Beginselen Strafrecht Belangrijk
Week 1
Het is belangrijk om te letten op wat de bestanddelen zijn:
-Opzettelijk
-Wederrechtelijk
-Schuld
Vraag 1 tll bewijzen?
Vraag 2 strafbaar feit eraan koppelen
Vraag 3 feit strafbaar? Wederrechtelijk
Vraag 4 verdachte strafbaar Verwijtbaar
Opzettelijk als bestanddeel
Niet bewezen? Dan volgt vrijspraak
Wel bewezen? Dan kan je door naar vraag 2
Opzettelijk niet als bestanddeel
Bewezen? Dit hoeft niet, rechter kan beslissen of het feit opzettelijk is
begaan. Door naar vraag 2
Niet bewezen? Ook door naar vraag 2
Wederrechtelijk als bestanddeel
Bewezen? Dan door naar vraag 2
Niet bewezen? Vrijspraak, want alle bestanddelen in de tll moeten worden
bewezen bij vraag 1.
Rechtvaardigingsgrond gehonoreerd? Dan volgt ook vrijspraak, omdat dat
de wederrechtelijkheid wegneemt. Je kan dit dus niet bewijzen.
Wederrechtelijk als element
Bewezen? Dit komt te pas bij vraag 3 Door naar vraag 4
Niet bewezen? OVAR volgt bij vraag 3.
Rechtvaardigingsgrond gehonoreerd OVAR bij vraag 3
Schuld als bestanddeel
Bewezen? Door naar vraag 2
Niet bewezen? Vrijspraak
Rechtvaardigingsgrond of schulduitsluitingsgrond? Dan volgt ook
vrijspraak, want culpa = verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid.
Aanmerkelijke onvoorzichtigheid = wederrechtelijk
Verwijtbaarheid als element
Bewezen? Veroordeling
Niet bewezen? OVAR volgt bij vraag 4
Schulduitsluitingsgrond gehonoreerd? OVAR bij vraag 4, want het neemt
de verwijtbaarheid weg.
Boek 2 zijn misdrijven
Boek 3 zijn overtredingen
Formele delicten staan in de wet omschreven als een handeling, een specifiek
omschreven activiteit (bijv. Het wegnemen van een goed (diefstal)). Bij
materiële delicten heeft
de wetgever niet een
handeling strafbaar
gesteld, maar het
veroorzaken van een gevolg. Het is niet van belang welke handeling er heeft
geleid tot het strafbare gevolg, het is voldoende als het strafbare gevolg is
ingetreden. Bijv. Doodslag (art. 287 Sr): er is niet omschrijven op welke wijze de
ander gedood moet zijn. Omdat materiële delicten niet een handeling maar het
veroorzaken van een gevolg strafbaar stellen, worden zij ook wel aangeduid als
gevolgsdelicten. Materiele delicten:
,Handeling A: met een persoon op andermans hoofd schieten.
Gevolg B: de dood van de ander.
Commissiedelicten: delicten die actief handelen vereisen.
Omissiedelicten: een feit dat niet wordt gepleegd door handelen maar door
nalaten.
Oneigenlijke omissiedelicten: hiervan is sprake als het delict in de wet
geformuleerd staat als een commissiedelict, terwijl het wordt gepleegd door een
nalaten. Omdat de wettekst in dit soort gevallen niet vermeldt wie verplicht was
om te handelen, zal de rechter in concrete gevallen moeten uitmaken wie onder
omstandigheden tot het handelen verplicht was.
Wetshistorische interpretatie: met name bij de interpretatie van recentere
wetgeving kunnen we kijken naar de wil van de historische wetgever. Dit kan
gebeuren aan de hand van de parlementaire geschiedenis welke laat zien welke
overwegingen een rol hebben gespeeld bij de totstandkoming van de wet en
waarvoor de wet precies bedoeld is geweest.
Grammaticale interpretatie: hierbij wordt de inhoud van de wet bepaald aan
de hand van de taalkundige betekenis van de woorden in de desbetreffende
bepaling. Ook wordt gelet op het zinsverband.
Systematische interpretatie: hierbij wordt steeds een beroep gedaan op
andere bepalingen of regelingen. Het kan ook ontleend worden aan de titel van
een boek, titel, hoofdstuk of afdeling van een wetboek. Een dergelijke titel kan
immers een aanwijzing geven voor de betekenis van de in het desbetreffende
deel van de wet opgenomen bepalingen. Het wordt ook wel titulus est lex (het
opschrift bepaalt de wet) of rubrica est lex (de rubriek bepaalt de wet)
genoemd
Teleologische interpretatie: bij het bepalen van de inhoud van een wetsterm
wordt gekeken naar het doel van de wetgever.
Omdat de wet algemene regels moet geven, is zij noodzakelijkerwijs wat
vaag. In individuele zaken zal een rechter moeten uitmaken of het
concrete gedrag van een verdachte onder een delictsomschrijving te
brengen valt. In moeilijke gevallen zal hij de wet moeten interpreteren.
Commuun strafrecht: het strafrecht dat in wetboeken is opgenomen
Bijzonder strafrecht: in de bijzondere strafwetten treft men strafbepalingen
aan die behoren tot het materiele strafrecht, maar vaak ook bevoegdheden die
behoren tot het formele strafrecht.
Al deze wetten zijn wetten in formele zin. Er bestaan ook strafwetten die niet in
samenwerking tussen de Staten-Generaal en de regering tot stand komen, maar
door lagere openbare lichamen worden vastgesteld.
, Gekwalificeerd delict is strafverzwarend
Geprivilegieerd delict is straf verlichtend
Geobjectiveerde delictsbestanddelen: blijkt niet uit de wettekst zelf, bronnen
raadplegen om te kunnen weten of een delictsbestanddeel wel of niet onder de
opzeteis valt.
Bijv. 180 Sr: in de delictsomschrijving van weerspannigheid komt het woord
opzettelijk niet voor. Het opzet ligt echter besloten in het bestanddeel ‘zich met
geweld of bedreiging met geweld verzet’ en is deze dus ingeblikt.
Objectiveren: kijken naar de gedraging.
Normativeren: kijken naar wat een normaal mens weet en denkt.
Week 2
Het kenmerkende verschil: de aanvaarding
Het verschil zit hem in de aanvaarding.
In het ene geval aanvaardt de verdachte de kans dat het gevolg intreedt, in het
andere geval niet.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jb1999. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,48. Je zit daarna nergens aan vast.