RCA kennistoets blok C
Cardiovasculair
Hart- en vaatziekten
,1C.RCA.CO.1 Atherosclerose, risicofactoren, preventie en symptomen
Activiteiten student voorafgaand aan de bijeenkomst
o Beschrijf het proces van atherosclerose
Cholesterol speelt een belangrijke rol. Er vormen zicht verdikkingen in de slagaders,
waardoor bloedstolsel en verstoppingen in slagaders kunnen ontstaan. In de
kransslagader die de hartspier van zuurstof voorziet, kan dit een hartinfarct tot gevolg
hebben. Aderverkalking komt ook regelmatig voor in de slagaders naar hersenen,
darmen en nieren, enz. Hoge bloeddruk, roken, suikerziekte en een te hoog
cholesterolgehalte beschadigen het endotheel. Het endotheel is een platte laag
cellen, die de binnenkant van de slagader bedekken. Door de beschadiging van het
endotheel, wordt het doorlaatbaar voor LDL-partikels. LDL-partikels zijn bolletjes
waarin vetten, vooral cholesterol, naar de lever vervoerd worden. De beschadigde
endotheel cellen krijgen verschillende typen eiwitten in hun membraan, waaraan
witte bloedcellen, macrofagen, blijven plakken. De macrofagen kruipen naar de
bindweefsellaag en nemen de LDL-partikels in zich op. Vanwege hun uiterlijk worden
de met LDL gevulde macrofagen schuimcellen genoemd. De bindweefsellaag gaat
stuk. Gladde spiercellen dringen de laag binnen. Andere typen witte bloedcellen, T-
lymfocyten, worden via het bloed aangevoerd. Er ontstaat een verdikking die veel
weg heeft van een ontsteking. De verdikking barst open als een zweer. Dit heeft tot
gevolg, dat het bloed in de buurt stolt en de rode bloedcellen samenklonteren tot een
trombus. Dit bloedstolsel verstopt een nauw bloedvat met bijvoorbeeld een hartinfarct
of een herseninfarct tot gevolg.
o In welk type vaten treedt atherosclerose op?
Slagaders
o Wat zijn de risicofactoren voor atherosclerose?
Hoge bloeddruk, roken, suikerziekte, te hoog cholesterolgehalte, gebrek aan
lichaamsbeweging en obesitas.
o Krijgt iedereen atherosclerose, of alleen de mensen met risicofactoren?
Iedereen heeft kans op atherosclerose
o Waarom heb je bij atherosclerose een hoog risico op trombose?
Doordat de bindweefsellaag in de slagaders kapot gaat, dringen gladde spiercellen
de laag binnen en ontstaat er een verdikking die op een ontsteking leidt. Die
verdikking barst vervolgens open als een zweer waardoor het bloed in de buurt stolt
en de rode bloedcellen samenklonteren tot een trombus.
o Welke ziektebeelden kunnen een gevolg zijn van atherosclerose?
Trombose
Abnormale elektrische activiteit van het hart -> deze kan zichtbaar worden gemaakt
met een ECG
Fatty streaks -> sprake van vetopstapeling in de tunica intima (binnenste laag van de
vaatwand). Zijn zichtbaar als langwerpige, vlakke verkleuringen van de vaatwand die
steeds langer en dikker worden.
Atherosclerotische plaque -> beginstadium van klinische atherosclerose en wordt
gekenmerkt door de intracellulaire en extracellulaire ophoping van lipiden in de
, vaatwand en de vorming van littekenweefsel. De plaque leidt tot vernauwing van de
arterie, waardoor de bloedstroom wordt bemoeilijkt.
o Wat is het verschil tussen ischemie en necrose?
Ischemie is een absoluut of relatief tekort aan bloedtoevoer, en dus van zuurstof,
naar het weefsel. Een absoluut tekort an bloed ontstaat bij een acute afsluiting van
een arterie zonder een goede collaterale circulatie. Een relatief tekort ontstaat bij een
acute afsluiting met een goede collaterale circulatie of bij een hypotensie. De
gevolgen van ischemie zijn te onderscheiden: 1. in ernst (van niets tot
weefselnecrose), 2. in duur (van kort, bijvoorbeeld angina pectoris, tot lang,
bijvoorbeeld een hartinfarct).
Necrose is het eindstadium van de celdood. Necrose is vaak schadelijk voor het
organisme aangezien de celinhoud niet meteen verwijderd wordt, en zo omliggende
cellen kan aantasten. Het kan ontstaat door verminderde doorbloeding, decubitus,
verbranding enz.
o Wat ga je onderzoeken bij het lichamelijk onderzoek om vast te stellen of een
patiënt een goedwerkend hart heeft?
Ausculatie -> het luisteren met een stethoscoop naar afwijkende geluiden
Elektrocardiogram -> leveren waardevolle informatie over de toestand van het hart
Echocardiografie -> eveneens een niet-invasief onderzoek. Met behulp van
hoogfrequente geluidsgolven worden de bewegingen van de hartkleppen en van de
atria en ventrikels gedurende de hartcyclus in beeld gebracht
Duplexonderzoek -> de richting en de stroomsnelheid worden bepaald van het bloed
in het hart en in de grote vaten. Hiermee kan de cardioloog klepstenose of
insufficiëntie op het spoort komen
Inspannings-ECG -> hierbij kunnen klachten ontstaan die in rust niet optreden maar
bij inspanning wel, voor de diagnostiek van coronaire hartziekten en andere
hartaandoeningen
o Wat meet je bij een ECG?
Een ECG is een registratie van de door het hart veroorzaakte elektrische
veranderingen en wordt gebruikt bij de diagnostiek van coronaire hartziekten,
myocardinfarct, klepafwijkingen en aangeboren hartafwijkingen. Het ECG speelt ook
een rol bij de diagnostiek van rimtestoornissen, zoals atriumfibrilleren en
atrioventriculaire block.
o Welke informatie geeft een X-thorax over het hart?
Vooral de vorm en grootte van het hart. Een thorax foto is eigenlijk niet meer dan een
vage afschaduwing.
o Wat maak je zichtbaar met een coronairangiografie?
Bij angiocardiografie wordt een contrastvloeistof in het vaatstelsel geïnjecteerd,
waarna röntgenfoto's van het hart en bloedvaten worden gemaakt. Op deze manier
kunnen geen afwijkingen van het hart en de grote vaten, de aorta en de arteriae
pulmonales worden gedetecteerd.