Stagewerkplan
Persoonlijke leerdoelen
Aandachtspunt:
Ik wil deze stage aandacht besteden aan:
Het nemen van initiatief, door concreet aan te geven wat ik wil doen.
Concreet leerdoel:
De RUMBA of SMART eisen toegepast:
Binnen 2 maanden neem ik de verantwoordelijkheid voor mijn eigen leerproces, door elke dag
concreet aan te geven wat ik wil doen en activiteiten te plannen.
Verduidelijking van elementen uit het leerdoel:
Begripsverheldering:
Leerproces: ontwikkeling van mezelf tot verpleegkundige.
Verantwoordelijkheid nemen: hiermee bedoel ik dat ik mijn eigen keuzes maak en
verantwoording afleg door regelmatig mijn voortgang te bespreken met mijn begeleiders.
Activiteiten plannen: hiermee bedoel ik bijvoorbeeld het plannen van gesprekken, zoals
voortgang gesprekken of evaluatiegesprekken. Maar ook het plannen van andere
leeractiviteiten vanuit mijn stagewerkplan die ik graag wil doen voor mijn bewijslasten en hier
initiatief in nemen.
Mijn beginsituatie:
Tot nu toe heb ik hier zo aan gewerkt (tijdens stages, studie en andere relevante situaties):
Ik heb in al mijn stages te horen gekregen dat ik meer initiatief moet nemen. Ik heb hieraan
gewerkt door na mijn inwerkperiode elke dag een leerdoel aan te geven. Ook heb ik concreet
aangegeven wat ik precies die dag wil doen, bijvoorbeeld een intake of artsenvisite. Zo kon ik
beter bewijslast verzamelen, omdat dit hoort bij mijn leeractiviteiten. Ook heb ik initiatief
genomen in het plannen van gesprekken en mijn opdrachten bespreken. Daarnaast ben ik bij
mijn PL3 en PL4 regelmatig dagverantwoordelijke geweest, waardoor het makkelijker werd om
initiatief te nemen. Op mijn eigen stage zou ik dit kunnen vormgeven door van een groep
cliënten de zorgcoördinator te worden en individuele cliënten besprekingen plan met de
contactpersonen
Leeractiviteiten:
Om dit leerdoel te bereiken werk ik als volgt aan het vergroten van kennis en vaardigheden 1:
- Elke dag aangeven wat ik wil doen en waarom. Dit kan ook gedurende de dag. Als ik
1
Tip; Denk daarbij aan de Leercyclus van Kolb die bestaat uit: Ervaren, Observeren, Begripsvorming, Uitproberen
, bijvoorbeeld te horen krijg dat er vandaag een intake is, zelf het initiatief nemen door
te zeggen dat ik dit wil oppakken en uitwerken;
- Vooruitkijken en denken. Dus kijken wat ik kan doen, zodat ik hier ook initiatief in kan
nemen;
- Mezelf laten horen in discussies, met oplossingen komen en een eigen mening durven
te geven. Als ik zie dat iemand iets niet goed doet durven te zeggen hoe het wel moet;
- Veel vragen stellen wat bijdraagt aan mijn kennis;
- Zelf dingen opzoeken en informatie delen, zodat ik laat zien dat ik actief bezig ben met
mijn leerproces.
- De bereikbare dienst draaien en de mailbox uit te lezen. Taken die hier dan uit voort
komen op me nemen.
Vraag om begeleiding:
Van mijn begeleid(st)er(s) verwacht ik:
Feedback op het nemen van initiatief (wat ter sprake komt tijdens gesprekken) en dat ze mij
erop wijzen als ik niet genoeg initiatief neem in mijn leerproces. Zo kunnen we samen
bespreken waar ik precies tegenaan loop, zodat ik eraan kan werken. Daarnaast vind ik het fijn
als ik de ruimte krijg om initiatief te nemen en het niet meteen wordt weggekaapt. Soms vind ik
het namelijk lastig om te doen, waardoor het langer duurt voordat ik initiatief neem.
Toets:
Denk bij het verantwoorden en onderbouwing aan zowel je eigen handelen, EBP én reflectie.
Ik ga de volgende bewijslast hiervoor verzamelen:
- Uitwerking van voortgangsgesprekken;
- Evaluatieformulieren;
- Reflecties;
- Bewijslasten.
Aandachtspunt:
Ik wil deze stage aandacht besteden aan:
Het accepteren dat ik fouten mag maken en mezelf de tijd moet geven voor dingen.
