Verzekeringsrecht
WEEK 1
De structuur van titel 7.17 BW
De opbouw hiervan verschaft al veel informatie:
1. De plaatsing van een wetsbepaling geeft de reikwijdte daarvan aan:
- Afdeling 1: algemene bepalingen die voor alle verzekeringsovereenkomsten
gelden.
- Afdeling 2: bepalingen voor de schadeverzekeringsovereenkomsten
- Afdeling 3: bepalingen voor sommenverzekeringsovereenkomst
2. Zie voor het dwingend recht de ‘slotbepalingen’. Zie voor sancties art. 3:40 lid 2 BW.
Algemeen uitgangspunt: als een bepaling niet genoemd wordt in de slotbepaling (van de
betreffende afdeling), is het van regelend recht. De bepalingen die wel worden genoemd, zijn van
dwingend recht. Zie bv de bepalingen in 7:963 BW.
Rechter moet nietigheid ambtshalve vaststellen.
Maar: vernietigbaarheid: bepaling is rechtsgelding tenzij de grond wordt vernietigd door de
belanghebbende. Rechter mag dit niet ambtshalve doen
Reikwijdte van een bepaling wordt al duidelijk door haar plaats.
De spelers in het Verzekeringsrecht
1. De verzekeraar: de partij die het risico overneemt
2. De verzekeringsnemer: de wederpartij van de verzekeraar die premieplichting is (7: 925
BW)
3. De tot uitkering gerechtigde: degene die de uitkering zal ontvangen (7:926 lid 2 BW).
Schadeverzekeringsrecht: de verzekerde is de persoon die de uitkering ontvangt
(7:945). In het sommenverzekeringsrecht is dit de persoon die begunstigde (7:965). De
verzekerde is degene op wiens lijf de verzekering is geschreven.
Voorbeeld: levensverzekering. Als de verzekeringsnemer een verzekering sluit op het lijf
van zijn vrouw, dat als zij komt te overlijden dat haar ouders som geld krijgen. De man is
de verzekeringsnemer, de vrouw de verzekerde (of lijf), en de ouders de begunstigden.
In dit vak wordt het begrip verzekerde alleen gebruikt binnen het
schadeverzekeringsrecht.
Verzekeringsovereenkomst: manier om je risico af te dekken. Je draagt je risico over aan de
verzekeraar. Bij een bepaalde gebeurtenis moet de verzekeraar uitkeren. Deze uitkering is een
consequentie van het feit dat de verzekeraar risico neemt, is dat hij dan en dan tot uitkering
moet overgaan. Aan de ene kant verzekeraar die risico loopt, aan de andere kant de
premiebetaler. De uitkering kan zijn in geld, maar kan ook in natura. Bv door schadeherstel.
Het onderscheid tussen schade- en sommenverzekering
1. Zoals gezegd maakt de opbouw van titel 7.17 BW duidelijk of een bepaalde wetsbepaling
daarin een algemene of bijzondere strekking heeft.
2. Bij sommenverzekeringen – een belangrijke vorm daarvan is de levensverzekering –
wordt er door de verzekeraar uitgekeerd ongeacht of er door de begunstigde schade is
geleden. Het plaatsvinden van het evenement is dus voldoende. In geval van een
schadeverzekering moet de verzekerde aantonen dat hij schade heeft geleden als gevolg
van het verzekerde voorval.
3. Bij schadeverzekering: onzeker of er moet worden uitgekeerd.
Bij sommenverzekering: onzeker wanneer er moet worden uitgekeerd, maar er gaat
sowieso worden uitgekeerd
Het onzekerheidsvereiste ex art. 7:925 BW
,Het huidige recht kent niet meer (7:925 BW) het vereiste van een onzeker voorval bij het sluiten
van de verzekeringsovereenkomst. Voldoende is dat er bij het sluiten van
verzekeringsovereenkomst onzekerheid moet zijn dat – hetgeen speelt bij de schadeverzekering
– ,wanneer of tot welk bedrag – hetgeen speelt bij de levensverzekering – een uitkering moet
worden gedaan.
