
2. Kan van verschillende psychofarmaca de (contra-indicaties, werking en bijwerking,
bijzonderheden en interacties benoemen.............................................................................................. 7
3. Kan de onderdelen van het bloed benoemen en hun functie uitleggen en kan het proces van
hemostase uitleggen. ............................................................................................................................ 10
4. Kan het systeem van de AB0 en Rhesus bloedgroepen uitleggen en de overerving beschrijven
aan de hand van de belangrijkste vormen van erfelijkheidspatronen kan de mogelijkheden en
complicaties bij transfusie benoemen. ................................................................................................. 16
5. Kan de definitie, oorzaken, symptomen, onderzoeken en behandeling van de verschillende
vormen van anemie, atherosclerose, ischemische beenklachten, hemofilie, ziekte von Willebrand en
DIS. ........................................................................................................................................................ 19
6. Kan uitleggen wat trombose en embolie zijn en welke gevolgen deze aandoeningen kunnen
hebben. ................................................................................................................................................. 23
7. Kan de drie belangrijkste vormen van antistolling benoemen en hun werking en bijwerking
verklaren (heparine, coumarines, salicylaten) en kan de definitie, oorzaken, symptomen,
onderzoeken en behandeling van verhoogde bloedingsneiging beschrijven vooral in relatie tot
antistolling. ........................................................................................................................................... 25
8. Kan de definitie, risicofactoren, symptomen, onderzoeken, preventie en behandeling van
coronair sclerose (stabiele angina pectoris en acuut coronair syndroom) uitleggen. ......................... 28
9. Kan de cardiovasculaire klinische parameters (Centraal Veneuze Druk (CVD), arteriële bloeddruk
(RR), Mean Arterial Pressure (MAP)) interpreteren en relateren aan de fysiologie van hart en vaten.
.............................................................................................................................................................. 30
10. Kan de oorzaken, verschijnselen, complicaties en behandeling van de vier hemodynamische
vormen van shock incl SIRS, sepsis en septische shock uitleggen. ....................................................... 30
11. Kan de belangrijkste cardiovasculaire medicatie benoemen en hun werking en bijwerking
verklaren (nitraten, bètablokkers, diuretica, alfablokkers,calciumantagonisten, ACE-remmers en
angiotensine II- antagonisten, digoxine)............................................................................................... 31
12. Kan de definitie, risicofactoren, symptomen, onderzoeken, complicaties, preventie en
behandeling van hypertensie en decompensatio cordis/hartfalen uitleggen...................................... 33
13. Kan risicofactoren, symptomen, onderzoeken en behandeling benoemen van klepafwijkingen,
pericarditis en thoracale aneurysmata. ................................................................................................ 38
BS10 ...................................................................................................................................................... 43
1. Kan de anatomie en fysiologie van het voortplantingsstelsel uitleggen, inclusief de zaadcel-en
eicelontwikkeling. ................................................................................................................................. 43
2. Kan de menstruatiecyclus en hormonale/lichamelijke veranderingen tijdens de menopauze en
penopauze uitleggen............................................................................................................................. 50
3. Kan voorlichting geven over vormen van anticonceptie en ongewenste oorzaken van verminderde
vruchtbaarheid en mogelijke behandelingen benoemen..................................................................... 52




2

,4. Kan de prenatale ontwikkeling en hormonale/lichamelijke veranderingen bij de zwangere
beschrijven ............................................................................................................................................ 54
5. Kan uitleggen welke en op welke wijze teratogene factoren van invloed kunnen zijn op de
zwangerschap en kan afwijkende diagnostiek in het tweede en derde trimester relateren aan
gezondheidsproblemen ........................................................................................................................ 65
6. Kan de definitie, risicofactoren, symptomen, onderzoeken, behandeling en complicaties van
zwangerschapshypertensie, pre-eclampsie en het HELLP-syndroom uitleggen .................................. 68
7.Kan de risico’s en fasen/werkwijze van een natuurlijke bevalling en keizersnede uitleggen ........... 69
8. Kan benoemen wanneer er sprake is van prematuriteit/serotiniteit en welke risico’s hierbij
kunnen ontstaan. .................................................................................................................................. 78
9. Kan beschrijven hoe een pasgeborene wordt opgevangen en hierbij de Apgar-score toepassen .. 78
10. Kan de verschillen in anatomie en fysiologie tussen een volwassene, kind en neonaat beschrijven
en kan hierbij de mictie, defecatie en voeding (+ supplementen) van een neonaat benoemen. ........ 79
11. Heeft inzicht in de kwetsbaarheden van neonaten en kinderen wat betreft de temperatuur
regulatie, vochthuishouding en ademhaling ........................................................................................ 81
12. Kan van koorts, uitdroging en luchtweginfecties bij jonge kinderen de definitie, risicofactoren,
symptomen, diagnostiek en behandeling uitleggen ............................................................................. 82
VTV ........................................................................................................................................................ 84
BS9 ........................................................................................................................................................ 84
14. Kan de vijf EHBO-basisregels benoemen en toepassen.................................................................. 84
15: Kan het principe van de ABCDE-methodiek benoemen en toepassen ........................................... 85
BS10 ...................................................................................................................................................... 86
13. Kan uitleggen wat een overdracht volgens de SBAR-methodiek is ................................................ 86
14. Kan uitleggen wat een overdracht volgens de SOAP methodiek is. ............................................... 87
15. Kan het belang van een gestructureerde overdracht uitleggen ..................................................... 87
COVA ..................................................................................................................................................... 88
BS9 ........................................................................................................................................................ 88
16. Kan het verschil aangeven tussen probleemgerichte gesprekken en oplossingsgerichte
gesprekken en kan de belangrijkste uitgangspunten van motiverende gespreksvoering uitleggen. .. 88
17. Kan de fasen van motiverende gespreksvoering uitleggen en herkennen..................................... 91
BS10 ...................................................................................................................................................... 92
16. Kan uitleggen uit welke fasen het slecht nieuwsgesprek bestaat en hier voorbeelden van geven.
.............................................................................................................................................................. 92
Klinisch Redeneren................................................................................................................................ 94
BS9 ........................................................................................................................................................ 94
18. Kan diagnoses, resultaten (NOC) en interventies (NIC) stellen met betrekking tot de volgende
NANDA-domeinen: Domein6: Zelfperceptie, Domein 8: Seksualiteit, Domein 9:
Coping/stresstolerantie, Domein 11: Veiligheid/bescherming ............................................................ 94




