economie samenvatting van de methode pincode. In deze samenvatting gaat het over de katernen 3 en 7. Van katern 3 vind je een samenvatting alleen over hoofdstuk 2, maar van katern 7 is het hele boekje samengevat , behalve paragraaf 2.2.
KATERN 3: Marktfalen
2.1: consumentensurplus en producentensurplus
▫ Consumentensurplus= verschil tussen het bedrag dat de vrager beried is te betalen en
de prijs die voor een product wordt betaald.
- Individuele consumentensurplus (van een individuele koper)
- Totale consumentensurplus (van alle kopers)
▫ Aangegeven in een grafiek met de vraagcurve
▫ Producentensurplus= verschil tussen de prijs en het laagste bedrag waarvoor een
aanbieder zijn goed/dienst wil verkopen
- Verkoopbereidheid bij de laagste prijs Individuele producentensurplus
- Totale producentensurplus → gebied onder de prijslijn
- Totale surplus= surplus van consumenten en producenten bij elkaar
- Cons.surplus groter= nut voor de consument
- Prod.surplus: winst stijgt als prod.surplus toeneemt
▫ Evenwichtsprijs= gevraagde en aangeboden hoeveelheden gelijk aan elkaar
- Productie vindt plaats
▫ Marktmacht: marktpartij kan zelf de prijs bepalen → aanbieder onafhankelijk
(monopolie, oligopolie, monopolistische concurrentie)
2.2: de overheid grijpt in
▫ Marktfalen= als een markt niet perfect werkt
Oorzaken:
- Marktmacht; uitkomsten van de markt zijn niet optimaal (markt werkt inefficiënt)
- Externe effecten; waardoor de markt verkeerde uitkomsten geeft → gevolg van
productie en gebruik van goederen en diensten
- Collectieve goederen; goederen die niet via de markt verhandeld kunnen worden →
goederen kunnen niet individueel geprijsd worden
▫ Bij Marktvormen met prijszetting wordt het maximaal haalbare surplus niet behaald →
monopolie, oligopolie, monopolistische concurrentie
Prijsregulering
Overheid grijpt in op de markt
- Minimumprijs → bescherming van de aanbieder → ontstaan van een
aanbodoverschot
- Maximumprijs → bescherming van de consument → ontstaan van een aanbodtekort
, - Accijns
Minimumprijs: minimaal voor de producent
- Evenwichtsprijs is te laag
- Hogere prijs instellen
Uitvoering van de overheid
- Hogere prijs → producent
- Opkopen te veel productie
- Opkopen van het aanbodoverschot
▫ Productieoverschot EU: dumping buiten de EU
Maximumprijs: geen te hoge prijs voor de consument
- Evenwichtsprijs te hoog voor de consument
- Lagere prijs instellen
- Gevolg: aanbodtekort
2.3: de overheid stuurt
▫ Accijns= verbruiksbelasting met als doel het gebruik van bepaalde
consumptiegoederen terug te dringen → totale surplus neemt af door deze ingreep
- Accijns= vast bedrag
- Btw= percentage van de verkoopprijs
▫ Subsidies= om het gebruik van bepaalde consumptiegoederen te stimuleren (bijv. de
subsidie op zonnepanelen)
▫ De overheid staat een monopolie toe als zij vindt dat dit in het algemeen belang is
- Rijksoctrooiwet= mogelijkheid om een tijdelijk monopolie te creëren door een octrooi te
verlenen
- Octrooi= exclusief recht op een uitvinding van een product/ proces (ook wel patent
genoemd).
▫ Innovaties bevorderen de concurrentiekracht van het bedrijfsleven → overheid
stimuleert innovaties
- Bedrijven zijn geneigd om te investeren als ze de kosten terug kunnen verdienen
- Octrooi maakt dat mogelijk → beschermt bedrijf tegen directe concurrenten
2.4: arbeidsmarkt
▫ Totale aanbod van mensen die zich aanbieden op de arbeidsmarkt=
beroepsbevolking
→ 15-75 jaar (beroepsgeschikte bevolking)
- Betaald werk (werkzame bevolking)
- Recent gezocht naar werk en daarvoor direct beschikbaar zijn (werkloze bevolking)
▫ Participatiegraad= de mate waarin mensen deelnemen aan de arbeidsmarkt
Bruto participatiegraad= beroepsbevolking: beroepsgeschikte bevolking x 100%
Netto participatiegraad= werkzame beroepsbevolking: beroepsgeschikte bevolking x 100%
Participatiegraad gestegen door:
- Mensen worden ouder → pensioenleeftijden gaan omhoog
- Meer vrouwen zijn gaan werken, doordat het maatschappelijk breed geaccepteerd is
- De arbeidsmarkt is flexibeler geworden: deeltijd werken wordt steeds meer als normaal
gezien
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Nihal052. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,03. Je zit daarna nergens aan vast.