100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting (theorie oefenvragen) van Basis tot Homeostase (Thema A en B) €5,00
In winkelwagen

Overig

Samenvatting (theorie oefenvragen) van Basis tot Homeostase (Thema A en B)

 26 keer bekeken  0 keer verkocht

Dit document bevat vragen over de theorie van thema A en Bvan het vak 'van Basis tot Homeostase'. LET OP: dit zijn geen tentamenvragen, deze vragen zijn puur om te kijken hoe goed je de theorie beheerst. Deze oefenvragen kunnen gebruikt worden als leermethode, aangezien alle onderdelen van de coll...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 1 jaar geleden

Voorbeeld 4 van de 46  pagina's

  • 23 februari 2023
  • 27 februari 2023
  • 46
  • 2022/2023
  • Overig
  • Onbekend
Alle documenten voor dit vak (28)
avatar-seller
StudieSteffen
Inhoudsopgave
Thema A – Homeostase en fysiologische concepten.............................................................................2
Homeostase en de vitale orgaansystemen........................................................................................2
Fysiologische regelsystemen..............................................................................................................3
Inspanningstest..................................................................................................................................4
Hemodynamica..................................................................................................................................5
Gaswetten..........................................................................................................................................7
Zuur-base balans................................................................................................................................8
Thema B – Het cardiovasculaire systeem............................................................................................11
Anatomie hart..................................................................................................................................11
Actiepotentiaal................................................................................................................................16
Impulsvorming en geleiding.............................................................................................................18
Device pacemaker............................................................................................................................21
ECG maken en interpreteren...........................................................................................................22
Contractiemechanismen..................................................................................................................27
Excitatie-contractiekoppeling..........................................................................................................29
Hartspierfysiologie...........................................................................................................................30
Hartfunctie.......................................................................................................................................31
Zorgpaden/netwerken.....................................................................................................................33
Anatomie en microscopie vasculair systeem...................................................................................35
Vasculaire functie............................................................................................................................38
Cardiovasculaire interactie..............................................................................................................40
Neurale regeling..............................................................................................................................41
Humorale regeling...........................................................................................................................43




1

,Thema A – Homeostase en fysiologische concepten
Homeostase en de vitale orgaansystemen
 Wat is homeostase?
o Het aanpassen (constant houden) van belangrijke biologische parameters die ervoor
kunnen zorgen dat het organisme normaal kan functioneren in variabele toestanden
o Het vermogen van meercellige organismen om het interne milieu in evenwicht te
houden, ondanks veranderingen in de omgeving waarin het organisme zich bevindt,
d.m.v. regelkringen
 Wat zijn de stappen in het Control-loop diagram?
o Stimulus (produceert een verandering)
o Receptor (detecteert verandering)
o Input (informatie wordt verstuurd langs afferente pathways)
o Control center
o Output (informatie wordt verstuurd langs efferente pathways)
o Effector (respons veranderd stimulus en zorgt voor homeostase)
 Welke drie vitale orgaansystemen zorgen voor homeostase en waar zorgen ze voor?
o Cardiovasculair systeem
 Aan- en afvoer van o.a. brandstof om de samenstelling van cellen en
extracellulaire ruimte te optimaliseren
o Ademhalingssysteem
 Aanvoer O2 en toevoer CO2, filteren van bloed en metabole functies
o Nieren en urinewegen
 Afvalverwijdering, bloedsamenstelling, volume- en osmoregulatie
 Welke soort regelsystemen zijn er?
o Open/gesloten
o Negatieve/positieve terugkoppeling
o Wel/geen feed forward
 Wat is redundantie?
o Meerdere regelmechanismen voor een parameter
 Hoe wordt homeostase bereikt?
o Intrinsiek (autoregulatie)
o Extrinsiek (centrale zenuwstelsel en endocriene systeem)
 Hoe wordt homostase hersteld?
o Door middel van een feedbackloop (meestal negatieve feedback)
 Wat is een positieve feedbackloop/positieve terugkoppeling?
o Er is dan sprake van een eindpunt, er wordt gestreefd naar een versterking of een
explosie
 Wat is een negatieve feedbackloop/negatieve terugkoppeling?
o Alle organen die naar homeostase streven, door terugkoppeling wordt het proces
geremd
 Welke regelsystemen maken gebruik van positieve terugkoppeling?
o Actiepotentialen
o Een bevalling
o Bloedstolling
o Orgasmen
 Welke regelsystemen maken gebruik van negatieve terugkoppeling?
o De longen
o Het cardiovasculaire systeem
o De nieren

