DD Verslavingskunde
Week 1: DD in het algemeen
Epidemiologie
- 19% van de algemene bevolking op enige tijd in hun leven een middelen gerelateerde
stoornis
- 60-80% van de patiënten in de verslavingszorg heeft ook een andere psychiatrische stoornis
- 20-50% van de patiënten in behandeling bij de GGZ heeft een verslavingsprobleem
- 41% van de mensen met een ernstige psychische aandoening (EPA) heeft in zijn leven ooit te
maken gehad met een middelen gerelateerde stoornis
Waarom is DD zo moeilijk te behandelen?
- Problemen levensgebieden
- Isolement
- Interactie met de stoornis
- Oordeel en kritiek stoornis
- Zelfmedicatie
- Afhankelijkheid
Huidige visie op verslaving: Verslaving is een chronische, recidiverende neuro psychiatrische
aandoening met zowel neurobiologische, psychologische als sociale aspecten
Verslavingszorg:
- Ambulant
- Klinisch
- Gedwongen of vrijwillig
INTEGRATED DUAL DISORDER TREATMENT (IDDT)
- De geïntegreerde zorg wordt gegeven door één team, dat bij voorkeur werkt vanuit één
locatie en beide stoornissen gelijktijdig en in samenhang behandelt.
- De wensen en motivatie van de cliënt bepalen (grotendeels) de inhoud van de behandeling.
- Geïntegreerde behandeling is multidisciplinair en combineert farmacologische (medicatie),
psychologische, educatieve (psychoeducatie) en sociale interventies.
- Aandacht voor stabiele huisvesting, zinvolle bezigheden, (vrijwilligers)werk en zingeving
worden als belangrijke voorwaarden gezien voor herstel.
- Het uiteindelijke doel is het bereiken van een positieve verandering (klein of groot) en betere
kwaliteit van leven van de cliënten.
Integratie, volledigheid, outreachend, lange termijn, motivatie, psychotherapeutische
benadering, vermindering negatieve gevolgen
Artikel: ‘GZ-psychologen laten verslaafden ten onrechte links liggen’
Een verslaving aan social media neemt Schippers niet helemaal serieus. Het heeft maatschappelijk
nauwelijks consequenties.
Mannen zijn eerder verslaafd aan sociaal gamen en vrouwen aan individueel gamen.
Gokken zijn in meerderheid mannen, maar ook vrouwen kunnen gokverslaafd zijn, en het komt in
alle leeftijden voor.
Ook pornoverslaafden verschillen eigenlijk niet van de ‘gewone’ seksverslaafden, zegt Schippers. ‘Het
zijn vaak mannen die een uitweg zoeken voor problemen op relationeel en/of seksueel vlak.
,De aanpak van internetverslaving verschilt per soort verslaving. Het is alleen niet reëel om van
mensen te vragen een tijd lang het hele internet links te laten liggen. De verdere aanpak is
vergelijkbaar met die van alcohol- en drugsverslaving. Dat wil zeggen dat een cognitief-
gedragstherapeutische benadering de voorkeur verdient.
Een belangrijk onderdeel bij de behandeling van internetverslaving is monitoring; bijhouden wanneer
en hoe lang hij met internet bezig is, wat daaraan voorafging, wat de gevolgen waren, wat hij dacht
en wat hij voelde. Het doel is dat iemand functionele verbanden gaat leggen. Zo kom je tot een
analyse van het probleem.
Schippers: ‘Je kunt ook een internetbehandeling aanbieden. Die werkt volgens dezelfde cognitief-
gedragstherapeutische principes als de klassieke face-to-face-behandeling. Het kan zelfs helemaal
zonder psychotherapeut, dus ook zonder contact met een psychotherapeut op afstand. Als je maar
gemotiveerd genoeg bent kan het lukken om zo je internetverslaving de baas te worden.’
Schippers is voorstander van stepped care: je biedt eerst het simpelste aan, kijk of dat werkt, en zo
niet, dan ga je een treetje hoger. De laatste op de ladder is opname. Volgens Schippers is er geen
verband tussen de ernst van de verslaving en de vorm van behandeling die nodig is (het draait vooral
om motivatie).
