Socialezekerheidsrecht week 1 deel 1:
Socialezekerheidsrecht is het geheel van wettelijke maatregelen dat de (inkomens)risico’s
opvangt die mensen lopen bij hun functioneren in de maatschappij.
Enerzijds regels die beogen mensen die niet (meer) in hun levensonderhoud kunnen voorzien,
middelen van bestaan te geven (inkomensfunctie).
Anderzijds gericht op bevordering en instandhouding van deelname van het arbeidsproces (re-
integratie).
Volumebeperking = hoogte en duur worden verlaagd.
Socialezekerheidsrecht week 1 deel 2:
Socialezekerheidsrecht
volksverzekeringen
Sociale voorzieningen 2
Werknemersverzekeringen - AOW
sociale voorzieningen 1 - Zorgtoeslag
- WW - Anw
- Participatiewet - Kinderopvang toeslag
- ZW - AKW
- IOAW, IOAZ - Huurtoeslag
- WIA (WAO) (uitvoering door SVB)
- Wmo - Kindregeling
- Wlz
(uitvoering door Gemeenten) (uitvoering door
(WAZ, Wajong, TW en IOW) (uitvoering door Belastingdienst)
(= sociale voorziening zorgkantoren)
uitgevoerd door UWV) - Zvw
(uitvoering door
zorgverzekeraars)
1. Werknemersverzekering
Voor werknemers
o Arbeidsovereenkomst
o Gelijkstellingen met arbeidsovereenkomst
2. Volksverzekeringen
Ingezetenen (iedereen die in Nederland woont of werkt)
Werknemersverzekeringen en volksverzekeringen worden betaald via premies (zoals bij alle
verzekeringen).
3. Inkomens(aanvullende) voorziening
Geven een uitkering op het niveau van het sociaal minimum of villen het inkomen
aan tot het sociaal minimum
4. Inkomensondersteunende voorzieningen
Toeslagen belastingdienst
Vergoeding voor bepaalde kosten
Dit zijn beide sociale voorzieningen.
Financiering gebeurt door algemene middelen (belastingopbrengsten).
Toezicht en handhaving:
Toezicht
o Minister van SZW: toezicht op SVB en UWV (via inspectie SZW)
o Minister van SZW en Algemene rekenkamer: gemeente
o Cliëntenparticipatie
Sancties
o Maatregelen (uitkering wordt verlaagd)
, o Boeten (bij fraude)
o Terugvordering
Rechtsbescherming:
Uitvoeringsinstanties zijn bestuursorgaan in de zin van de Awb, dus:
Geschreven en ongeschreven regels algemeen bestuursrecht (Awb, abbb) van
belang naast bijzonder bestuursrecht
Bezwaar tegen besluiten van uitkeringsinstanties
Beroep bij bestuursrechter
Hoger beroep Centrale Raad van Beroep
Heel soms cassatie bij HR
Termijnen wijken soms af van de termijnen uit de Awb
Speciale wet heeft voorrang op algemene wet.
Socialeverzekeringsrecht week 2 deel 1:
Volksverzekeringen algemeen:
Volksverzekeringen: voor het hele volk, voor alle ‘ingezetenen’.
o Ook voor grensarbeids: mensen die in het buitenland wonen, maar in Nederland
werken
Volksverzekeringen: dus – zoals bij iedere verzekering – premiebetaling
o Geen inkomsten: dan geen premiebetaling, maar toch verzekerd.
o Anders dan bij gewone verzekering geen aanmelding vereist: van rechtswege
verzekerd als je aan de voorwaarden voldoet
Er zijn momenteel drie volksverzekeringen:
AOW (Algemene Ouderdomswet)
Anw (Algemene nabestaandenwet)
Wlz (Wet langdurige zorg) – wordt niet behandeld
Pensioenstelsel bestaat uit drie pijlers:
1. AOW
2. Aanvullend bedrijfspensioen
3. Aanvullende particuliere pensioenverzekeringen
Algemene nabestaanden wet:
Opvolger van AWW (algemene weduwen- en wezenwet)
AWW was alleen voor weduwen, niet voor weduwnaars:
o Dit is discriminerend volgens de Europese rechter. Daarom was nieuwe wet
nodig.
Anw is ook voor weduwnaars
Aantal uitkeringen is beperkt
Socialeverzekeringsrecht week 2 deel 2:
AOW: hoofdlijnen
Verzekerd:
o Ingezetenen, grensarbeiders
o Aanvangsleeftijd van de verzekering: 50 jaar voor de pensioengerechtigde leeftijd
o Einde verzekering: bereiken pensioengerechtigde leeftijd
Opbouw recht:
o 2% per jaar
o Maximaal 50 jaar opbouw
Uitbetaling recht:
o Bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd
Hoogte recht:
, o Vast bedrag ongeacht andere inkomen/vermogen
o Afhankelijk van leefvorm
Pensioengerechtigde- en aanvangsleeftijd art. 7a AOW
De rekensom over de verdere verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd is opgenomen in
art. 7a lid 2 AOW. Dit is afhankelijk van verdere stijging levensverwachting.
Art. 9 AOW regelt de hoogte van de uitkering:
Alleenstaande 70% van het nettominimumloon
Alleenstaande ouder met kind onder 18 jaar 70% van het nettominimumloon (+ verhoogd
kindgebonden budget)
Gehuwde 50% van het nettominimumloon
Dus samen 100%
Kortingsregeling (art. 13 AOW): 2% voor ieder onverzekerd jaar.
Partner:
Van belang voor norm en recht op partnertoeslag
Huwelijkspartner of registreert partner
Gezamenlijk huishouding is gelijkgesteld met gehuwden (art. 1 lid 2 AOW)
Definitie gezamenlijke huishouding (art. 1 lid 3 AOW)
o Huisvestingscriterium: hoofdverblijf in dezelfde woning
o Zorgcriterium: die blijk geven voor elkaar zorg te dragen (art. 1 lid 3 AOW)
Wettelijke fictie: alleen voldoen aan huisvestingscriterium is soms voldoende om als
gezamenlijke huishouding te worden aangemerkt (art. 1 lid 4 AOW)
Uitzonderingen: bloedverwant eerste graad (ouder/kind) of twee woningenregel
Let op: begrip bloedverwant eerste graad is uitgebreid in art. 1 lid 7 AOW
AOW-toeslag voor de partner (artikel 8 AOW)
Voor gehuwde AOW’er (of daarmee gelijkgestelde) met:
o Partner jonger dan de AOW-leeftijd
o Partner heeft geen inkomsten of geringe inkomsten
Hoogte partnertoeslag 50% netto minimumloon (artikel 9 lid 6 AOW)
Dan wordt de AOW dus 2x 50%=100% minimumloon = sociaal minimum voor gezin
Beperking partnertoeslag AOW:
1. Partnertoeslag afgeschaft in 2015 voor nieuwe AOW-gerechtigden
2. Recht op toeslag afhankelijk van aard en hoogte inkomsten jongere partner
Inkomsten in verband met arbeid: volledig gekort op partnertoeslag
Inkomsten uit arbeid: gedeeltelijk korten
3. Partnertoeslag wordt verlaagd met 10% indien gezamenlijk inkomen van de partner
boven 162% minimumloon.
Socialezekerheidsrecht week 2 deel 3:
Anw in hoofdlijnen (algemene nabestaande wet):
Verzekerd risico: wegvallen van inkomsten door overlijden partner/beide ouders
o Overlijden partneer: nabestaandenuitkering
o Overlijden beide ouders: wezenuitkering – wordt niet behandeld
o Halfwezenuitkering afgeschaft in 2013
Geen opbouwverzekering maar risicoverzekering:
o Overledene moet verzekerd zijn op moment overlijden
o Duur van de verzekering is niet van belang
Minimumbehoeftenregeling
Nabestaandenuitkering:
Overledene moet verzekerd zijn op moment overlijden (art. 13 Anw)
Je bent verzekerd wanneer je ingezetene bent of grensarbeider (art. 6 Anw)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Rebekarostaa. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.