Concreet leerdoel:
De RUMBA of SMART eisen toegepast:
Binnen 5 maanden heb ik geleerd dat ik niet meteen aan mijn of iemands verwachtingen hoef
te voldoen, door te accepteren dat ik fouten mag maken en mezelf de tijd te geven.
Verduidelijking van elementen uit het leerdoel:
Begripsverheldering:
Mezelf de tijd te geven: hiermee bedoel ik mezelf de tijd te geven om iets te leren. Ik hoef niet
meteen na een paar keer alles te kunnen. Ik moet dicht bij mezelf blijven.
Mijn beginsituatie:
Tot nu toe heb ik hier zo aan gewerkt (tijdens stages, studie en andere relevante situaties):
, Ik merkte tijdens mijn PL3 dat veel collega’s hoge verwachtingen van mij hadden, omdat ik
derdejaars was. Omdat de afdeling voor mij op het begin erg overweldigend was vanwege de
doelgroep had ik tijd nodig om te wennen. Niet iedereen respecteerde dit, waardoor ik veel
verwachtingen niet kon waarmaken. Ik had op dat moment voor mijn gevoel gefaald en was
bang dat ik mijn PL3 niet ging halen. Ik heb toen veel gesprekken gehad met mijn
werkbegeleider en die heeft gezegd dat ik mezelf de tijd moet geven om te leren en ik nooit
alles voor iedereen goed kan doen. Ik heb gaandeweg geleerd om dichter bij mezelf te blijven,
door te denken aan mijn eigen leerproces. ik had ook minder de behoefte om elke keer
iedereen tevreden te stellen, maar ik nam natuurlijk wel de feedback mee. In mijn PL4 merkte
ik ook dat ik mezelf snel uit het veld liet slaan als ik iets verkeerds had gedaan in de ogen van
mijn begeleider. Ik maakte dit toen pas bespreekbaar tijdens het evaluatiemoment, waardoor
het alsnog te laat was. Ik heb toen zodra ik merkte dat ik me niet fijn voelde of onzeker was,
meteen mijn begeleider apart genomen en mijn gevoel uitgesproken. Daarnaast had ik voor
mezelf in een boekje opgeschreven wat er allemaal wel al goed was gegaan die dag of die
week, waardoor ik kon terugkijken en kon relativeren dat niet alles meteen is verpest.
Leeractiviteiten:
Om dit leerdoel te bereiken werk ik als volgt aan het vergroten van kennis en vaardigheden 2:
- Mezelf de tijd geven om dingen te leren, maar wel laten merken dat ik leergierig ben.
Anders is er misschien gebrek aan initiatief;
- Activiteiten ondernemen die bijdragen aan mijn eigen leerproces en niet om iemand
tevreden te stellen; Activiteiten ondernemen in overleg met mijn werkbegeleiders die
ik gepland heb staan voor de desbetreffende week en hiervan niet ga afwijken, omdat
iemand anders daar een mening over heeft.
- Mijn zelfvertrouwen vergroten door tegen mezelf te zeggen dat het oké is om fouten te
maken als ik er maar van leer en door voor mezelf op te schrijven wat er allemaal goed
gaat;
- Nieuwe dingen ondernemen, zoals verpleegtechnische handelingen die ik nog nooit
heb gedaan, maar ok dingen zoals intakes en individuele cliëntenbesprekingen ook al
gaat het fout.
- Meteen mijn gevoel bespreekbaar maken als ik ergens meezit.
Vraag om begeleiding:
Van mijn begeleid(st)er(s) verwacht ik:
Ik zou het fijn vinden als er af en toe wordt gevraagd hoe het met me gaat, stel ik heb moeite
om mijn gevoel uit mezelf uit te spreken. Ik vind het daarom ook fijn om dagelijks de tijd te
nemen om te evalueren. Dit evaluatiemoment komt daarbij uit mezelf, maar ik vind het fijn als
er tijd voor wordt gemaakt door mijn begeleiders. Daarnaast vind ik het fijn als mijn begeleiders
mij stimuleren om nieuwe dingen te ondernemen om al eerder dingen onder begeleiding te
doen in plaats van nog een keer te kijken en me af en toe in het diepe gooien, zodat ik kan
leren van mijn fouten.
Toets:
Denk bij het verantwoorden en onderbouwing aan zowel je eigen handelen, EBP én reflectie.
2
Tip; Denk daarbij aan de Leercyclus van Kolb die bestaat uit: Ervaren, Observeren, Begripsvorming, Uitproberen