GZ-psychologen wordt niet bijgebracht dat de behandeling van verslaving nagenoeg overeenkomt
met de behandeling van angst en depressie. Ze blijven verslaving maar zien als een vak apart dat ze
bij de verslavingszorg maar moeten aanpakken.’
Dat komt doordat:
- Verslavingszorg wilt zelfstandig en onafhankelijk blijven
- Verslavingszorg is lang achtergebleven in onderzoek en kennis omtrent evidence-based
behandelingen
- In de samenleving rust nog steeds een taboe op verslaving
Week 2: ASS en verslaving
ASS:
A. Blijvende tekorten in de sociale communicatie en interactie, zoals blijkt uit:
- tekorten in sociaal-emotionele wederkerigheid
- tekorten in het voor sociale omgang gebruikelijke non-verbale communicatieve gedrag
- tekorten in aangaan, onderhouden en begrijpen van relaties
B. Beperkte zich herhalende gedragspatronen, beperkte interesses en activiteiten, zoals blijkt uit:
- stereotype of repetitieve motorische bewegingen, gebruik van voorwerpen of spraak
- hardnekkig vasthouden aan hetzelfde, star gehecht aan routines of geritualiseerde
gedragspatronen
- zeer beperkte, gefixeerde interesses die abnormaal intens of gefocust zijn
- over- of onderreageren op zintuiglijke prikkels of ongewone belangstelling voor zintuiglijke
aspecten van de omgeving
ASS neuropsychologie:
- Theory of Mind=> vaardigheid om gedachten, gevoelens aan zichzelf en anderen toe te
schrijven en daarnaar te denken en te handelen
- Centrale Coherentie=> betekenisverlening door samenhang en integratie van fragmenten
(stimuli) in een geheel
, - Executieve Functies=> De vaardigheid om bij de oplossing van een probleem de beste
strategie te kiezen, uit te voeren, te evalueren en er van te leren. Dat kan alleen door een
brede inschatting van het probleem, concentratie(verschuiving), optimaal gebruik van
(werk)geheugen, innerlijk overleg, impulscontrole
Behandeling:
- Psycho-educatie en gedragstherapeutische/pedagogische benadering van cliënt en systeem
- Leren van cognitieve schema’s
- Sociale vaardigheidstraining
- Hulpmiddelen (planbord, agenda, etc.)
- Trucs
- Niet: groeps/explorerende psychotherapie
- Aanbieden structuur en voorspelbaarheid
- Verbetering coping
- Speciaal onderwijs
- Motiverende gespreksvoering
- Online programma
- Activiteiten
- Individuele, intensieve gedragstherapeutische behandelprogramma’s
Medicatie: geen oorzakelijke aanpak. Mogelijk wel medicatie om bijkomende problemen te
verminderen, als:
- Angsten, depressies
- Dwanghandelingen
- Slaapproblemen
- Automutilatie
Interventie/omgang:
- Verduidelijking en voorspelbaarheid
o Leg altijd uit wie, wat, wanneer, waar, hoe en waarom
- Afspraken = houvast
- Wees juist zakelijk i.p.v. emotioneel
- Stel concrete vragen en wees geduldig (i.v.m. informatieverwerking) bij het krijgen van een
antwoord
- Wees voorspelbaar en geef veranderingen tijdig aan
- Communiceer met één ding tegelijk
Verder…
- Geef duidelijkheid en stel regels. Cliënt kan door zijn behoefte aan duidelijkheid claimend zijn
- Verwacht geen reactie op non-verbale communicatie van jouw kant
- Straffen heeft over het algemeen weinig zin, autisten begrijpen namelijk niet waarom
- Als de cliënt boos is, zorg er dan voor dat hij afleiding krijgt
- Om weer tot rust te komen, praat er op een later moment met hem over
Artikel: ‘ASS en verslaving’
De prevalentie van ASS binnen de algemene bevolking wordt geschat op bijna 1%.
Stoornissen in middelengebruik komen even vaak voor bij cliënten met een ASS als binnen
psychiatrische populatie. Ze komen daarmee vaker voor bij mensen met een ASS dan in de algemene