Blok 3 – organisatie van zorg, uitgewerkte toets matrijs
CGO - Verschil tussen zorg aan volwassenen en zorg aan kinderen
Kinderen zijn nog in ontwikkeling: Lichamelijk, cognitief, emotioneel en sociaal. Ze zijn afhankelijk
van hun ouders. De belevingswereld van kinderen is heel anders dan volwassenen. Medicatie werkt
anders (plek van toediening en hoeveelheid).
Fysiek
Ze zijn nog niet volgroeit waardoor ze vatbaarder kunnen zijn voor ziektes.
De secundaire geslachtsdelen zijn in ontwikkeling in de puberteit
Motorisch
Nog niet goed ontwikkelde motoriek, aanleg in de hersenen wordt nog ontwikkeld. Zowel als
peuter/kind als puber met groeispurt.
Anatomisch
Nog niet volgroeid, pas rond het einde van puberteit. Hierbij ook de ontwikkeling van de secundaire
geslachtsdelen.
- In verhouding een groter hoofd.
- Het hart is relatief groter
- De ademhalingsspieren zijn nog niet goed ontwikkeld, ademhaling is wel sneller.
- Luchtpijp is smaller (sneller last van benauwdheid en infecties)
- Etc.
Fysiologisch
Kinderen hebben een andere anatomie en fysiologie. Kinderen hebben een relatief groter hart met
een groter hartminuutvolume dan volwassenen. De polsfrequentie is hoger bij een lagere bloeddruk
dan die van volwassenen. Bij benauwdheid zullen kinderen sneller gaan ademen terwijl volwassenen
meer lucht per teug gaan inademen. Het vochtgebruik is relatief hoger. De lichaamstemperatuur op
peil houden is moeilijker.
- Vitale functies zijn afwijkend van de volwassenen.
CGO - Verpleegkundige zorg bij RS virus
Respiratoir syncytieel virus.
Alle kinderen krijgen het, meestal als baby.
Symptomen: De meeste kinderen worden alleen verkouden en het gaat meestal binnen een week
vanzelf over. Sommige kinderen worden erg ziek, de kleinste buisjes in de longen zijn dan ontstoken
(=bronchiolitis).
Symptomen: koorts verdwijnt, drinkt slecht, piepende ademhaling, snelle ademhaling, tussen de
ribben trekt de huid bij inademen naar binnen, neusvleugelen, soms een paar seconden niet
ademen, grijs-blauwe huid rond de mond en onder de nagels, sufheid.
Een kind kan een oorontsteking krijgen door het RS-virus
,Behandeling:
- Paracetamol
- Neusdruppels of inhalatiemiddelen bij benauwdheid
- Bij geen lucht, slecht drinken -> uitdroging wordt het kind opgenomen in het ziekenhuis.
- Bij slecht drinken -> meestal maagsonde
- Zuurstof toedienen en medicijnen om de luchtwegen te openen
OO – Verpleegkundige visies en classificaties
Diagnose en behoefte gestuurde visies
Classificatiesysteem: ander woord voor ordeningssysteem. Manier om dingen te verdelen in
classificaties. Grote classificatiesystemen zijn: NANDA, NIC, NOC, OMAHA, ICF
NANDA: North American Nursing Diagnoses Association
- Classificatie die verpleegkundige helpt een diagnose op te stellen.
- Bestaat uit 13 domeinen, gebaseerd op de gezondheidspatronen van Gordon.
o 1. Gezondheidsbevordering
o 2. Voeding
o 3. Uitscheiding / uitwisseling
o 4. Activiteiten / rust
o 5. Waarneming / cognitie
o 6. Zelfperceptie
o 7. Rollen / relaties
o 8. Seksualiteit
o 9. Coping / stresstolerantie
o 10. Levensprincipes
o 11. Veiligheid / bescherming
o 12. Welbevinden
o 13. Groei / ontwikkeling
NIC: Nursing Intervention Classification
- classificeert elke interventie die een verpleegkundige uitvoert ten behoeve van een patiënt.
