Verbintenissenrecht heb ik anderhalf jaar geleden afgerond met een 7,7. Ik heb met dit document en deze casussen geleerd en ik hoop dat jullie het ook goed kunnen gebruiken. Er staan casusuitwerkingen, aantekeningen van de hoorcolleges en meer in. Veel succes!!
Verbintenissenrecht
Onderwijsweek 0
Sheets introductie:
Absolute vermogensrecht = Relatie tussen rechtssubject en rechtsobject
Relatieve vermogensrecht = Relatie tussen rechtssubjecten
In het andere document vind je het schema gelaagde structuur van het burgerlijk wetboek.
Kennisclip Rechtsfeiten:
Zie bladzijde 59.
Twee verschillende soorten
Rechtsfeiten:
1. Menselijk handelen
- Feitelijke handeling
a. Rechtmatige daad (mag wel)
b. Onrechtmatige daad (mag niet)
- Rechtshandeling
a. Eenzijdige rechtshandeling (Voorbeeld is huwelijksaanzoek)
b. Meerzijdige rechtshandeling (Voorbeeld aannemen aanzoek)
2. Bloot Rechtsfeit
Kennisclip Objectief en Subjectief recht:
Objectief recht = Recht/Plicht die voor iedereen in de samenleving geldt
Subjectief recht = Recht/plicht dat voor een bepaald persoon/individu geldt.
Quiz Rechtsfeitenschema
Vraag 1:
Wat is nodig voor het intreden van het rechtsgevolg bij een eenzijdige rechtshandeling??
Slechts een wil
Vraag 2:
De oprichting van een studievereniging is in het rechtsfeitenschema te kwalificeren als:
Een overige meerzijdige rechtshandeling
Vraag 3:
Suzan schenkt €10.000,- aan elk van haar kinderen. Deze schenking is in het
rechtsfeitenschema te kwalificeren als:
Een niet-wederkerige overeenkomst
Vraag 4:
Miranda deelt ter gelegenheid van haar verjaardag minimarsjes uit aan haar klasgenoten.
In het rechtsfeitenschema is dit te kwalificeren als:
Een eenzijdige rechtshandeling
Vraag 5:
Een rechtshandeling is gericht op:
Rechtsgevolgen
,Vraag 6:
Welk van onderstaande gebeurtenissen is een feitelijk handelen met rechtsgevolg volgens
het rechtsfeitenschema?
Shalina laat van schrik de computer van Farouk kapotvallen.
Vraag 7:
Miranda maakt een testament. In het rechtsfeitenschema is dit te kwalificeren als:
Een eenzijdige rechtshandeling
Vraag 8:
Geneesmiddelenbedrijf Pharmalist heeft een vitaminepreparaat op de markt gebracht. In
de bijsluiter is onvermeld gebleven dat het vitaminepreparaat niet gecombineerd mag
worden met andere geneesmiddelen. Het gevolg is dat mensen ernstige blijvende
evenwichtsstoornis hebben opgelopen. In het rechtsfeitenschema is de handelswijze van
Pharmalist te kwalificeren als:
Een eenzijdige rechtshandeling
Vraag 9:
Welk van de onderstaande handelingen is een meerzijdige rechtshandeling?
Ikram geeft een kleurboek aan haar vijfjarig neefje
Vraag 10:
Janosch biedt een oudere vrouw in de tram aan om op zijn plaats te gaan zitten. In het
rechtsfeitenschema is dit te kwalificeren als:
Een bloot rechtsfeit
Quiz Rechtsfeit of niet?
Vraag 1:
In het huwelijk treden
Ja
Vraag 2:
Ik geef mijn buurvrouw een bosje bloemen als dank voor het oppassen op mijn hamster.
Ja
Vraag 3:
Ik koop een rolletje pepermunt bij de supermarkt
Ja
Vraag 4:
Henk komt Janny overeen dat ze voortaan als slaaf door het leven gaat van Henk.
Nee
Vraag 5:
Een goede vriend tot steun zijn bij liefdesverdriet
Nee
,Vraag 6:
Je wordt 18 jaar
Ja
Vraag 7:
Sjakie gooit per ongeluk een steen door de ruit van de buurman.
