Week 1
Kennisvragen
1. Noem de elementen van een arbeidsovereenkomst.
2. Op basis van welke vormen kan arbeid worden verricht
3. Waarom is het antwoord op de vraag hoe een arbeidsrelatie juridisch
genoemd moet worden zo belangrijk?
4. Welke jurisprudentie heeft het ondergeschiktheidcriterium ingekleurd?
X/gemeente Amsterdam/ IAOW-Arrest
Hoge Raad 6 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1746
Berichten in krant en sociale media
Met dit arrest breekt de Hoge Raad met zijn arrest Groen/Schoevers dat sinds
1997 leidend is voor de kwalificatie van de arbeidsovereenkomst. Expliciet
maakt de Hoge Raad duidelijk dat niet langer de partijbedoeling van belang is,
maar de vraag of de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de
wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst. Als sprake is van arbeid,
loon en een gezagsverhouding is dus sprake van een arbeidsovereenkomst,
ongeacht of partijen dat beoogd hebben.
Haviltex-arrest (HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635)
,Ermes- Haviltex
“De vraag hoe in een schriftelijk contract de verhouding van partijen is geregeld en
of dit contract een leemte laat die moet worden aangevuld, kan niet worden
beantwoord op grond van alleen maar zuiver taalkundige uitleg van de bepalingen
van dat contract.
Voor de beantwoording van die vraag komt immers aan
- Op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer
redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en
- Op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten
verwachten.
Daarbij kan mede van belang zijn
- Tot welke maatschappelijke kringen partijen behoren en
- Welke rechtskennis van zodanige partijen kan worden verwacht.”
Samenvattend
- Haviltexen
1) Is tussen partijen een overeenkomst tot stand gekomen?
2) Wat is de inhoud van die overeenkomst? Met andere woorden: welke
rechten en verplichtingen zijn partijen aangegaan? Gerechtvaardigde
verwachtingen?
- Feitelijk uitvoering van arbeidsovereenkomst ->
3) Voorwaarden uit art. 7:610 BW afgaan
5. Wat is het kenmerkende verschil tussen opdracht en aanneming van
werk?
6. Aan welke vormvereisten dient een arbeidsovereenkomst te voldoen?
7. Kan er binnen het arbeidsovereenkomstenrecht worden afgeweken
van “driekwart dwingend recht?”
Casus 1
bekijk voor het maken van deze opdracht het hoorcollege lesweek 1
(aanvullend lesstof paragraaf 3.19 t/m 3.22 boek)
Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
Partijen
Administrations B.V., hierna te noemen de werkgever, vertegenwoordigd door de
heer Karel Kooiman
en, Peter Faber, geboren18 mei 1982, hierna te noemen de werknemer, wonende te
Amsterdam, komen als volgt overeen:
Artikel 1: Indiensttreding
De werknemer treedt bij de werkgever in dienst met ingang van 1 september 2020.
,Artikel 2: Werkzaamheden
2.1
De functie van de werknemer is administratie specialist bij Adminstrations B.V.
afdeling Specialisatie te Amsterdam.
2.2
Op gronden aan het bedrijfsbelang ontleend, kan de werkgever tijdelijk andere
werkzaamheden opdragen. Redelijke voorstellen ter zake van een functiewijziging
die voor langere of onbepaalde tijd zal gelden, kunnen door de werknemer alleen
worden afgewezen indien de aanvaarding redelijkerwijs niet van hem kan worden
gevergd.
2.3
De werknemer is gehouden bij de heer Kooiman opgave te doen van
nevenwerkzaamheden die hij verricht of van plan is te gaan verrichten en die de
belangen van de werkgever kunnen raken. Het is hem verboden
nevenwerkzaamheden te verrichten waardoor de goede vervulling van zijn functie en
de belangen van de werkgever niet zijn gewaarborgd.
Artikel 3: Plaats
De plaats van tewerkstelling bij aanvang van de arbeidsovereenkomst is Amsterdam
Artikel 4: Duur van de dienstbetrekking
De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd en wel vanaf 1
september 2020.