Wat is uitleg
Dit was lange tijd: het vaststellen van de inhoud van de ovk: wat regelt de ovk wel en niet. Als
een bepaald punt niet in het contract is geregeld is er sprake van een leemte. De ovk moet dan
worden aangevuld. Dit gebeurt (6:248 lid 1 BW) via de wet, de gewoonte of de redelijkheid en
billijkheid. Ook is het mogelijk dat iets dat tussen partijen overeengekomen is buiten toepassing
blijft nu dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid
onaanvaardbaar is. Zie art. 6:248 lid 2 BW.
Bij normatieve uitleg wordt aan hetgeen is overeengekomen een beperktere of ruimere
betekenis toegekend dan de bewoordingen doen vermoeden. Al bij het vaststellen van de inhoud
van de ovk (de uitleg) wordt rekening gehouden met de redelijkheid en de billijkheid.
Bijvoorbeeld: de casus van HR Rederij Koppe. In dit geval had de verzekeraar met een beroep
op art. 6 van de verzekeringsvoorwaarden de dekking geschorst wegens premiewanbetaling. De
verzekeringnemer had aangevoerd dat hij wel tijdig wilde betalen maar dat de bijzondere
omstandigheden van het laatste oorlogsjaar meebrachten dat dat pas met vertraging is geschied.
De HR stelde de verzekeringnemer in het gelijk waarbij deze overwoog dat ook al stond er in art.
6 van de verzekeringsvoorwaarden dat de verzekerde 14 dagen na het vervallen van de premie
zijn aanspraken op schadeloosstelling verliest, een redelijke uitleg van deze bepaling meebrengt
dat dit rechtsgevolg alleen aan de orde is indien zulks, alle omstandigheden in aanmerking
genomen, redelijk is te achten en dat het hof een vijftal omstandigheden heeft vastgesteld voor
deze toets.
¢ Na dit arrest bleef het lang stil. De methode leek een stille dood te zijn gestorven. Een
belangrijke factor voor is geweest dat de HR in Saladin/HBU de leer van de beperkende
werking van de redelijkheid en billijkheid heeft aanvaard en dat deze leer in 1992 is
gecodificeerd in art. 6:248 lid 2 BW.
¢ J.M. van Dunné heeft er in 2018 terecht op gewezen dat de normatieve uitleg-leer in het
HR-arrest DSM-Fox (20 feb 2004) (weer) is aanvaard. Hij gaat nog een stap verder door
op te merken dat deze benadering echt heersende leer is geworden.
¢ Belangrijk is de volgende passage in r.o. 4.5: ‘’dat bij de uitleg van een schriftelijk
contract telkens van beslissende betekenis zijn alle omstandigheden van het concrete
geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid
meebrengen.’’
Natuurlijk maakt 1 zwaluw nog geen zomer maar met de HR-arresten Shaken baby (2018) en
Supercel (2021) is de normatieve uitleg-methode zoals de HR deze hanteerde in het Rederij
Koppe-arrest uit 1949 en welke de HR in zijn arrest DSM-Fox uit 2004 nieuw leven heeft
ingeblazen i.i.g. terug van weggeweest. Misschien wordt het een ‘’blijvertje’’ en zien we in de
(nabije) toekomst nog meer voorbeelden van de toepassing van deze uitlegmethode.
Uitleg van verzekeringsvoorwaarden
Het 2-fasen uitlegmodel
Fase 1: is de verzekeringsvoorwaarde in kwestie duidelijk, onduidelijk of onbegrijpelijk?
- Duidelijke verzekeringsvoorwaarde: er is maar één lezing mogelijk.
- Onduidelijk: er zijn 2 of meer lezingen mogelijk zijn
- Onbegrijpelijk: er is geen touw aan vast te knopen.
HR Van Hove (2015, HvJEU)
, ¢ Vraag is of de consument de draagwijdte van het beding al dan niet heeft begrepen, ook
al is het uit grammaticaal oogpunt correct opgesteld (r.o. 43). De consument heeft de
economische gevolgen die er voor hem uit de ovk voortvloeien, moeten kunnen
inschatten. Van belang is dus of de consument weet hoe de polis ‘’werkt’’ (of hij het
‘mechanisme’ van de polis begrijpt). Men moet dus bedingen niet zelfstandig beoordelen
maar in samenhang met elkaar. Onder consument moet in dezen worden verstaan – zie
r.o. 47 – ‘’een normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde
consument’’. In ongeveer gelijke zin r.o. 4.6 Rb. R’dam (vzr.) 4-11-2016, waarin
gesproken wordt van ‘’maatman-consument’’.
