Bedrijfseconomie in Balans H14-H18
Geschreven door: Andréa van der Meijden
, Hoofdstuk 14 -Organisaties
14.1 Organisatietheorieën
Scientific management: voor baas en arbeider acceptable en objectieve
productienormen bedenken met als doel efficiëntie en zo
prestatieverbeteringen, waardoor ook de werksfeer verbetert.
○ Acceptabele + objectieve productienormen → efficiëntie → prestatieverbeteringen
→ betere sfeer
Algemene managementtheorie: hoe je een organisatie het beste kan
leiden van bovenaf, door te kijken naar de organisatie als geheel. Er
wordt niet gekeken naar arbeid en werkomstandigheden.
● 5 richtlijnen: vooruitzien en plannen, organiseren, eenheid van
bevel, coördineren en controleren
Human relations-beweging: er is geen vanzelfsprekend verband tussen
technische beïnvloeding van arbeidsomstandigheden en prestaties.
Aandacht voor de menselijke kant verhoogt wel de prestaties.
Revisionisme: aandacht voor zowel de technische en sociale kant van
de organisatie verbetert de prestaties. Humanisme en democratie
staan centraal. Linking pin-model.
Systeemtheorie: er wordt niet alleen gekeken naar processen in de
organisatie zelf, maar ook naar het contacten met de externe omgeving
(leveranciers, klanten etc.).
Contingentiebenadering: er kunnen geen standaard opvattingen en
structuren bestaan, alles is situatiegebonden. Optimaal
bedrijfsresultaat door management en organisatie af te stemmen op
zowel de organisatiedoelen als op de in- en externe omgeving.
, 14.2 Organisatiestructuren
Organigram: een overzicht van de organisatiestructuur met als doel:
duidelijkheid, overzicht, ander inzicht geven in organisatie.
Primaire processen: functies die direct nodig zijn voor de onderneming
zoals productie, verkoop, inkoop en dienstverlening.
Secundaire processen: functies die de primaire ondersteunen, zoals
administratie en magazijn.
Bestuurlijke processen: zorgen voor informatievoorziening.
Lijnorganisatie: een organisatiestructuur waarin boven iedere
werknemer een manager staat. De taken zijn logisch opgedeeld in
afdelingen. Iedereen heeft één baas = eenheid van bevel. Lijkt op
piramide.
Topmanagement
Middenmanagement
Lager management
Uitvoering
● Voordelen: systeem is duidelijk en eenvoudig, duidelijke baas,
duidelijke taken en verantwoordelijkheden, snel beslissingen
maken.
● Nadelen: leidt snel tot bureaucratie, afdelingen staan teveel op
zichzelf, gebrek aan gespecialiseerd personeel, zware
verantwoordelijkheden managers, inflexibiliteit.
Lijn- staforganisatie: een lijnorganisatie met onder de directie een staf
van deskundigen die wel buiten de lijnorganisatie staan.
● Voordelen: eenheid van bevel, deskundigen, betere samenwerking
door staf, minder last voor lijn.
● Nadelen: staf is te theoretisch, lijn is verantwoordelijk voor fouten
van staf, staf wilt uitbreiding, staf en lijn hebben te weinig contact.
Staf: deskundigen die zich op een bepaald terrein hebben
gespecialiseerd