Artikel 5: Proeftijd
Er geldt een proeftijd van 1 maand, te rekenen vanaf het moment van
indiensttreding.
Artikel 6: Arbeidsduur
De werknemer werkt gemiddeld 38 uur per week.
Artikel 7: Loon
7.1
Het loon bedraagt € 2600,13 bruto per maand
7.2
Tegelijk met het salaris over de maand december ontvangt de werknemer een
jaarlijkse uitkering gelijk aan 13 % van twaalf maal het salaris over de maand
december van dat jaar, verhoogd met vakantietoeslag. Voor de werknemer die in de
loop van het desbetreffende kalenderjaar in dienst is getreden, of vóór 1 december
van dat jaar uit dienst is getreden, wordt de uitkering naar rato berekend over het
aantal volle maanden dat hij in
dat kalenderjaar in dienst is geweest.
7.3
Voor de werknemer geldt een pensioenregeling, vastgelegd in de aan deze
overeenkomst gehechte pensioenbrief.
Artikel 8: Arbeidsongeschiktheid
, 8.1
De werknemer meldt zich onverwijld bij de heer Kooiman, indien hij door ziekte
verhinderd is de overeengekomen werkzaamheden te verrichten. Hij ziet erop toe
dat hij telefonisch en zo nodig in persoon bereikbaar en beschikbaar is voor contact
met de bedrijfsarts en de werkgever. Hij geeft gehoor aan oproepen van de
bedrijfsarts.
8.2
Indien de werknemer door ziekte verhinderd is de overeengekomen werkzaamheden
te verrichten, zal de werkgever gedurende maximaal 52 weken 100% van het
overeengekomen loon doorbetalen, daarna zal 70% van het loon worden
doorbetaald. Onder loon wordt in deze bepaling verstaan het in artikel 8.1 genoemde
loon, vermeerderd met de in de artikelen 7 genoemde vergoedingen. Perioden van
arbeidsongeschiktheid die elkaar opvolgen binnen een termijn van vier weken
worden als aaneengesloten periode beschouwd.
Artikel 9: Vakantie
9.1
De werknemer heeft recht op vakantie met behoud van salaris van 30 dagen per
kalenderjaar. Niet opgenomen vakantiedagen/uren kunnen worden meegenomen
naar een volgend jaar, maar vervallen conform de wettelijke verjaringstermijn na
ommekomst van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan.
9.2
De werknemer ontvangt jaarlijks in de maand mei een vakantie-uitkering. De
vakantieuitkering wordt per maand opgebouwd door reservering van 8% over het
ontvangen maandinkomen. Het jaar waarover de vakantie-uitkering wordt berekend
loopt van 1 juni tot en met 31 mei.
Artikel 10: Geheimhouding
Het is de werknemer verboden zonder voorafgaande toestemming van de
werkgever gedurende de looptijd en na beëindiging van de arbeidsovereenkomst
aan derden informatie te verschaffen over de werkzaamheden, de organisatie en de
in- en externe contacten van de werkgever, tenzij dit zou passen in de normale
uitoefening van de functie van de werknemer.
Artikel 11: Concurrentie
Het is de werknemer verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
de werkgever gedurende 12 maanden na het eindigen van de arbeidsovereenkomst
in de regio, waarin hij gedurende de laatste 12 maanden/jaren van de vervulling van
zijn functie werkzaam is geweest, direct of indirect in dienst te treden bij of op
enigerlei wijze werkzaamheden te verrichten voor een onderneming die gelijke of
gelijksoortige producten vervaardigt, aanbiedt of verhandelt, of die gelijke diensten
verleent als werkgever doet, of voor eigen rekening gelijke of gelijksoortige
werkzaamheden te verrichten.
Artikel 12: Boete
Indien de werknemer het in de artikelen 10 en 11 bepaalde overtreedt en/of niet
nakomt, verbeurt hij aan de werkgever een direct opeisbare boete ten bedrage van €
5000,- voor iedere overtreding, alsmede een bedrag van € 100,- voor iedere dag –
ongeacht of hierop gebruikelijk wordt gewerkt of niet – dat de overtreding/niet-