Aan het eind van deze module kun je:
criminologische begrippen zoals criminaliteit, criminologie, criminalisering en
decriminalisering omschrijven; (15%)
met behulp van voorbeelden uiteenzetten hoe de criminaliteit zich in Nederland in de 20e
eeuw heeft ontwikkeld; (15%)
methoden voor het meten van criminaliteit beschrijven en de voor- en nadelen ervan
benoemen; (15%)
het verschijnsel criminaliteit verklaren volgens o.a. de volgende theorieën: de theorie
betreffende maatschappelijke achterstanden,
de theorie van de kritische criminologie (De kritische criminologie kijkt naar wiens belangen hebben
meegespeeld bij de strafbaarstelling van gedragingen. Dit blijkt vaak af te hangen van maatschappelijke
verschillen tussen bijvoorbeeld mannen en vrouwen, autochtonen en allochtonen) , de sociale
controletheorie, leertheorieën en de rationele keuze- en gelegenheidstheorie. (40%)
soorten en voorbeelden van preventiemaatregelen benoemen. (15%)
WEEK 1
Welke onderwerpen horen bij criminologie?
Definitie criminologie: “De criminologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van
menselijke gedragingen die door de wetgever strafbaar zijn gesteld en van de wijze waarop de
overheid en de rest van de samenleving daarop reageert” (Kaiser, 1988)
Criminologie is een multidisciplinaire wetenschap: sociologie, psychologie, recht, geneeskunde,
economie, biologie, antropologie en soms ook politicologie.
Criminologie hoort bij de gedragswetenschappen, hierbij is het menselijke gedrag het uitgangspunt.
Doelen hiervan zijn: beschrijven van menselijk gedrag, verklaren van menselijk gedag en het
voorspellen van menselijk gedrag.
Wat is criminaliteit?
Het containerbegrip van criminaliteit is: door de wet strafbaar gesteld. Tegen maatschappelijk
normen in. Maar de relativiteit van criminaliteit is:
een sociale constructie
gebonden aan tijd
gebonden aan plaats (land, cultuur)
Wanneer is bepaald gedrag crimineel? Wanneer niet?
Criminaliteit kom tot stand als gevolg van juridische en politiek besluitvormingsprocessen in een
bepaalde cultuur in een bepaalde tijd. Criminaliteit staat dus niet vast. Gedrag kan de ene keer wel
crimineel zijn en de andere keer niet. Op de ene plaats wel, op de andere niet. Op het ene moment
wel, later niet.
Wie noem je crimineel?
Het blijft, ondanks de afspraken die zijn vastgelegd in het Wetboek van Strafrecht, in de praktijk lastig
om te bepalen wat crimineel is en wat niet. Als een kind bijvoorbeeld een draai om zijn oren krijgt
van zijn vader, is dat dan al mishandeling? Mensen kunnen dat verschillend beoordelen.
Wat is (de)criminalisering?
Criminalisering het strafbaar stellen van bepaalde gedragingen en handelingen (het proces dat tot
gevolg heeft dat gedragingen en handelingen het etiket crimineel krijgen). Voorbeelden hiervan zijn
roken in cafe’s, huiselijk geweld, verkrachting binnen het huwelijk (sinds 1991), illegaal downloaden.
,Decriminalisering het tegenover gestelde van criminalisering. Het gedogen van gedragingen en
handelingen die strafbaar zijn (het legaliseren van gedragingen en handelingen die voorheen wel
strafbaar waren). Voorbeelden hiervan zijn overspel of het homohuwelijk (sinds 2001).
WEEK 2
Wat zijn goede bronnen?
Statistieken:
o Politie
Aangiftes
Meldingen
Processen verbaal
Bekeuringen
Aantal verdachten
Aanhoudingen
Dossiers
Voordeel: objectief
Nadeel: dark number door lage aangifte- of opnamebereidheid
o Justitie
Nadeel: slechts een klein deel wordt door justitie behandeld
o Rechtspraak
Nadeel: een nog kleiner deel wordt ook daadwerkelijk veroordeeld of komt
überhaupt in de rechtbank terecht.
o Slachtofferenquêtes
Voordeel: brengt dark number in beeld
Nadeel: Wanneer de opzet van het onderzoek wordt veranderd is het niet
meer vergelijkbaar, gehanteerde definities kunnen niet duidelijk zijn bij
respondenten, verzwijgen vanuit schaamte, het niet weten dat ze slachtoffer
zijn geweest of dat het geheugen niet goed genoeg is dat het een lange tijd
terug kan gaan voor details.
o Daderenquêtes
Voordeel: brengt dark number in beeld
Nadeel: idem slachtofferenquête + sommige groepen kunnen overdrijven
tijdens het invullen.
o Overige databases (verzekeraars, banken enz.)