¢ Onduidelijk is of het bovenstaande ook 1 op 1 geldt in geval de verzekerde is bijgestaan
door een verzekeringstussenpersoon. Het Hof hoefde zich niet over deze kwestie uit te
laten nu het in casu niet aan de orde was. Verdedigbaar is dat uit Rechtbank Amsterdam
24-8-2016, r.o. 5.3. en 5.6 volgt dat deze omstandigheid wel degelijk van belang is.
Hoe stelt een rechter vast of een verzekeringsvoorwaarde duidelijk, onduidelijk of onbegrijpelijk
is? Haviltex was eerst de hoofdregel. Dus niet de CAO-norm.
De uitleg van de ovk op objectieve wijze vinden plaats via de ‘cao-norm’. Er wordt dan niet, zoals
bij de Haviltex-norm (subjectieve wijze), gekeken naar de bedoelingen van partijen, maar er
puur naar de betekenis van de bepalingen naar objectieve maatstaven.
Haviltexcriterium
‘De vraag hoe in een schriftelijk contract de verhouding van pp. is geregeld en of dit contract een
leemte laat die moet worden aangevuld, kan niet worden beantwoord op grond van alleen maar
een zuiver taalkundige uitleg van de bepalingen van dat contract. Voor de beantwoording van
die vraag komt het immers aan op de zin die pp. in de gegeven omstandigheden over en weer
redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien
redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Daarbij kan mede van belang zijn tot welke
maatschappelijke kringen pp. behoren en welke rechtskennis van zodanige pp. kan worden
verwacht.’
Conclusie: Taalkundige uitleg van een verzekeringsvoorwaarde is niet doorslaggevend. Er
moet ook gekeken worden naar bijzondere omstandigheden die op een objectieve of subjectieve
uitleg van de verzekeringsvoorwaarde in kwestie kunnen duiden.
HR Haviltex noemt 2 bijzondere omstandigheden die beide een subjectieve uitleg ondersteunen,
maar er zijn meer bijzondere omstandigheden te noemen en sommige wijzen op een objectieve
uitleg. Je moet ALLE factoren in kaart brengen en dan een definitieve conclusie trekken
Enige andere bijzondere omstandigheden:
1. Bijzondere kennis van de verzekerde t.a.v. een of meerdere elementen van de
verzekeringsovereenkomst.
a. Onjuist is m.i. Rechtbank Rotterdam 15 februari 2006 (paragliding). Toerekening
van de kennis van de verzekeringnemer aan de begunstigde ligt in dit geval voor
de hand nu er een rechtvaardiging is voor de toerekening: de huwelijksrelatie
tussen beiden. In veel gevallen is dit evenwel niet het geval. Denk aan de
verzekering ten behoeve van een derde in het handelsverkeer. Een objectieve
uitleg van de polis ligt dan meer voor de hand nu erin in het handelsverkeer
weinig ruimte is voor het individuele maatwerk van een subjectieve uitleg. In het
burgerlijk recht ligt dat anders. Zie bv HR 21 september 2012 (uitleg van een
aanwijzing van een begunstiging bij een sommenverzekering).
2. Is de verzekeringnemer bij de totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst
bijgestaan door een verzekeringstussenpersoon?
a. Zie ook Hof Den Haag 12 september 2006, Hof Amsterdam 23 november 2010,
en r.o. 4.6 Rb. R’dam (vzr.) 4 november 2016.
, 3. Is er sprake van een maatwerkdekking of een standaarddekking aangepast aan
afwijkende risicokenmerken?
a. Zie bijvoorbeeld r.o. 4.3.2 van Rb. Rotterdam 1 september 2010, ‘’ ‘’(..)Dit laatste
zou voor de onderhavige polis in zoverre anders kunnen zijn dat deze polis voor
Nuon maatwerk inhoudt. Bij de interpretatie van de omschrijving van het
verzekerde werk zou dan ook betekenis kunnen toekomen aan feiten en
omstandigheden rond de totstandkoming ervan, althans voor zover (vanaf 2003)
nog steeds sprake is van dezelfde verzekeraars als de verzekeraars die waren
betrokken bij de oorspronkelijke polis. (..)’’
