Les 1: Introductie in het vakgebied Public Health en gezondheid in breder perspectief
Thema’s WHO: primaire gezondheidszorg, gezondheidsbevordering, participatie van
de bevolking, rechtvaardigheid en multisectorale samenwerking.
Doelen WHO: op internationaal niveau de gezondheid bevorderen en daarmee
gezondheidsproblemen terug dringen. Gezondheidsverschillen tussen landen terug
dringen.
5 aandachtsgebieden WHO: ontwikkelen gezondheidsbeleid; ontwikkelen van een
fysieke en maatschappelijke omgeving die de gezondheid bevordert; versterken
community action; ontwikkelen van gezondheidsvaardigheden bij mensen om de
kansen op gezondheid te optimaliseren, en een heroriëntatie op
gezondheidszorgvoorzieningen.
Medische visie op gezondheid: afwezigheid van ziekte of lichaamsgebrek.
Monocausale verklaringswijze van ziekte: ontstaan ziekte heeft slechts één
oorzaak.
Biologische visie op gezondheid: iemand is gezond als deze zijn fysiologische
processen en biochemische reacties kan aanpassen in het lichaam aan externe
omstandigheden (homeostase).
Psychologische visie op gezondheid: gezond als iemand zich zelf gestelde doelen
in het leven kan behalen. Voldoen aan geestelijke behoeften.
Sociale visie op gezondheid: iemand is gezond als diegene zijn sociale rollen in de
maatschappij kan vervullen.
Humane visie op gezondheid: iemand is meer dan zijn lichaam. Kijkt naar het
geheel.
Multicausale verklaringswijze van ziekte: koppeling sociale, biologische,
psychologische visie op gezondheid.
Dynamische visie: hierbij ligt de nadruk op het aanpassingsvermogen van de mens
en het evenwicht tussen de mens en zijn omgeving (externe milieu).
ICF: classificatie van gezondheid en gezondheidsgerelateerde domeinen. Geeft weer
hoe mensen met hun gezondheid omgaan. Gezondheidsconditie (ziekte),
participatie, lichaamsbouw en functies, activiteit, omgevingsfactoren en persoonlijke
factoren spelen een rol.
ICD: geeft informatie over gezondheid, ziekte en sterfte. Standaard voor definiëren
ziektes.
Gezondheidsindicatoren: geven aan welke gezondheidsproblemen vaak
voorkomen en welke vaak leidt tot sterfte. Voorbeelden indicatoren:
,Mortaliteit: geeft aantal personen die gedurende een periode sterft weer.
Morbiditeit: mensen met gezondheidsprobleem in een populatie.
Incidentie: aantal nieuw optredende ziektegevallen.
Prevalentie: aantal personen met ziekte op dat moment.
Levensverwachting: aantal verwachte levensjaren gemeten vanaf de geboorte.
GLV: maat die lengte en kwaliteit van leven combineert. Gezonde
levensverwachting:
- Levensverwachting in goed ervaren gezondheid.
- Levensverwachting zonder lichamelijke beperkingen.
- Levensverwachting in goede geestelijke gezondheid.
QALY’s: waarde kwaliteit van leven en levensduur.
DALY’s: aantal gezonde jaren dat een populatie verliest door een ziekte.
ADL-maten: in welke mate functiestoornissen het dagelijks leven belemmeren.
SIP: gezondheidstoestand inzichtelijk maken door vragen.
MCGill Pain Questionnaire: pijn in kaart brengen door vragen.
GHQ: inzicht in psychische gezondheid.
Epidemiologie: inzicht gezondheidstoestand van de bevolking. Verschillen in
gezondheid verschillende populaties in kaart brengen. Verbanden leggen en hierdoor
ziektes voorkomen.
Etiologische factoren: bepalend voor ontstaan van ziekte (zoals erfelijke aanleg).
Prognostische factoren: maken dat een aanwezig gezondheidsprobleem verergert of
stopt. Hebben invloed op verloop ziekte (zoals roken bij COPD).
Milieu factoren: kunnen ziekte nadelig beïnvloeden (uitstoot bij longproblemen).
Diagnostische factoren: maken duidelijk of er sprake is van een
gezondheidsprobleem (veranderende moedervlek bij huidkanker).
Gezondheidsstatistieken: zeggen iets over de gezondheidstoestand van de
bevolking.
Demografische statistieken: inzicht in samenstelling van bevolking.
4 categorieën chronische ziekten:
- Levensbedreigende ziekte.
- Aandoeningen met periodiek terugkomende klachten.
- Die progressief verslechteren en invaliderend zijn.
- Psychiatrische aandoeningen.
Multimorbiditeit: meerdere gezondheidsproblemen tegelijk.
Les 2: Gezondheid en volksgezondheid in kaart brengen
Health Concept van Lalonde: factoren die invloed hebben op ziekte en gezondheid.
Aan de hand van deelgebieden (gezondheidsdeterminanten).
Gezondheidsdeterminanten:
Endogene: intern milieu: afwijkingen in gen/ chromosoom. Aanleg voor
gezondheidsproblemen. Multifactoriële gezondheidsproblemen.
, Verworven eigenschappen zoals hoge bloeddruk/ cholesterol/ gewicht/ glucose,
afwijking immuunsysteem, veroudering, psychisch ongezond.
Exogene: fysieke/ maatschappelijke omgeving.
- Fysieke omgeving: fysische factoren (geluid en straling), chemische
factoren (dioxinen en PCB’s), biotische factoren (levende organismen).
- Maatschappelijke omgeving: invloed werk, school, gezin, sociaal
economische status en sociale omgeving op de gezondheid.
Medische zorg en preventie.
Positieve effecten: daling sterfte, grotere kwaliteit leven, vroege zorg &behandeling.
Negatieve effecten (iatrogenese) : resistentie antibiotica, ziekenhuisinfecties,
bijwerkingen geneesmiddelen.
Leefstijl en gedrag.
Gezondheidsvaardigheden: vaardigheden van mensen om informatie te
verwerven en gebruiken over gezondheid.
- Voedingsgedrag, zoals weinig vet eten.
- Alcohol- en drugsgebruik: alcohol met mate.
- Rookgedrag: veel gezondheidsproblemen door.
- Bewegingsgedrag: lichamelijke activiteit is bevorderend.
- Seksueel gedrag: overdraagbare ziektes.
Gezondheidsrisico’s en gezondheidsdeterminanten:
- Relatieve risico’s: sterkte van het verband tussen de risicofactoren en het
optreden van gezondheidsproblemen.
- Populatieattributieve risico: percentage ziektegevallen door blootstelling
aan de risicofactor in de bevolking.
- Risicoverschil: verschil in ziektefrequentie tussen mensen met een
risicofactor en mensen zonder risicofactor.
- Attributieve risico: geeft aan welk deel van het risico dat de risicogroep
loopt, te wijten is aan de risicofactor.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper pampol. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.