Alle termen, statistische toetsen en dergelijke uitgelegd. Kort en bondig maar wel duidelijk.
Zelf het tentamen met een 8 gehaald zonder enige wiskunde kennis.
Empirisch onderzoekscyclus:
Onderzoeksvraag formuleren
Studie ontwerpen (hoe ga je het onderzoek uitvoeren)
Data verzamelen
Data analyseren
Rapporteren
Dit is een iteratief proces (= fases lopen een beetje door elkaar heen)
Wat zijn variabelen en welke functies kunnen ze hebben?
Een variabele is iets dat je wilt meten dat kan variëren. IQ bijvoorbeeld.
Een psychologische variabele is minder goed direct observeerbaar en heeft geen eenduidige definitie of
maataanduiding (agressie)
Wat zijn constructen?
Dit zijn psychologische variabelen waarbij de definitie is afgeleid vanuit theorie en waarbij die definitie
specificeert wat wel en wat niet tot de variabele behoort. Extraversie is een voorbeeld omdat de definitie
hiervan gebaseerd is op theorie, net als depressie e.d. Psychologische constructen zijn theoretisch omdat we
niet weten of ze ‘echt bestaan’ zoals bijvoorbeeld een tafel
Wat is het verschil tussen variabelen en constructen?
Een variabele is een kenmerk dat een persoon beschrijft en een construct is een theoretisch begrip dat niet
direct observeerbaar is.
Constructen kunnen andere variabelen die wel observeerbaar zijn voorspellen of beïnvloeden, zoals het
cijfer van een tentamen
Wat zijn operationalisaties?
Worden gebruikt om constructen meetbaar te maken. Ze vormen de vertaling van de definitie van het
theoretische construct naar een meetinstrument of manipulatie.
Wat zijn meetinstrumenten?
De manier waarop de data verzameld wordt. Bijvoorbeeld een vragenlijst. Met een meetinstrument verzamel
je een reeks datapunten. Ze kwantificeren een variabele zonder deze te verstoren.
Wat zijn manipulaties?
Manipulaties hebben als doel het construct te beïnvloeden. Bijvoorbeeld deelnemers een spannend verhaal
laten lezen waardoor je angst opwekt. Of deelnemers zeggen dat ze een beloning krijgen als ze het goed
doen. Manipulaties maken het mogelijk om te onderzoeken of er een causaal verband bestaat tussen twee
variabelen, oftewel, of een verandering in de ene variabele leidt tot verandering in de andere variabele.
Wat zijn datapunten en -reeksen
Datapunten zijn uitkomsten van metingen. Een reeks datapunten heet een datareeks. Een datareeks
afkomstig van hetzelfde meetinstrument wordt een variabele genoemd. Dit is een beetje verwarrend: de
term variabele wordt dus gebruikt voor zowel een theoretische variabele (zoals leervaardigheid) als voor een
reeks datapunten die, als de operationalisatie goed werkt, indicatief is voor de waarde van die theoretische
variabele.
,Hoe verhouden variabelen, operationalisaties, meetinstrumenten en manipulaties zich tot elkaar?
Een theoretische variabele moet in kaart gebracht worden. De vertaling volgt via een operationalisatie die
door een meetinstrument of manipulatie wordt gekwantificeerd in een datareeks.
Wat is een meetmodel en hoe ziet deze eruit?
Een meetmodel laat zien hoe je verschillende datareeksen samenvoegt tot een nieuwe datareeks
(bijvoorbeeld hoe je items middelt tot een schaal)
In een reflectief meetmodel lopen er lijnen van het construct, ook wel latente variabele genoemd, naar
de indicatoren. De richting van de pijl is hierin belangrijk. Een reflectief meetmodel waarin de pijl van
het construct naar de indicatoren loopt veronderstelt dat het construct (bijvoorbeeld de neiging tot
nadenken) bepaalt hoe op de indicatoren wordt gescoord (antwoorden op de Need for Cognition Scale)
Mensen die over een hoge mate van neiging tot nadenken beschikken zouden dus eerder ‘sterk van
toepassing’ antwoorden op een stelling als ‘ik heb er plezier in om veel tijd te besteden om iets te leren
begrijpen’.
