Te gebruiken voor alle tracés (vermogensrecht, familierecht en arbeidsrecht) want het algemeen deel is voor iedereen hetzelfde. Aparte samenvatting van het tracé vermogensrecht is verkrijgbaar.
§ 1.1 Begrip en functie van het internationaal privaatrecht
2. Bestaansvoorwaarden; doel
Het IPR heeft ten doel de problemen die voortvloeien uit de samenloop van nationale
rechtsstelsels bij internationale privaatrechtelijke rechtsverhoudingen te normeren.
3. Hoofdonderdelen
De hoofdonderdelen van het IPR zijn:
1. Het internationale bevoegdheidsrecht: dit deelgebied van het IPR bevat regels met
betrekking tot de vraag welke zaken met een internationaal karakter de nationale
rechter mag berechten en welke niet.
2. Het conflictenrecht: het betreft de vraag naar het op internationale
rechtsverhoudingen toe te passen recht.
3. Het recht inzake de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse rechterlijke
beslissingen: het betreft de rechtskracht van buitenlandse vonnissen in onze
rechtsorde.
Het internationale bevoegdheidsrecht en het recht inzake erkenning en
tenuitvoerlegging van buitenlandse rechterlijke beslissingen worden samen wel
aangeduid als het formele IPR; het conflictenrecht als het materiële IPR.
Tegenwoordig is er ook nog een vierde hoofdonderdeel van het IPR: internationale
rechtshulp. Het gaat om regelingen waarbij staten zich over en weer verplichten
elkaar hulp en bijstand te verlenen op bepaalde terreinen van het internationale
privaatrechtelijke rechtsverkeer, zoals bv. bij grensoverschrijdende betekening van
gerechtelijke stukken.
4. Aangrenzende rechtsgebieden
Niet tot het IPR worden gerekend de privaatrechtelijke rechtsvergelijking, het
privaatrechtelijke vreemdelingenrecht, het eenvormig privaatrecht en het
interregionaal of interpersoneel privaatrecht.
De privaatrechtelijke rechtsvergelijking houdt zich bezig met het onderzoek naar
buitenlandse privaatrechtelijke rechtsstelsels.
In art. 9 Wet AB is vastgelegd dat het privaatrecht voor vreemdelingen en
Nederlanders gelijk is. Men rekent het privaatrechtelijke vreemdelingenrecht niet tot
het IPR omdat het niet betrekking heeft op de vraag welk recht van toepassing is op
een internationale rechtsverhouding waarbij vreemdelingen zijn betrokken, maar op
de vraag naar de rechtspositie van vreemdelingen.
Onder het eenvormig privaatrecht verstaat men het door middel van verdragen
internationaal geünificeerd materieel privaatrecht.
Het interregionaal of interpersoneel privaatrecht heeft betrekking op vragen van
1
,rechterlijke bevoegdheid, toepasselijk recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van
vonnissen die kunnen rijzen in een staat met een meervoudig rechtsstelsel. Bij
verschillende rechtsstelsels per regio gaat het om interregionaal privaatrecht en bij
verschillende rechtsstelsels per bevolkingsgroep gaat het om interpersoneel
privaatrecht. Het wordt niet tot het IPR gerekend, omdat het gaat om vonnissen
binnen dezelfde staat.
7. Internationale gevallen
Bij de geografische benadering staan de geografische aanknopingspunten van de
internationaliteitsvraag centraal. Bij de juridische benadering wordt de vraag naar de
afgrenzing van het internationale geval als het ware vanaf de andere kant bekeken,
doordat niet zozeer de feitelijke aspecten aan de rechtsverhouding beslissend
worden geacht, maar veeleer de geldingspretenties, toepassingsaanspraken van
rechtsstelsels. De relevante vraag is dan of de rechter van meer dan één land
bevoegdheid zou kunnen pretenderen en van meer dan één rechtsstelsel toepassing
zou kunnen verlangen.
Rechtskeuzebevoegdheid en forumkeuzebevoegdheid kunnen alleen worden
uitgeoefend indien de rechtsverhouding een internationaal karakter heeft en dus niet
indien de rechtsverhouding louter nationaal van karakter is.
§ 1.2 Bronnen van het Nederlandse internationaal privaatrecht
10. Ongeschreven recht
Het ongeschreven recht is wat het conflictenrecht en het internationaal
bevoegdheidsrecht betreft vrijwel geheel vervangen door geschreven regelingen.
Slechts op het gebied van erkenning van buitenlandse vonnissen speelt
ongeschreven recht nog een belangrijke rol.
11. De wet; codificatie
Door het gematigd monistisch stelsel gaan binnen de Nederlandse rechtsorde
Nederland bindende verdragen en Europese verordeningen voor boven de wet (art.
93 en 94 Gw). De wettelijke regeling van het conflictenrecht en het internationaal
bevoegdheidsrecht heeft daarom een subsidiair karakter: zij komt alleen tot gelding
indien en voor zover verdragsregelingen of Europese verordeningen niet van
toepassing zijn.
14. Afbakening en rangorde
Bij samenloop van een IPR-regel uit internationale bron en een IPR-regel uit
nationale bron gaat de internationale regel in beginsel voor. Verdragsbepalingen die
naar hun inhoud eenieder kunnen verbinden hebben immers ingevolge het in
Nederland gehuldigde monistische stelsel voorrang boven bepalingen van nationaal
recht (art. 93 en 94 Gw). De voorrang van Europese regelingen vloeit (mede) voort
uit het Unierecht.
Bij samenloop van IPR-regels uit verschillende internationale bronnen wordt de
onderlinge afbakening en rangorde bepaald door hetgeen de desbetreffende
internationale verdragen of regelingen daarover zelf aan voorzieningen bevatten. Bij
gebreke van dergelijke voorzieningen wordt de onderlinge afbakening en rangorde
bepaalt door de algemene regels van het volkenrecht (art. 30 Verdrag van Wenen
2
, inzake het verdragenrecht).
Om vast te kunnen stellen dat sprake is van een daadwerkelijke samenloop van
internationale regelingen (verdragen en Europese verordeningen) dient men scherp
voor ogen te houden wat de toepassingsgebieden van de betrokken regelingen zijn.
Daarbij dient onderscheid te worden gemaakt tussen het materiële, het formele en
het temporele toepassingsgebied van de regeling.
Het materiële toepassingsgebied betreft de door de regeling bestreken onderwerpen
(de afbakening). Onder het formele toepassingsgebied is te verstaan het naar
personele en/of territoriale criteria bepaalde ruimtelijke toepassingsgebied van de
regeling. Het temporele toepassingsgebied betreft de overgangsrechtelijke
voorzieningen van de regeling.
Samenloop doet zich slechts voor indien de concrete casus valt binnen zowel het
formele, het materiële als het temporele toepassingsgebied van twee of meer
internationale regelingen.
§ 1.3 Hoofdlijnen van de geschiedenis van het internationaal privaatrecht
23. Neostatutistische stroming
De eerste hoofdstroming van de huidige IPR-wetenschap houdt in dat niet vanuit de
internationale rechtsverhouding het toepasselijke rechtsstelsel dient te worden
vastgesteld, maar omgekeerd: vanuit de rechtsregel dienen aan de hand van de
inhoud en strekking daarvan (de ‘policy’) het ruimtelijk toepassingsgebied en het
statelijk belang (de ‘governmental interest’) bij toepassing van de rechtsregel te
worden opgespoord. Deze stroming heeft ertoe bijgedragen dat in het moderne
conflictenrecht bij het formuleren van de conflictregels rekening wordt gehouden met
de rechtspolitieke aspecten van het materiële recht.
24. Lex fori-stroming
In deze hoofdstroming wordt de opvatting dat het IPR in het nationale recht zijn
grondslag vindt tot in haar uiterste consequenties doorgetrokken. Omdat
internationale beslissingsharmonie toch nooit wordt bereikt, dient de rechter ook in
internationale gevallen als uitgangspunt steeds zijn eigen recht, de lexi fori, toe te
passen.
25. Leer van het ‘gunstigste’ recht
Volgens deze hoofdstroming dient het conflictenrecht zijn regelbindendheid en
waardenneutraliteit af te leggen en bij de oplossing van internationale wetsconflicten
voorrang te verlenen aan de rechtsregel die van de samenlopende rechtsregels de
‘beste’ is.
Hoofdstuk 2: Internationaal bevoegdheidsrecht
§ 2.1 Algemeen deel
§ 2.1.1 Begrip en functie van het internationaal bevoegdheidsrecht
28. Inleiding; verhouding tot het volkenrecht
Het internationaal bevoegdheidsrecht betreft de vraag naar de bevoegdheid van de
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper chiaramertens. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,89. Je zit daarna nergens aan vast.