3

, 19. Kent de functie van verpleegkundig classificatiesysteem ICF en de DSM-V in het kader van
verpleegkundige diagnostiek. ............................................................................................................... 94
20. Kan het classificatiesysteem ICF onder begeleiding toepassen met betrekking tot de volgende
NANDA-domein 10 Levensprincipes. .................................................................................................... 95
Theorie .................................................................................................................................................. 96
BS9 ........................................................................................................................................................ 96
21. Kan draaglast en draagkracht analyseren en kan de relatie tussen zelfmanagement en
therapietrouw uitleggen. ...................................................................................................................... 96
22. Kan uitleggen wat persoonlijkheidsstoornissen zijn. ...................................................................... 98
23. Kan de zorg rondom zorgvragers, tussen disciplines en organisaties coördineren en de
continuïteit van zorg waarborgen, en hanteert hierbij passende hulpmiddelen. .............................. 100
24. Kan uitleggen welke problemen veel voorkomen bij patiënten met een persoonlijkheidsstoornis.
............................................................................................................................................................ 102
25. kan kennis omtrent de lichamelijke, psychische en sociale gevolgen van middelengebruik en
verslaving toepassen op de in de assertiviteitsgroep beschreven personen. .................................... 102
26. kan de meest voorkomende behandelingen uitzoeken omtrent problematisch middelengebruik
en verslavingsproblematiek. ............................................................................................................... 103
27. kan benaderingswijze van patiënten met problematisch middelengebruik of
verslavingsproblematiek benoemen................................................................................................... 104
28. Herkent en kan adequaat omgaan met seksuele lading in het contact met de zorgvrager. ........ 105
29. Kan op methodische wijze aan de hand van klinisch redeneren het gedrag analyseren dat ten
grondslag ligt aan een risicovolle leefstijl. .......................................................................................... 106
30. Kan preventieve interventies benoemen t.a.v. kindermishandeling en huiselijk geweld. ........... 108
31. Kent de organisatie en de bekostiging van de zorg in de GGZ op micro-, meso- en macroniveau.
............................................................................................................................................................ 109
BS10 .................................................................................................................................................... 112
17. Kan de rol van de verpleegkundige benoemen rondom de (multidisciplinaire) zorg voor een
zwangere vrouw, de pasgeborene en hun omgeving ......................................................................... 112
18. Kent de belangrijkste kenmerken van de ontwikkelingspsychologie van het jonge kind ............ 116
19. Kan de taken en het werkveld van een jeugdverpleegkundige (0-4 jaar) uitleggen, inclusief het
begeleiden van ouders en aandachtspunten in de omgang met hen ................................................ 117
20. Kan benoemen hoe de zes-stappen-methodiek van ProActive Nursing zich verhoudt tot het
verpleegkundig proces volgens NANDA NIC NOC............................................................................... 118
21. Kan voor een beschreven patiëntsituatie passende redeneerhulp(en) selecteren en deze
gebruiken bij de verschillende fasen van het verpleegkundig proces ................................................ 118
22. Kan de zes-stappen-methodiek van Proactive Nursing toepassen in een beschreven
patiëntsituatie ..................................................................................................................................... 121
23. Kan de gemaakte keuzes in elk van de zes stappen van Proactive Nursing toelichten en
onderbouwen...................................................................................................................................... 122




4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kirsihoogeveen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,48. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 48756 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€10,48
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd