Deze samenvatting geeft een compleet overzicht van alle stof voor het vak straf(proces)recht II (cijfer: 8,5). In de samenvatting zijn alle hoorcolleges en werkgroepen op een overzichtelijke manier samengevat, met waar mogelijk duidelijke stappenplannen en schema's. Bovendien is alle jurisprudentie...
Materieel strafrecht legitimeert strafrechtelijke optreden van de overheid.
➢ Het wordt strafbaar gesteld ter legitimatie, dus niet om het straffen zelf.
Doel en wezen van straf
I. Vergeldingstheorie
Het misdrijf vormt de grondslag van de straf: de inbreuk op de rechtsorde moet worden
hersteld.
De daad wordt centraal gesteld.
Klassieke richting:
➢ Legaliteit: geschreven wetten
➢ Rechtszekerheid: duidelijk en helder geformuleerd
➢ Proportionaliteit
➢ Subsidiariteit: niet te snel of onnodig straffen
➢ Effectieve bestraffing
➢ Niet preventief
➢ Openbare bestraffing
II. Preventietheorie
De straf is een middel om verschillende doelen te bereiken: speciale en generale preventie,
conflictoplossing, genoegdoening voor het slachtoffer, beveiliging van de maatschappij.
Moderne richting:
➢ De dader staat centraal
➢ Meer aandacht voor de omstandigheden van de daad
Verenigingstheorie
In Nederland.
De basis is in de vergelding, maar:
➢ Wezen van de straf = vergelding (gebaseerd op proportionaliteit)
➢ Doel straf = algemeen welzijn
➢ Werking straf = speciale en generale preventie
Het beginsel van daadstrafrecht geldt in Nederland, dus alleen daden en niet gedachten kunnen
worden bestraft. De strafbare voorbereiding wordt als een breuk hiermee beschouwd.
Legaliteitsbeginsel
1) Terugwerkende kracht-verbod → geen straf voor iets dat ten tijde van de daad nog niet
strafbaar was gesteld.
2) Lex mitior → de gunstigste regeling wordt toegepast als er nieuwe wetgeving is.
3) Lex scripta → er moet een geschreven regel zijn, geen gewoonterecht.
4) Lex certa → open normen mogen wel, maar de grens moet duidelijk zijn. Geen analoge
interpretatie door de rechter.
2
,Causaliteit
Causaliteit gaat om de vraag of een oorzaak strafrechtelijk gezien een bepaald gevolg
veroorzaakt.
➢ Gaat om de objectieve zijde van het strafbare feit.
Theorieën
1- Condicio sine qua non-verband
2- Redelijke toerekening
HR Letale longembolie
Introductie van de leer van de redelijke toerekening
Zaak: er heeft een ernstig verkeersongeluk plaatsgevonden, waarbij het slachtoffer
twaalf dagen later is overleden door een longembolie. De letale longembolie is
opgetreden nadat het verkeersongeval verschillende letsels heeft veroorzaakt bij het
slachtoffer. Het is de vraag of er sprake is van voldoende causaal verband tussen het
verkeersongeval en het overlijden van het slachtoffer een aantal dagen later in het
ziekenhuis aan de letale longembolie.
HR: de medische complicatie is volgens de Hoge Raad niet van zodanige aard dat het
overlijden van het slachtoffer redelijkerwijze niet meer als gevolg van de botsing aan
de dader zou kunnen worden toegerekend.
Het overlijden van het slachtoffer door het optreden van de longembolie kan de
verdachte redelijkerwijs worden toegerekend. Het handelen van de verdachte heeft de
dood van het slachtoffer tot gevolg gehad, omdat de letale longembolie van zodanige
aard was dat het overlijden van het slachtoffer aan de verdachte als gevolg van de
botsing te wijten was.
HR Niet-behandelde longinfectie
Zaak: tijdens een ruzie schiet een man zijn vriendin neer met een vuurwapen. Het
schot veroorzaakt een dwarslaesie en kort daarna een ernstige longinfectie. Op
uitdrukkelijk verzoek van het slachtoffer werd van behandeling van de longinfectie
afgezien, waarna ze door een massale longontsteking overleed.
HR: De verdachte heeft volgens de HR de omstandigheden in het leven geroepen die
het slachtoffer ertoe hebben gebracht de beslissing te nemen af te zien van medische
behandeling en die beslissing in de keten van gebeurtenissen niet een zodanige
invloed heeft gehad dat de dood van het slachtoffer redelijkerwijs niet meer als gevolg
van het handelen van de verdachte zou kunnen worden toegekend.
- Medische fout na een gedraging die niet dodelijke letsel als gevolg had = niet
toerekenbaar
- Medische complicaties met de dood als gevolg, maar letsel an sich had ook
dodelijke gevolgen = toerekenbaar
- Dodelijk letsel en de mogelijkheid tot ingreep wordt niet gebruikt =
toerekenbaar
3- Adequatie → de voorzienbaarheid van het gevolg in combinatie met de gedraging
4- Causa proxima → de laatste gedraging en de dichtstbijzijnde oorzaak bepalen causaliteit
5- Relevantie → doel wetgever van een typische delictsoorzaak
Stappenplan
3
, 1) Csqn-verband?
Zo ja? → Redelijke toerekening: HR Letale longembolie
a. Toerekening is bij csqn in beginsel redelijk
b. Maar:
i. Causa proxima → staat de gedraging te ver verwijderd van het gevolg?
ii. Adequatietheorie → was het voorzienbaar?
iii. Relevantietheorie → was het de bedoeling van de wetgever?
iv. Gedragingen van derden → HR Niet-behandelde longinfectie
Zo nee? → bepaal of sprake is van alternatieve causaliteit.
Beoordeling:
HR Groninger HIV
Zaak: twee verdachten hebben tijdens een aantal wilde feesten met hiv besmet
bloed in de anus gespoten dan wel in de bil van slachtoffer geïnjecteerd. Vaststond
dat de slachtoffers daarnaast zelf meermalen onveilige seks hebben gehad. Het
draait om de vraag of er met zekerheid kan worden gesteld dat sprake is van een
oorzakelijk verband tussen de gedragingen van de verdachten en de hiv
besmettingen bij de slachtoffers.
HR: er is redelijke toerekening mogelijk, ondanks het bestaan van een csqn-verband,
indien de gedraging een onmisbare schakel kan hebben gevormd bij het gevolg. Dit
wordt beoordeeld door te kijken of het gevolg met een aanzienlijke mate van
zekerheid door de verdachte is veroorzaakt, hetgeen afhangt van de
omstandigheden van het geval:
Beoordelingsfactoren:
➢ Gedraging is naar de aard geschikt om het gevolg te veroorzaken;
o Het gaat om de objectieve gedraging.
➢ Gedraging doet naar ervaringsregels van de aard vermoeden dat het tot het
gevolg leidt;
➢ De andere oorzaak heeft waarschijnlijk niet tot het gevolg geleid.
Nalaten
Beoordelen of toerekening redelijk is.
1. Er was een plicht om te handelen → als de verdachte wist dat ingrijpen noodzakelijk was,
is er een schending van de zorgplicht.
2. Risico op ingetreden gevolg is zodanig verhoogd dat het redelijkerwijs aan de verdachte
kan worden toegerekend.
Dit is een normatief vereiste: er moet een kans zijn geweest op letsel en de kans is
zodanig verhoogd door het nalaten dat er sprake is van redelijkerwijze toerekening.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper cjoosten. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,00. Je zit daarna nergens aan vast.