Hoofdstuk 1 Europese expansie en de VOC 1500-1800
1.1 - De VOC vestigt zich in Indonesië
Nederlanders gaan deelnemen aan de handel op Azië.
Via Middellandse zeegebied → producten van Azië naar Europa. Vooral specerijen:
peper, kruidnagelen, nootmuskaat en foelie.
In de 16e eeuw drongen Portugese zeevaarders en handelaars zich in het Aziatische
netwerk. Ze voeren om Zuid-Afrika heen, langs Kaap de Goede Hoop. Ze vestigden
factorijen aan de kust van India, Malakka, en China. In 1522 vestigden ze een factorij
op Ambon (Molukken). Vanuit Ambon probeerde ze controle te krijgen over de specerijen
van de Molukken.
Aan het einde van de 16e eeuw → concurrentie (in Zuidoost-Azië) van Britten, Fransen
en Nederlanders. Zij wilden ook winst maken van de specerijen.
De eerste expeditie van Nederlanders naar de specerij-eilanden
Nederlanders probeerde Indië te bereiken via een onbekende route door het noorden om
de Portugezen te ontwijken, dat lukt niet. De laatste (en 3e) poging eindigde in de
overwintering op Nova Zembla (1596-1597).
In april 1595 vertrokken vier schepen uit Amsterdam om de zuidelijke Portugese route
te proberen. Pas na een jaar lukte dat en bereikten ze Bantam (West-Java).
Belangrijkste leiders: Pieter Dirkszoon de Keyser en Cornelis de Houtman en Gerrit van
Beuningen. De leiding was niet goed georganiseerd, hierdoor werd de expeditie bijna een
mislukking.
De gevolgen van de eerste expeditie
● meer animo om verder te gaan op de ingeslagen weg. In 1597 kwamen er allerlei
nieuwe expedities door voorcompagnieën. Voorcompagnieën → tijdelijk (maar
voor 1 reis), samenwerking tussen kooplieden.
● de inkoopprijzen in Azië stegen en de winst in Europa daalde door onderlinge
concurrentie.
De oprichting van de VOC
De VOC maakte een einde aan de onderlinge NLse concurrentie. 1602 opgericht
(Verenigde Oostindische Compagnie).
De staten-generaal gaven de VOC een handelsoctrooi, ze waren de enige NLse
onderneming die handel mocht drijven ten oosten van Kaap de Goede hoop.
De VOC mocht:
● zelfstandig verdragen sluiten met Aziatische vorsten
● zelfstandig oorlog voeren in Azië
● in Azië forten bouwen
Dit mochten ze omdat er oorlog was met de Republiek van Spanje en de VOC zou zich
vooral richten op de Portugezen (bondgenoten van Spanje).
, Het hoofdkwartier van de VOC wordt verplaatst naar Java
In het begin concentreerde de VOC zich op de Molukken. Bestuurscentrum kwam dus
ook op de Molukken op Ambon. De eerste VOC-vloot voer uit in 1603 en in 1605 slaagde
die erin een Portugees fort op Ambon in te nemen. Dat werd het eerst fort van de VOC
in Oost-Indië.
In 1619 verplaatst gouverneur-generaal Jan Pieterszoon Coen het bestuurscentrum van
de VOC naar Jacatra (toen Batavia, nu Jakarta) op Java. Het had een centrale ligging
op de handelsroutes van Zuidoost-Azië.
Het was niet makkelijk, want de VOC had er weinig macht. Ze wilden eigenlijk naar
Bantam in West-Java, maar daar waren de Engelsen al. De VOC was niet tegen de
Engelsen en de vorst van Bantam opgewassen. Jacatra wilde onafhankelijk zijn, daarom
mochten ze er al een factorij vestigen in 1610, maar toen Coen de macht wilde pakken
verzette de regent zich. Ook de Engelsen en Bantammers probeerden Coen tegen te
houden, maar dat lukte niet.
1.2 De VOC gaat het in de 17e eeuw voor de wind
De VOC boekt economisch gezien goede resultaten
● rond 1625 was de VOC de grootste handelsonderneming in de wereld.
● in 1621-1670 had de VOC vrijwel een wereldmonopolie op de handel in specerijen
De resultaten werden als volgt bereikt:
● de VOC verwierf toegang tot specerijgebieden in de Molukken en pepergebieden
in Batam en Atjeh
● de VOC verdreven de Britten en Portugezen grotendeels uit het oostelijke deel
van de Indonesische archipel (eilandengroep), dus hun grootste concurrent was
weg
De VOC breidt haar handel en macht uit
● de VOC stichtte op veel plaatsen in de archipel factorijen
● de VOC ging zich in de loop van de 17e eeuw actief bezighouden met de
inter-Aziatische handel
Er was veel ruilhandel, daardoor bleek inter-Aziatische handel noodzaak voor de VOC.
De indonesische bevolking had namelijk meer behoefte aan Aziatische producten dan
aan Europese. Vooral geverfde en/of bedrukte katoenen stoffen (sits of chintz) bleken
goede ruilmiddelen. Ook in Europa was dit een succes.
De macht van de VOC concentreerde zich in de 17e eeuw op de Molukken, omdat de
VOC groot belang aan de specerijenhandel (vooral kruidnagelmonopolie) hechtte.
In de 18e eeuw verschoof de aandacht naar Java, de VOC breidde de eigen macht verder
uit en beperkte die van de vorsten.
De reden van de verschuiving van de aandacht, was dat koffie en suiker belangrijk
werden, die in de Molukken niet verbouwd werden.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper noorwijker. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.