Samenvatting Constitutioneel recht
Week 1
Staatsrecht, par. 1-25
- HR 21 maart 2003 (Waterpakt)
Leerdoelen:
- Het begrip ‘staat’ toepassen
- De kenmerken van de democratische rechtsstaat toepassen en hun functie uitleggen
- Uitleggen waarom er spanning kan bestaan tussen democratie en rechtsstaat
- Het verschil tussen directe en indirecte democratie uitleggen
- Het verschil tussen een parlementair en presidentieel regeerstelsel uitleggen
Hoorcollege 1A:
Staatsnoodrecht: noodknop in grondwet die zegt dat als je snel maatregelen wil nemen die in
strijd zijn met de grondwet, dan kan dat, wel alleen in noodgevallen. In het wetsvoorstel moet
staan hoelang de maatregel doet en zodra de 2e en 1e kamer kunnen deze verlenging
wegstemmen en daardoor de maatregel per direct beëindigen.
- Coronacrisis, avondklok
Typenvragen bij casus HC:
- Kan het kabinet gemeenten dwingen?
- Kan de 2e kamer de regering dwingen?
- Waarom niet snel een wet?
- Rechter, Trias Politica?
- Recht op menswaardige opvang?
- Staatsnoodrecht?
Staatsrecht:
- Overheid is organisatie en kijken naar de verschillende ambten daarbinnen en kijken
naar verhouding tussen overheid en burgers. (Staatsrecht is moeder van het recht)
- Status van rechtsregels, staatsrechtelijke vragen
De ‘staat’
- De staat als gemeenschap
- De staat als grondgebied
De staat in het staatsrecht
- De staat als organisatie: ‘de overheid’ (bv Nederland)
- De staat als specifieke organisatie: de ‘rijksoverheid’ (decentrale overheden,
verschillende overheden)
Wanneer is iets juridisch een staat?
- Bevolking
- Moet op een bepaald territorium zijn (maakt niet uit hoe groot)
- Sprake van een overheid die effectief gezag uitoefent
- Agree to disagree
- Vermogen moet zijn om betrekkingen met andere staten te onderhouden
Gezag: je hebt macht, maar die macht is gelegitimeerd Macht: de mogelijkheid om anderen
te dwingen
Kun je bevoegdheden/gezag hebben, maar geen macht?
, - De koning, heeft vele bevoegdheden maar vrijwel geen macht Macht/gezag die
geaccepteerd wordt, zonder bevoegdheden:
o De kerk, Johan Cruijff
Legitimatie, legaal, lego (Max Weber 1864-1920)
- “Overheidsmacht is gelegitimeerd, als zij door burgers (over het algemeen) wordt
geaccepteerd.”
- Traditie: iets is aanvaardbaar omdat het er altijd al zo was
- Charisma: de koning, minister-president of burgemeester
- ‘Het werkt’: het beschermt onze vrijheid het beste (staatsrecht), procedures en
legaliteit, outcome legitimacy
Wat is democratie?
“Goverment of the people, by the people, for the people.”
- De bevolking (demos) oefent beslissende invloed uit op de regering van het land:
o Door verkiezing van die regering
o En/of van een ver (POWERPOINT)
Democratie in soorten en maten
- Directe democratie en representatieve democratie
- Parlementaire en presidentiële democratie
Directe democratie
- Volksvergaderinge
n
- Volksinitiatief
- Referendum
(initiatief van
overheid)
- Burgerparticipatie
(loting)
Representatieve democratie
- Macht is in handen van met name 1 parlement
- Parlementaire en presidentiële stelsels
o Conventioneel stelsel: regering volledige macht
o Parlementair stelsel: vertrouwen nodig van het parlementair vertrouwen,
verantwoording nodig van het parlement (Nederland)
o Semi-presidentieel stelsel: Frankrijk
o Presidentieel stelsel: heeft democratisch mandaat (USA), president niet
afhankelijk van congres voor het aanblijven, niet afhankelijk van
parlementair vertrouwen.
o Hyper-presidentieel stelsel: president volledige macht
Democratie- voorwaarden
- Actief en passief kiesrecht in vrije en geheime verkiezingen (Art. 4 grondwet)
- Openbaarheid van informatie en transparantie (wet open overheid)
- Gelijke rechten voor iedereen (hoeksteen, minimaal niveau gelijkheid en
gelijkwaardigheid)
- Pluralisme
- Politieke grondrechten
o Vrijheid van meningsuiting
o Vrijheid van vergadering
o Vereniging
o En betoging
, Constitutionalisme & de rechtsstaat (‘rule of law’)
- Historische ontwikkeling van de rechtsstaat
- Elementen van de rechtsstaat
o Legaliteit
o Machtenscheiding, machtenspreiding, checks & balances
o Effectieve rechtsbescherming, onafhankelijke rechtspraak
o Grondrechten
- Relatie tussen rechtsstaat en democratie
Hoorcollege 1B:
Twee opvattingen over democratie:
Formele democratie Materiële democratie
Democratie gaat om meerderheden, Democratie gaat ook om fundamentele
om volksinspraak via verkiezingen, gelijkwaardigheid, om pluralisme en om
soms ook via referenda of grondrechtenbescherming.
burgerinitiatieven.
Democratie heeft ook een bepaalde
Nadruk op democratie als procedure inhoud
Democratische rechtsstaat: elementen
Rechtsstaat
- Legaliteitsbeginsel (government by, and in accordance with law)
- Machtenscheiding
- Rechtsbescherming bij de onafhankelijke rechter
- Grondrechten
Democratie
- Verkiezingen…
- …minimaal van parlement
- Politieke grondrechten (uitingsvrijheid, verenigingsvrijheid etc.)
- Rechtsstatelijke waarden?
Weerbare democratie
Wat is weerbare democratie militant democracy, ‘streitbare Demokratie’?
Militant democracy refers to the idea of a democratic regime which is willing to adopt pre-
emptive, prima facie illiberal measures to prevent those aiming at subverting democracy with
democratic means, from destroying the democratic regime’.
Vormen van weerbare democratie
- Beperkingen op constitutionele veranderingen (constitutional unamendability)
o Formele beperkingen…
o …en informele, praktische beperkingen
- Partijverboden (lees: beperking verenigingsvrijheid)
- Maatregelen ter beperking vrijheid van meningsuiting
- Maatregelen ter bevordering kwalitatieve nieuwsgaring
- Financiële maatregelen tegen antidemocratische partijen