Ja
Vraag 8:
Erkenning van een kind bij de burgerlijke stand.
Ja
Onderwijsweek 1
Les 1
Sheets les Aantekeningen:
Een verbintenis = een vermogensrechtelijke relatie (rechtsband) tussen twee (of meer)
partijen, waarbij de ene partij verplicht is tot een (op geld waardeerbare) prestatie waarop
de andere partij recht heeft.
Bronnen van verbintenissen:
1. Artikel 6:1 BW
Verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit.
2. Uit rechtshandeling
De verbintenissen ontstaan omdat een of meer partijen (rechtssubjecten) dat
rechtsgevolg beoogt (wil).
3. Uit overeenkomst
4. Uit andere rechtsfeiten
De verbintenissen ontstaan ongeacht of het rechtsgevolg is beoogd.
5. Onrechtmatige daad
6. Ook rechterlijke uitspraken of ongeschreven recht
Voorbeelden van verbintenissen uit de wet:
- Schadevergoedingsverbintenissen:
a. De wanprestatie, art. 6:74 BW
b. De onrechtmatige daad, art. 6:162 BW
c. De zaakwaarneming, art. 6:200 BW
Voorbeelden van verbintenissen uit overeenkomst;
- Arbeidsovereenkomst (verrichten arbeid)
- De koopovereenkomst (leveren product)
- De huurovereenkomst (woongenot)
- Wederkerig, voor beide partijen ontstaat een verbintenis
(Waarop de ander recht heeft)
Wederkerige overeenkomst (koopovereenkomst)
Recht/Plicht
A (Bankstel) -------------------------------B Prestatie: levering
Recht/Plicht
A (100,-) -----------------------------------B Prestatie: betaling van €
, Totstandkoming van een overeenkomst:
- Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door
een verklaring heeft geopenbaard.
- Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en een aanvaarding daarvan,
art. 6:217 lid 1 BW.
- Meerzijdige rechtshandeling: twee willen die overeenstemmen
Sheets Aantekeningen:
Privaatrecht = Materieel – Formeel
Burgerlijk wetboek kent:
- Rechtssubjecten (boek 1 & 2)
- Vermogenssubjecten (boek 3)
Objectief recht: geheel van rechtsregels en normen, zoals dat voor iedereen geldt.
Subjectief recht: concrete recht van een persoon.
Subjectieve vermogensrechten:
- Absolute = bvb eigendomsrecht op laptop (geldend ten opzichte van iedereen)
- Subjectieve of relatieve = bijvoorbeeld recht op levering laptop (geldend ten
opzichte van wederpartij)
De inhoud van het relatieve vermogensrecht bestaat uit de prestatie: doen, geven nalaten.
Rechtsfeiten: gebeurtenissen waaraan het (objectief) recht gevolgen (rechtsgevolg) verbindt.
- Blote rechtsfeiten = geboorte, overlijden, 18 jaar
- Menselijke handelingen = rechtshandelingen en feitelijke handelingen
Vordering
1. Schuldenaar (debiteur)
- Schuld (verplicht tot)
- Aansprakelijkheid (aan te spreken in rechte)
- Uitwinbaarheid (van diens vermogen)
2. Schuldeiser (crediteur)
- Vorderingsrecht (recht op)
- Rechtsvordering (art. 3:296 lid 1 BW, art. 6:74 lid 1 BW)
- Executierecht (verhaalsrecht)
Vorderingsrecht en schuld samen vormen de rechtsband die verbintenis heet.
Een uitzondering op een overeenkomst is een schenking, deze is niet wederkerig
Er ontstaat maar een verbintenis (er zijn maar twee willen- de schenking moet wel
aanvaard worden!)
Voorbeeld = A krijgt een fiets cadeau van B
Recht Plicht
A---------------------------------------B
Prestatie: levering van de fiets
Verbintenis-scheppende rechtsfeiten
Art. 6:1 BW: verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit.
Voorbeelden:
Rechtsregel (objectief recht) = Art. 6:213 lid 1 BW
Rechtsfeit = Overeenkomst A-B (art. 6:217 lid 1 BW) (rechtshandeling)
Rechtsgevolg (subjectief recht) = Recht/plicht op prestatie
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper verapankras. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.