Media
o Voordeel: media brengt criminaliteit op de politieke agenda die op zijn beurt de
politie aan kan sturen om meer aandacht te hebben voor een bepaald delict.
o Nadeel: media schrijven vooral voor leescijfers en laten daarbij objectiviteit vaak weg
Eerdere onderzoeken
Wil je weten hoeveel criminaliteit voorkomt of hoe criminaliteit plaatsvindt?
Je wilt ten eerste weten of er criminaliteit aanwezig is, de totaliteit. Daarna wil je weten hoe het
plaatsvindt, wat zijn de oorzaken. Zo kan je een gerichte aanpak maken.
Is criminaliteit altijd te meten?
Lijkt mij? Het is niet altijd te vergelijken met andere landen omdat criminaliteit is gebonden aan tijd
en plaats binnen een sociale constructie en worden er in veel landen verschillende definities
gebruikt.
, Welke methodologische problemen kom je tegen?
Als eerste kom je het probleem van de dark number tegen. Deze kan je in beeld krijgen met
slachtofferenquêtes en daderenquêtes. Het methodologische probleem waar je vervolgens tegenaan
loopt is dat bij slachtofferenquêtes mensen alsnog zwijgen vanuit schaamte. Bij daderenquêtes is het
probleem dat sommige groepen juist overdrijven en andere groepen weer zwijgen. Daarnaast
kunnen resultaten, door verandering in het onderzoeksdesign of vraagstelling, niet meer met elkaar
worden vergeleken. Ook kan het voorkomen dat tijdens het invullen van de enquête niet iedereen
duidelijk heeft welke definitie er wordt gehanteerd.
Bij justitie en rechtspraak is het probleem dat maar een kleine portie van de daadwerkelijk
criminaliteit binnen komt. Een gedeelte is bekend bij politie, een kleiner gedeelte wordt door justitie
behandeld en een nog kleiner gedeelte wordt ook veroordeeld.
Het methodologische probleem bij media is dat vooral tot de verbeelding wekkende gebeurtenissen
worden weergegeven voor leescijfers. Vaak is media dus niet objectief bezig met de waarheid weer
te geven.
Wat wordt verstaan onder het begrip dark number?
Officiële registraties, zoals bij de politie, hebben last van dark numbers. Dark number is de niet
geregistreerde criminaliteit. Dit kan doordat:
Men weet niet slachtoffer te zijn
Men meent niet slachtoffer te zijn
Men neemt de dader in bescherming
Angst voor represailles
Men schaamt zich om aangifte te doen, hernieuwde slachtofferschap
Schuldgevoelens, men heeft het laten gebeuren
Geen vertrouwen in de politie
Weigering politie om aangifte op te nemen
Imagoschade (voornamelijk bedrijven of bekende mensen)
Onthulling zwakke plekken in organisatie
Onthulling onkunde management
Slachtoffer zelf crimineel
‘Kleine’ delicten
Wat is de waarde van criminaliteitscijfers?
Cijfers tonen zo goed mogelijk de objectieve ‘waarheid’ aan. Cijfers zijn echter wel relatief in de
beleving van mensen. Het gaat ook om het gevoel. Daarom wordt er o.a. ook onderscheid gemaakt in
subjectieve en objectieve veiligheid. Burgers beleven de omvang van criminaliteit op hun eigen
manier. Deze beleving wordt beïnvloed door: ervaringen, persoonlijkheid, media, politiek. De impact
wordt beïnvloed door de emotionele en financiële schade.
Het effect van criminaliteit is verschillend. Het kan bijvoorbeeld leiden tot aanpassing in gedrag van
mensen of dat burgers zich juist gaan organiseren (zoals bijv. wijk whatsappgroepen)
Trends in NL 1948 t/m 2017 (pagina 55-56)
Geregistreerde criminaliteit is in de eerste twee decennia na WO2 is stabiel gebleven, tussen
1965 en 1980 gestaag is toegenomen, daarna 10 jaar stabiel gebleven om vervolgens vanaf
het jaar 2000 een daling in te zetten die nog steeds bezig is. Hierbij zitten we op het oude
niveau uit het jaar 1980.
Geregistreerde vermogenscriminaliteit is over een langere termijn explosief gestegen. Tussen
1970 en 2000 is het verdrievoudigd. ook slachtofferenquêtes geven aan dat er in die
periode een lichte stijging van de vermogenscriminaliteit is opgetreden. Dit kan door