In een meetmodel wordt het construct weergegeven in een ovaal en de indicatoren (de vragen of
stellingen die gescoord moeten worden) in rechthoeken.
In het geval van een manipulatie gaat de pijl de andere kant op omdat de stimulus het construct
beïnvloed:
Wat is betrouwbaarheid:
Een perfecte meting is onmogelijk. Bij onderzoek wordt de imperfectie (onzuiverheid) van metingen
vaak omschreven in termen van betrouwbaarheid en validiteit.
Betrouwbaarheid = de stabiliteit van het meetinstrument.
De mate waarin een meting bij herhaling steeds hetzelfde resultaat oplevert heet de betrouwbaarheid
van de meting (meten met een elastiek of met een liniaal)
Bij het meten van IQ kan het tijdsstip waarop de test afgenomen wordt betrouwbaarheid van de test
bijvoorbeeld beïnvloeden. Een tweede meting op een ander tijdsstip zou wellicht een ander resultaat
krijgen. (lengte meten met een elastiek, je meet wat je moet meten, maar het meetinstrument is niet
betrouwbaar)
Wat is validiteit:
= meet het meetinstrument wel wat het moet meten?
(lengte meten met een thermometer. De thermometer kan op zich heel betrouwbaar zijn, maar meet
niet wat je wil meten)
, Hoe verhouden de verschillende opvattingen van validiteit zich tot elkaar?
Causale opvatting van validiteit: je pas weet of een meetinstrument valide is als je weet hoe het
meetinstrument werkt (thermometer, pannetje water)
Je moet weten welke processen allemaal een rol spelen bij het tot stand komen van een reactie; het
lezen en interpreteren van de vraag en antwoordmogelijkheden, en verdere processen die nodig zijn
om uiteindelijk te komen tot het aanklikken van een antwoord.
Constructvaliditeit: (begripsvaliditeit) hier wordt voorbijgegaan aan de vraag of het construct, dat het
meetinstrument zou moeten meten, überhaupt bestaat. Ook wordt niet uitgezocht hoe het
meetinstrument werkt, dus de manier waarop verschillen tussen mensen in het construct zouden
leiden tot verschillende scores op het meetinstrument. In plaats daarvan wordt er gekeken in hoeverre
interpretaties van testscores ondersteund worden door theorie en empirisch bewijs voor het gebruik
van deze test.
Deze benadering is makkelijker te onderzoeken omdat het niet nodig is om te onderzoeken hoe het
meetinstrument werkt. Het is voldoende om de deelnemers een aantal andere meetinstrumenten voor
te leggen en de samenhang tussen de scores te bepalen.
Andere vormen van validiteit:
Indruksvaliditeit (face validity): de mate waarin het meetinstrument de indruk geeft dat het
meet wat het moet meten.
Criteriumvaliditeit: de mate waarin de uitkomsten van een meetinstrument als verwacht
samenhangen met die van een ander meetinstrument of uitkomstmaat (IQ-test hangt samen
met schoolresultaten)
Externe validiteit: de mate waarin de uitkomsten van een studie gegeneraliseerd kunnen
worden naar de doelgroeppopulatie. Onderzoek wordt vaak gedaan in een lab. In hoeverre
gelden de gevonden uitkomsten ook buiten de onderzochte contexten (buiten het lab)
Inhoudsvaliditeit: de mate waarin de items van het meetinstrument het hele construct
omvatten. Omvat het alle aspecten van hetgeen je onderzoekt
Hoe verhoudt validiteit zich tot betrouwbaarheid?
Zie plaatje dartbord. Metingen zijn betrouwbaar als ze dicht bij elkaar liggen. De niet-systematische
meetfout is kleine (windvlaag) Metingen zijn valide als ze gecentreerd zijn om een middelpunt. Er is dan
geen sprake van een systematische fout zoals een fout afgesteld vizier.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KimTien. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.