Samenvatting Treasury Management (BE voltijd; minor jaar 4)
Collegeweek Inhoud en literatuur* Opgaven
1 Hoorcollege Doorlezen 1.1 t/m 1.4, 3.1 Opgave 7.1, 7.2, 7.3
Bestuderen 1.5, 7.1, 7.2, 7.4
1 Werkcollege Meerkeuzevragen H1 en 3
2 Hoorcollege Bestuderen H.5 Opgaven 5.1, 5.2, 5.3, 5.4 en 5.5
2 Werkcollege Meerkeuzevragen H5
3 Hoorcollege Bestuderen H.6 Opgaven 6.2 en 6.3
3 Werkcollege Meerkeuzevragen H6
4 Hoorcollege Bestuderen 7.3 en 9.2 Opgaven 9.3 en 9.4
4 Werkcollege Bestuderen 9.1 en 9.3 Opgave 9.1
5 Hoorcollege Opgaven 9.2 en 9.5 (college)
5 Werkcollege Bestuderen 3.3, 8.1, 8.2, 8.3 Opgaven 8.1, 8.2, 8.3 en 8.4 (college)
6 Hoorcollege
6 Werkcollege
7 Hoorcollege
7 Werkcollege Meerkeuzevragen H7, 8 en 9
* Financiële markten en treasury, Hans Buunk
, Samenvatting Treasury Management (BE voltijd; minor jaar 4)
Hoofdstuk 1 Financiële markten, financiële titels en treasury
1.1 Financieringssaldo’s
financieringssaldo: inkomende en uitgaande betalingen van een sector
directe financiering: een overschotsector financiert rechtstreeks een tekortsector
indirecte financiering: een overschotsector financiert een financiële instelling die de tekortsector financiert
financiële titels: - zijn staatsobligaties/spaarrekeningen;
- geven recht op geld in de toekomst;
- worden verhandeld op de vermogensmarkt
financiële markten: deelmarkten van de vermogensmarkt
fin. saldo binnenland = fin. saldo gezinnen + fin. saldo bedrijven + fin. saldo overheid – fin. saldo buitenland
fin. saldo binnenland + fin. buitenland = 0
1.2 Financiële titels ingedeeld op 3 verschillende manieren
1. Onderscheid eigen- en vreemd vermogen
zakelijke titels: geven recht op eigen vermogen
nominale titels: geven recht op vreemd vermogen
hybride titels: kenmerken van eigen- als vreemd vermogen (conv. Obligatielening)
2. Mate van verhandelbaarheid
effecten: goed verhandelbare titels
boekvorderingen: moeilijker verhandelbaar (hypothecaire lening) alleen zichtbaar in boekhouding
uitgevende instelling en eigenaar
Verhandelbaarheid Effecten Boekvorderingen
Type vermogen
Zakelijke titels (EV) Aandelen in een NV EV in een VOF
Nominale titels (VV) Obligaties Spaartegoeden
Hybride titels (EV&VV)Eeuwigdurende Onderhandse
achtergestelde converteerbare
obligaties leningen
securitisatie: boekvorderingen worden omgezet in effecten
- heeft verhandelbaarheid financiële titels beïnvloed
- bank richt rechtspersoon op: SPV (special purpose vehicle)
- SPV koopt vordering
- boekvordering (hypotheek) verdwijnt van bankbalans in ruil voor liq. middelen
3. Functie op financiële markten
financieringsfunctie: zorgen voor financiering van tekorten door overschotten (aandelen en obligaties)
titels met een financieringsfunctie: zijn oorspronkelijke financiële titels
derivaten: gebaseerd op andere titels; geen financieringsfunctie maar risico overdracht (aandelenoptie die
recht geeft op een aandeel)
1.3 financiële markten: meestal ingedeeld op soort financiële titel
de markten voor vreemd vermogen: onderscheid geldmarkt en kapitaalmarkt, markten voor eigen
vermogen, derivatenmarkt
, Samenvatting Treasury Management (BE voltijd; minor jaar 4)
geldmarkt: markt voor kortlopende financiële titels <1jr
maatstaf geldmarktrente: driemaands euribor
kapitaalmarkt: markt voor langlopende financiële titels >1jr
maatstaf kapitaalmarktrente: rendement tienjaars staatsobligaties
primaire markt: markt waarop nieuwe financiële titels worden uitgegeven (geëmitteerd)
secundaire markt: markt waarop bestaande financiële titels worden verhandeld
abstracte markt: het geheel van vraag, aanbod en prijs (graanmarkt, oliemarkt)
concrete markt: zichtbare plaats waar vraag en aanbod samenkomen (straatmarkt, marktplaats,
effectenbeurzen)
openbare financiële markten: effectenbeurzen; toegankelijk voor alle partijen
onderhandse financiële markten (OTC): direct tussen professionele marktpartijen
arbitrage: het gelijktijdig kopen (tegen een lagere prijs) en verkopen (tegen een hogere prijs) van hetzelfde
product op verschillende markten (valutamarkt)
wisselkoers valutamarkt: prijs waartegen professionele markpartijen valuta’s van elkaar kopen
biedkoers: prijs die banken hanteren waartegen ze bereid zijn de titel te kopen
laatkoers: koers waartegen ze bereid zijn de titel te verkopen
quote: bied- en laatkoers samen (biedkoers lager dan laatkoers)
spread (stelling): verschil tussen bied- en laatkoers; is inkomstenbron voor banken
beurskoers aandelen en valuta’s worden in geld genoteerd
beurskoers van obligaties en rentetarieven in procenten (in basispunten (1 basispunt = 0,01))
1.4 financiële instellingen, transformatie en regelgeving
transformatie: het omzetten van financiële titels in andere financiële titels naar omvang, looptijd of risico
transformatie naar schaal: kleinere banktegoeden worden omgezet in grotere kredieten
transformatie naar looptijd: gelden die banken uitzetten hebben gemiddeld een langere looptijd dan de
door banken opgenomen gelden
transformatie naar risico: de door banken verleende kredieten brengen een groter risico met zich mee dan
de opgenomen gelden
Pensioenfondsen en levensverzekeraars: zetten ontvangen premies om in beleggingen
beleggingsinstellingen: beleggen ingelegde financiële middelen (opbrengst naar deelnemers)
hedgefondsen: (beleggingsinstelling) trekken financiele middelen aan van bovengenoemde
participatiemaatschappijen: nemen deel in het eigen vermogen van niet beursgenoteerde ondernemingen
basel III: beoogt regulering, toezicht en risicomanagement in bankwezen te verbeteren (n.a.v. kredietcrisis)
maatregelen hebben betrekking op: solvabiliteit, garantiekapitaal (tier1 en tier2)
1.5 de treasuryfunctie
cash management: beheersen kasstromen op korte termijn <-1jr: efficiënt laten verlopen van betalingen en
ontvangsten + dekken kortdurende financiële tekorten
aantrekken financiële middelen (funding): afsluiten langlopende onderhandse leningen of uitgeven
obligaties
risicobeheer: beheer van valuta- en renterisico’s + debiteurenrisico