- Onder te delen in zeven domeinen
o 1. Elementair fysiologische functies
o 2. Complex fysiologische functies
o 3. Gedrag
o 4. Veiligheid
o 5. Gezin en familie
o 6. Gezondheidszorgstelsel
o 7. Samenleving
,NOC: Nursing Outcome Classification
- Classificeert de zorgresultaten.
- Onder te delen in zeven domeinen
o 1. Functionele gezondheid
o 2. Fysiologische gezondheid
o 3. Psychosociale gezondheid
o 4. Gezondheidskennis en gezondheidsgedrag
o 5. Gezondheidsbeleving
o 6. Gezondheid van familie en gezin
o 7. Maatschappelijke gezondheidszorg
ICF: International Classification Functionering
- een classificatie voor het beschrijven van het functioneren van mensen inclusief factoren die
op dat functioneren van invloed zijn.
- De enige multidisciplinaire classificatiemethode.
- Ook de meest internationale en niet alleen op verpleegkundige gerichte classificatiesysteem.
OMAHA:
- Voornamelijk gebruikt in de thuiszorg en buurtzorg
- Niet alleen de diagnose maar het hele verpleegproces
- Ondergedeeld in vier domeinen:
o Het fysiologisch domein
o Het gezondheid gerelateerde gedragsdomein
o Het omgevingsdomein
o Het psychosociale domen
CGO – eetstoornissen
Hoe krijg je een psychische stoornis / probleem? Bij genoeg stress kan een psychiatrische stoornis of
probleem naar boven komen.
- Kwetsbaarheid: aanleg, erfelijkheid, toeval.
- Stress: traumatische gebeurtenis, instabiliteit in jeugd, middelen gebruik (alcohol en drugs).
- Glijdende schaal tussen normaal en abnormaal.
- Iedereen is kwetsbaar, in meer of mindere mate.
, Verklaringsmodellen voor eetstoornissen
- Lichamelijke ontwikkeling: bewustwording lichaam en controle pubertijd
- Sociaal/maatschappelijk: beeldvorming eten/slankheid
o orthorexia: overmatig gezond eten
o psychologisch: beïnvloed door sociale media en omgeving
- Persoonlijkheidskenmerken: zoals perfectionisme, en discipline
- Coping: reactie op stress of vermijdende coping
- Fysiologisch: kan een lekker gevoel geven om honger of eetbuien te hebben.
Verschillende vormen eetstoornissen
- Anorexia nervosa: mensen proberen weinig binnen te krijgen.
▪ Bang zijn om te eten vanwege de angst om dik te worden.
▪ Beperken van energie-inname
▪ Verstoord lichaamsbeeld
o Restrictief type: niet eten, smokkelen, bewegingsdrang
o Eetbuien/purgerend type: laxantica/diuretica (plassen of poepen),
purgeren(overgeven) na kleine beetjes voedsel.
o Mortaliteit: 10-15% (suïcide en uitputting)
- Boulimia nervosa: mensen met eetbuien, die later worden gecompenseerd.
o Honger als een rund door nerveuze oorzaken.
o Recidiverende eetbuien: geen beheersing meer hebben en grote hoeveelheden.
o Recidiverend inadequaat compensatoir gedrag: zelf opgewekt braken, laxantica,
diuretica, klysma’s, vasten, lichaamsbeweging.
o Zelfbeeld in onevenredige mate beïnvloed door lichaamsvorm en gewicht.
o Anorexia nervosa <> boulimia nervosa
- Binge-eating disorder (BED): mensen eten grote porties in vlagen.
- Eetstoornissen (NAO): eetstoornis niet ander omschreven (restcategorie)
Cognitieve gedragstherapie:
- Een behandelvorm die bij veel verschillende klachten toegepast kan worden: depressie,
angststoornissen, alcoholverslaving, burn-outs, eetstoornissen, etc.
- Combinatie van cognitieve therapie en gedragstherapie.
- Gaat ervan uit dat gedachten, gedrag en gevoelens met elkaar samenhangen.
- Je leert hoe je je gedrag kan veranderen door niet helpende gedachten om te buigen naar
helpende gedachten.