Het spierstelsel
Het skelet en het spierstelsel vormen samen het
bewegingsapparaat. Bewegingsapparaat is een
verzamelnaam voor bot- en spierstelsel. We kunnen
twee soorten spierweefsel onderscheiden:
1. dwarsgestreept (willekeurig) spierweefsel dat
onder invloed van onze wil staat
2. glad (onwillekeurig) spierweefsel dat niet
onder invloed van onze wil staat.
We kunnen ons bewegen dankzij de samenwerking
van spieren en pezen. Pezen maken deel uit van de
spier; zij zitten aan de uiteinden ervan. Een spier is
altijd door middel van een pees verbonden met het
bot. We kunnen de pezen goed zien op onze handrug
als we de vingers bewegen. De reden waarom we
onze handbotjes door middel van pezen en niet door
middel van spieren bewegen, ligt letterlijk voor de
'hand'. Spieren zijn veel te dik en fijne motoriek zou niet mogelijk zijn zonder tussenkomst van pezen.
Een spier lijkt qua uiterlijk veel op een gestroopte muis vandaar de naam: musculus (meervoud:
musculi). De bewegingen die we door middel van de dwarsgestreepte spieren kunnen maken,
berusten op het feit dat spieren kunnen samentrekken. Zo´n samentrekking noemen we een
contractie.
Strekspieren noemen we extensoren en buigspieren flexoren. Spieren werken meestal samen in
koppels. Een koppel spieren dat in tegengestelde richtingen werkt, noemen we antagonisten en een
koppel spieren dat in dezelfde richting werkt synergisten.
Aanhechting van spieren
Om bewegingen mogelijk te maken, moeten onze spieren de botten in beweging brengen. De spieren
zijn aan de uiteinden van de botten bij het gewricht bevestigd. De aanhechtingszijde van de spier
waar de beweging optreedt noemen we de insertio en de zijde die niet in beweging komt, de origo.
Op deze manier komt de spier in beweging.
We kennen ook spieren die in plaats van skeletdelen onderling, ook een bot met de huid verbinden.
Deze spieren vinden we met name in ons gezicht en ze zijn verantwoordelijk voor onze
gezichtuitdrukkingen. Deze spieren noemen we mimische spieren.
Een derde groep wordt gevormd door spieren die niet aan een bot bevestigd zijn, maar alleen aan de
huid. Voorbeelden hiervan zijn de kringspieren van mond en anus.
Bewegingen
Bij willekeurige bewegingen vindt een nauwe samenwerking plaats tussen zenuw- en spierstelsel.
Hierbij speelt het zenuwstelsel een besturende en het spierstelsel een uitvoerende rol. Van het
zenuwstelsel gaan impulsen (prikkels) uit die de spier aanzetten tot samentrekken. Een beweging
bestaat uit een hele reeks contracties die we een contractiegolf noemen. Een aantal contractie-
golven achterelkaar zorgen voor een meervoudige of tetanische contractie. Onze willekeurige
bewegingen berusten allemaal op tetanische contracties.
Voor het uitvoeren van een willekeurige beweging hebben we de volgende drie onderdelen van ons
lichaam nodig:
1. onze hersenen om de aanzet tot de beweging te geven;
2. de zenuwvezel waarlangs de elektrische impuls verloopt die de informatie 'beweging' bevat;
, 3. de spieren die de beweging uitvoeren.
Het doorgeven van impulsen aan een zenuwvezel noemen we de innervatie van een spier en de
specialist die zich bezighoudt met aandoeningen van zenuwen en spieren, heet een neuroloog.
We kunnen het neuromusculaire systeem (het spier-zenuwsysteem) onderzoeken door middel van
elektromyografisch onderzoek. Hierbij wordt de elektrische activiteit van de te onderzoeken spier
gemeten en geregistreerd. Als de innervatie van een spier gestoord is dan spreken we van denervatie
ook wel enervatie van deze spier. In die gevallen is meestal sprake van een verminderde
spierwerking. De specialist die zich bezighoudt met het interpreteren van EMG-registraties, noemen
we een neurofysioloog.
Spieraandoeningen
Een aandoening van de spieren noemen we een myopathie en de leer die zich bezighoudt met
spieraandoeningen heet de myopathologie.
Een verschijnsel dat niet specifiek is voor een bepaalde spieraandoening, maar dat toch regelmatig
binnen het kader van verschillende spieraandoeningen (van ernstige tot onschuldige) kan
voorkomen, zijn tetanieën of spierkrampen. Dit zijn onwillekeurige spiersamentrekkingen.
Spierkrampen kunnen het gevolg zijn van lang in een bepaalde houding zitten, kalkgebrek of
bepaalde vergiftigingen. Er kunnen ook krampen voorkomen in het gladde of onwillekeurige
spierweefsel dat de binnenzijde van de inwendige organen bekleed. We spreken dan van een koliek.
Kolieken kunnen het gevolg zijn van een afsluiting van de galwegen bij galsteenkoliek of van de
urineleiders bij niersteenkoliek.
Voorbeelden van aangeboren spieraandoeningen die we kunnen tegenkomen zijn:
myotonica congenita: morbus Thomsen
progressieve spierdystrofie.
Bij myotonica congenita ook morbus Thomsen genoemd, is het zo dat een eenmaal samengetrokken
spier slechts met heel veel moeite weer tot ontspanning gebracht kan worden. Bij deze aangeboren
aandoening duurt de contractie van de spier langer dan gewenst. Soms treden deze verschijnselen
alleen bij koude op. Warmte doet de klachten weer verdwijnen. Verder bestaat de therapie uit
medicatie.
Bij progressieve spierdystrofie, een erfelijk bepaalde aandoening, is sprake van atrofie (afname van
spierweefsel) of van pseudo-dystrofie (een schijnbare toename van spierweefsel). De kracht van de
patiënt neemt intussen echter steeds verder af. Er treden paresen (onvolkomen verlammingen van
een spier) op, waarbij het spierweefsel vervangen wordt door bind- en vetweefselwoekeringen.
Mogelijk speelt een verstoring van de chemische processen, die de spiercontracties beïnvloeden, een
rol. De patiënt invalideert meer en meer en uiteindelijk kan een paralyse (een volledige verlamming
of krachte-loosheid van bepaalde spieren) optreden. Bij een spierverlamming spreken we ook wel
van myoplegie.
Een bekend spiertrauma waar we allemaal van tijd tot tijd last van hebben is myalgie: spierpijn.
Spierpijn is het gevolg van scheurtjes in de kleine spiervezels na ongewone inspanning. Na rust
herstellen de vezeltjes en verdwijnen de klachten weer.
Spieren als zodanig zijn nauwelijks vatbaar voor infecties. Als een spier ontstoken raakt, is dat
meestal het gevolg van een infectie in de buurt van die spier. Symptomen zijn pijn en
krachtsvermindering. Vaak komen myositis (ontsteking van één spier) en polymyositis (ontsteking
van meerdere spieren) voor als begeleidende aandoening van maligne aandoeningen of binnen het
kader van een infectieziekte. De behandeling bestaat uit toediening van corticosteroïden die de
ontstekingsreacties remmen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper evysteffers1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,69. Je zit daarna nergens aan vast.