Rechtssociologie
Week 1
Hoorcollege
Focus: vanuit de maatschappij naar het recht.
Durkheim:
- Mechanische versus organische solidariteit.
- Repressieve versus restitutieve sancties.
Organisch naar mechanisch -> agrarisch naar industrieel.
- Arbeidsverdeling als gevolg.
- Naarmate de samenleving complexer wordt gaan mensen zich steeds verder specialiseren
als gevolg van de afname van de sociale cohesie.
- Volgens durkheim gaat dit gepaard met het uiteenvallen van sociale normen -> hierdoor
ontstaat een situatie van anomie (normloosheid).
- Hij vraagt zich af of het recht zich kan bijdragen aan het instant houden van een
complexere samenleving.
Restitutieve sancties: sancties die niet gericht zijn op straffen per se, maar op het herstellen van
de situatie, voordat de norm was overtreden.
- Dit soort sancties passen meer bij de complexere samenleving.
Weber heeft zich de vraag gesteld: Hoe kan het dat mensen de macht van de staat accepteren?
- Antwoord:
o Bronnen van gezag:
Charisma.
Traditie.
Het recht.
“Het recht is het instrument waaraan bureaucratieën hun gezag aan ontlenen.”
1
,Als het recht goed werkt (als het formeel rationeel werkt) dan zullen mensen zich daar in
herkennen en zich daaraan onderschrijven.
- In dit geval zal er geen sprake zijn van misbruik zoals Marx die beschrijft.
Formeel rationeel legaal: duidelijk en transparant.
- Als het recht zo is zullen mensen hem makkelijker accepteren en onderschrijven.
Marx:
- Onderscheid tussen elite en werkende klasse in kapitalistische maatschappij.
- Recht wordt gebruikt ter ondersteuning van het behoud van kapitalistische maatschappij.
Marx kijkt met name naar sociale ongelijkheid en het bestaan van een arbeidersklasse en een rijke
elite binnen de samenleving. -> kapitalisme en industrialisering heeft ervoor gezorgd dat de
arbeiders worden uitgebuit door de rijke elite.
Marx zag het recht als een instrument om de ongelijkheid tussen groepen in de samenleving te
handhaven.
- De rijke klasse gebruikte het recht om de arbeidersklasse onderdrukt te houden en hun
eigen positie veilig te stellen.
Het recht heeft verschillende functies binnen de samenleving:
- Ordenende functie: recht en regels worden gebruikt om ordening tot stand te brengen,
omdat mensen door het bestaan van de wet (moeten) weten wat zij van elkaar kunnen
verwachten m.b.t. handelingen die wel of niet geaccepteerd worden.
o Sociale controle functie van het recht.
- Instrumentele functie: het recht wordt gezien als een instrument voor de overheid om
bepaalde beleidsdoelen mee te behalen.
o Het recht is de kruiwagen van het beleid.
- Geschillenbeslechtingsfunctie: de functie die het recht heeft als middel om conflicten op
een vreedzame manier op te lossen.
- Normatieve/expressieve functie: het recht is een uitdrukking van waarden en idealen.
o De sociale waarden en de waarden van de rechtsstaat.
o Het recht is een sociaal construct.
o Een product van de samenleving.
Wat is rechtssociologie?
- Een andere manier van het kijken naar:
o Wat recht is.
o Hoe het tot stand komt (sociale productie / sociale genese).
o Wat doet het (sociale werking).
2
,Recht van onderop: focust op wat er vanuit de samenleving met betrekking tot normen naar
boven borrelt.
De sociale werking van wetgeving:
- Waarom wetgeving niet altijd het directe effect heeft in de maatschappij, die de wetgever
beoogde.
De directe werking van wetgeving hangt samen met het gegeven dat mensen kennis moeten
hebben van de wet (wat er van de burger verwacht wordt), een ander belangrijk element dat in de
weg kan staan aan de directe effecten van de wet is de aanwezigheid en werking van de semi-
autonome sociale velden.
Semi-autonome sociale velden: het bestaan van bepaalde normen naast de normen die door de
wetgever zijn opgelegd.
De ongeschreven regels kunnen in conflict komen met de normen die door de staat zijn opgelegd.
- “de normen van mijn groep zijn belangrijker dan de normen van de staat.”
Dat soort ongeschreven normen kunnen bijzonder lastig zijn voor wetgeving, om het gewenste
directe effect te hebben -> want als mensen zichzelf niet herkennen in de wetgeving en meer
waarde hechten aan een andere autonomie, dan zullen zij zich minder/niet aan die normen van de
wetgever houden.
Semi-autonoom sociaal veld: bepaald groepsverband waarin bepaalde ongeschreven normen
gelden.
Het is van belang om rechtsfilosofie, rechtssociologie en rechtswetenschap te combineren om de
complexiteit van (de totstandkoming en werking) van het recht en juridische processen te
begrijpen en te duiden.
Taekema wijst op de empirische en methodologische meerwaarde van de rechtssociologie
gecombineerd met de meer ‘bottom-up’ benadering van de rechtsfilosofie en de rechtswetenschap
maar ook op de focus op daadwerkelijk ervaren normen en juridische normen. De erkenning van
een meer pluralistisch (zowel klassiek als modern) rechtsbegrip is van belang om realistisch te
kunnen reflecteren op de rechtsstaat.
Pluralistisch rechtsbegrip: naast het recht van de staat is er ook een belangrijk rol weggelegd voor
gewoonterecht, religieus recht, Europees recht, internationaal recht. -> hoe deze rechtsvormen op
elkaar doorwerken is belangrijk om empirisch te onderzoeken in de rechtssociologie.
3
, Normatief: hoe iets zou moeten zijn, en niet hoe het is.
Week 2
Literatuur
Hoofdstuk 2: Welke rol spelen ambtenaren achter de schermen van het wetgevingsproces?
Wetgeving is vertegenwoordiging: vanwege het legaliteitsbeginsel behoeven
overheidsinterventies een wettelijke basis. Via wetgeving die op correcte wijze tot stand is
gekomen bindt de bevolking in een representatieve democratie op legitieme wijze zichzelf en is
daarom verplicht zich aan de uitkomsten te onderwerpen.
Vier modellen van het wetgevingsproces:
- Synoptisch beleidsfasenmodel: wetgeving wordt voorgesteld als een beschrijving van de
werkelijkheid zoals die zich behoort af te spelen, namelijk als een goed geordend en
geregisseerd proces.
o Het beleid (en wetgeving) is een rationeel proces dat zich ontwikkelt onder de
regie van de politiek verantwoordelijke organen, waarbij iedere betrokkene een
heldere rol heeft.
o Politieke ambtsdragers hebben de leiding bij het formuleren van de woorden van
de wet, voor anderen, zoals belangengroepen, burgers en deskundigen, is er wel
een plaats, maar zij bevinden zich in de marge.
o Primaat van de politiek: de democratisch gekozen functionarissen (ministers,
parlementsleden) hebben de leiding. De anderen (de onderdanen kunnen ten volle
proberen hun invloed uit te oefenen binnen de democratische spelregels, maar zij
moeten de uitkomst van het politieke proces als bindend accepteren.
o Voordelen: helder en rationeel. Ieders rol is volkomen duidelijk.
o Nadelen: prescriptie en descriptie lopen erg door elkaar heen.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper seanjansen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.