4. Indien er binnen een bepaalde branche of groep vaste gebruiken bestaan, kan bij de
uitleg van een bepaald beding met die gebruiken rekening worden gehouden.
a. Zie r.o. 4.2 van HR 17 februari 2006: ‘’Nu op de onderhavige
verzekeringsovereenkomst Nederlands recht van toepassing is, dient de daarvan
opgemaakte polis te worden uitgelegd overeenkomstig de zogeheten Haviltex-
maatstaf. In een geval als het onderhavige, waarin op de Londense beurs een
verzekering is gesloten over de uitleg waarvan tussen partijen een geschil is
ontstaan - namelijk over het begrip "accident" in art 1.1 van de daarvan
opgemaakte polis -, wordt de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over
en weer redelijkerwijs aan dat begrip mochten toekennen en hetgeen zij te dien
aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten, mede (curs. MLH)
bepaald door de dienaangaande ter beurze bestaande opvattingen. (..)‘’
5. Indien het gaat om een door zakelijke partijen gesloten commerciële overeenkomst die is
opgesteld m.b.v. juridische adviseurs dient in beginsel te worden gekozen voor een
zuiver taalkundige uitleg van de contractsbepalingen.
a. Zie 5 april 2013, HR 19 januari 2007, en HR 29 juni 2007, Zie ook Schelhaas,
Preadvies die de volgende rechtvaardiging voor dit uitgangspunt geeft: ‘’’Maar
waarom is een geobjectiveerde uitleg bij zo’n groot commercieel contract mijns
inziens te verkiezen? In de eerste plaats is in het handelsverkeer rechtszekerheid
doorgaans belangrijker dan bij een consumententransactie en verschaft een
letterlijke of objectieve uitleg die rechtszekerheid nu eenmaal meer dan een
moeilijk vast te stellen subjectieve uitleg. Dat geldt met name indien het gaat om
grote contracten die in het bijzijn van juristen zijn afgesloten. In een dergelijk
geval kan worden verwacht dat de bewoordingen zorgvuldig zijn gekozen, zoals
in het Engelse en Schotse recht ook wordt aangevoerd.’’
6. HR 16 mei 2008: ‘Het gaat hier om de uitleg van art. 2.1.2 van de polisvoorwaarden, die
deel uitmaken van een beurspolis. Nu over dergelijke voorwaarden niet tussen partijen
onderhandeld pleegt te worden (en uit de stukken van het geding geen andere conclusie
getrokken kan worden dan dat niet gesteld is dat zulks in dit geval anders is), is de uitleg
daarvan met name afhankelijk van objectieve factoren zoals de bewoordingen waarin de
desbetreffende bepaling is gesteld, gelezen in het licht van de polisvoorwaarden als
geheel en van de in voorkomend geval - zoals ook hier - bij de polisvoorwaarden
behorende toelichting.’’ Waarschijnlijk zal de HR doelen op de situatie dat men gebruik
maakt van een standaard set verzekeringsvoorwaarden.
a. Interessant is r.o. 6.3 van Rb. R’dam 4-3-2015,: het onderhavige uitgangspunt
geldt ook voor clausules die niet standaard worden toegevoegd maar wel
bestemd zijn voor gebruik in meerdere overeenkomsten maar waarover niet is
onderhandeld. In casu ging het om een indexeringsclausule.
7. Is er onderhandeld over de verzekeringsvoorwaarden? Nee? Objectieve uitleg ligt
voor de hand.
a. Zie bv r.o. 16 Hof Leeuwarden 3 augustus 2010, LJN BN3280; r.o. 4.6 Hof
Amsterdam 22 mei 2012 en Rb. A’dam 11 februari 2015
b. In feite komt dit neer op een uitleg volgens de CAO-norm.
c. Conclusie: CAO-norm uitleg is een ‘’storm in een glas water’’: hetzelfde resultaat
is via Haviltex-criterium te bereiken. Interessant in dezen is ook de volgende