Samenvatting reputatiemanagement
Functies reputatiemanagement:
Doel vs middel
Doel: + 15% rendement, bescherming
Middel: magneet, bindmiddel
Extern vs intern
Magneet vs bindmiddel
Magneet: klanten, sponsoren (samenwerking), werknemers, aantrekken van mensen/
bedrijven
Bindmiddel: community, mensen willen bij je blijven werken, behouden van mensen
Identiteit: Bepaal je zelf, hoe omschrijf je jezelf, wie zijn wij als organisatie, op basis van
positionering
Gewenste identiteit; je positionering
Geprojecteerde identiteit; al je communicatiemiddelen om de gewenste identiteit
naar buiten te brengen
Gepercipieerde identiteit; mening medewerkers over geprojecteerde identiteit
Toegepaste identiteit; gedrag medewerkers wat volgt op gepercipieerde identiteit
Je identiteit:
Sluit aan bij je kernactiviteiten
Sluit aan bij de organisatie als geheel
Sluit aan bij je root strengths
Is onderscheidend tov de concurrentie
Spreekt verschillende stakeholdersgroepen aan
Positionering: Wat wil je zijn
Imago: Wat een ander van je denkt, heb je zelf wel invloed op, extern, hoe je gezien wordt
Beoogd imago; Wat wil de organisatie dat anderen over haar denken
Afgeleid imago; Wat denkt de organisatie dat de stakeholders over haar denken
Werkelijk imago; Hoe de stakeholders echt denken over de organisatie
Reputatie: Alle imago’s opgeteld, wat er totaal extern over jou gedacht wordt, hoe iedereen
over je denkt
Corporate identity mix
Omschrijft identiteit op basis van:
Persoonlijkheid
Communicatie; bijvoorbeeld socials, events, de boodschap
Symbolen; merkuiterlijk (milieubewustgroene kleuren)
Gedrag; kun jij je aan de levertijden houden, klopt de prijs/productie ten opzichte
van identiteit (Rolex kan geen goedkope horloges aanbieden, milieubewust bedrijf
kan geen vervuilend productieproces hebben)
, Reputatiemanagement = Het systematisch en integraal werken aan de naam en faam van
een organisatie bij alle stakeholders om daarmee de positie te versterken op de
commerciële markt, financiële markt, arbeidsmarkt en in de samenleving.
Vier mogelijke verhoudingen tussen imago en identiteit:
Imago gunstiger dan je bedrijfsidentiteit
Bedrijfsimago minder positief dan je identiteit
Imago en identiteit in overeenstemming
Er is nog geen imago gecreëerd (bijv. start-ups)
Verschillende stakeholders en imago’s
Consumenten: de reputatie beïnvloedt aankoopbeslissingen
Beïnvloedbaar d.m.v. (corporate-) branding; (bijv. Lego)
Halo effect (De neiging om iets positiefs te beoordelen gebaseerd op 1 positief aspect,
waardoor je denkt dat er nog meer positief zal zijn, positieve of negatieve associaties met
het bedrijf vertalen door naar producten van het bederijf, VB auto’s, exact dezelfde auto’s
van verschillende merken, maar je kiest toch voor een bepaald merk)
De 5 fundamenten van een sterke reputatie:
Zichtbaarheid; De mate waarin je als onderneming uitingen doet naar je
stakeholders, het volume waarin je communiceert en de hoeveelheid kanalen die je
hiervoor inzet
Hoe ben je zichtbaar?
o Prominente plaats bij het publiek
Zichtbaarheid op straat; Wat je daadwerkelijk ziet, voordeel dat je
veel wordt gezien en ontneemt plek van concurrent
Aanwezigheid in de media; Wat je ziet in de media, positief beeld
schetsen, werkt goed als je communicatie aangaat met klant
Nationaal karakter; Merken zijn bekender en positiever als het uit
eigen land komt, bijv. Unilever
o Prominente plaats in de markt
Sterk merk; Je product is op heel veel plekken aanwezig, dus wordt
heel veel doorverkocht, bijv. Coca-Cola, niet altijd door aantal
verkooppunten, maar ook gebruik, zoals Apple
Beursnotering; Bent meer zichtbaar, wordt meer over je geschreven,
zowel positief als negatie
Maatschappelijke profilering; Je doet wat goeds voor de
maatschappij, bijv. Tony Chocolonely
Transparantie; Sterke reputaties ontstaan wanneer bedrijven open zijn over hun
werkwijze
Bedrijven die communicatie met het publiek uit de weg gaan en zich nauwelijks
inspannen om te laten zien hoe zij werken, verliezen terrein op het gebied van
publieke opinie
Publieke opinie bepaalt “license to operate”
Kan komen door:
o Druk van de markt
o Druk van actiegroepen