2

, o De schildklier
o De bijnieren
 Welke organen helpen bij de glucosehomeostase?
o Onder andere de lever en de alvleesklier
 Wat is de baroreceptor?
o Het is een soort drukmeter, het zorgt dat de bloeddruk binnen bepaalde grenzen
blijft

Fysiologische regelsystemen
 Wat is een regelsysteem?
o Een complex dat een bepaald systeem bestuurt en zorgt dat het in orde blijft
 Wat is de uitvoer?
o Een functie van de invoer
 Wat is een open regelsysteem?
o Er vindt geen terugkoppeling plaats (maar misschien wel achteraf)
o Het uitgangssignaal heeft geen effect op het ingangssignaal (geen
terugkoppelingsfouten)
 Welke soort open regelsystemen zijn er?
o Aan-uit regelsysteem: er wordt geheel overgegaan tot actie of helemaal niet (bv.
blaas van een niet-zindelijke baby)
o Proportioneel regelsystem: de mate van reactie kan naar wens geregeld worden (bv.
pupilreflectie)
 Wat is een gesloten regelsysteem?
o Er vindt terugkoppeling plaats, het uitgangssignaal beïnvloed het ingangssignaal
 Welke vereisten gelden voor een gesloten regelsysteem?
o Een sensor
o Een referentiewaarde
o Een controller
 Wat is de functie van een sensor?
o Deze meet een waarde en vergelijkt het met de referentiewaarde
o Als de waarden niet overeenkomen, is er een ‘fout’
o De fout wordt doorgegeven aan de controller
 Wat is de functie van een controller?
o De controller zet een proces in werking, waardoor de gemeten waarde en de
referentiewaarde dichter bij elkaar komen
 Wat betekenen de volgende onderdelen in een blokdiagram?
o Blok: fysiologisch proces (zoals een orgaan)
o Pijl: signaal (positief of negatief)
o Rondje: optel- of aftreksom (ligt aan positief en/of negatief signaal)
 Hoe bereken je het uitvoersignaal (r)?
o Invoersignaal (x) vermenigvuldigd met de waarde van het proces (A)
o r = Ax
 Wat is een feedforward systeem?
o Het is een systeem waarbij al wordt gecorrigeerd voor een bepaalde handeling,
voordat deze het systeem heeft beïnvloed
 Hoe werkt een feedforward systeem?
o Een stoorsignaal beïnvloed de geregelde waarde
o Een andere sensor meet de verstoring en geeft een signaal door aan de controller
o De controller laat een proces aangaan
 Wat is het circadiaan ritme?

3

, o De biologische klok
 Wat zijn de contollers in het ademhalingssysteem en waar liggen ze?
o Respiratory-Related Neurons (RRN’s), ze liggen in de medulla (primair)
 Wat zijn in het ademhalingssysteem de processors?
o De borstkas
o De luchtwegen
o Het diafragma
 Wat zijn in het ademhalingssysteem de sensoren?
o Pheripheral Chemoreceptors (PCR)
o Central Chemoreceptors (CCR)
 Welke soort regelsystemen zijn de volgende onderdelen in het menselijk lichaam?
o Negatieve terugkoppeling
 Longen
 Cardiovasculaire systeem
 Nieren
 Schildklier
 Bijnier
o Positieve terugkoppeling
 Baring
 Orgasme
 Actiepotentiaal van een neuron
o Negatieve feedforward terugkoppeling
 Temperatuur
o Open regelsysteem
 Blaas van nog niet zindelijke peuter
 Blaas volwassenen na een dwarslaesie van het ruggenmerg
 Pupilreactie oog

Inspanningstest
 Wat is een 4 kamer opname?
o Hierbij kijk je bij echocardiografie naar twee kamers en twee boezems
 Wat is een 2 kamer opname?
o Hierbij kijk je bij echocardiografie naar een kamer en een boezem
 Wat is een korte as opname?
o Hierbij kijk je bij echocardiografie naar twee kamers
 Hoe meet je het hartvolume?
o Door middel van Simpson’s rule summeer je verschillende volume disks.
o Hierbij wordt het Eind Diastolisch Volume (EDV) en het Eind Systolisch Volume (ESV)
berekend
o Tot slot kan het slagvolume (SV) worden berekend: SV = EDV – ESV
 Hoe bereken je de ejectiefractie (EF)?
o SV/EDV * 100
 Hoe bereken je de Cardiac Output (CO)?
o CO = SV * HR (heart rate)
 Wat is de systolische en de diastolische bloeddruk?
o Systolische bloeddruk = bovendruk
o Diastolische bloeddruk = onderdruk
 Hoe wordt er bij echocardiografie gekeken of het bloed naar de prope toegaat of er vandaan
gaat?
o M.b.v. het Doppler effect

4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper StudieSteffen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,00. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,00
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd