Samenvatting ‘Ontwikkeling door onderzoek’
, Hoofdstuk 1: ‘De onderzoekende leraar’
Een nieuwsgierige, onderzoekende houding is een voorwaarde voor het leraarschap. Hoofdstuk 1
gaat dieper in op het belang van ‘zien, kunnen en doen’. Hiervoor zijn drie redenen, namelijk dat de
leraar moet kunnen omgaan met de theorie en praktijk, dat de leraar een professional is en dat van
een leraar wordt verwacht dat zijn oordeel altijd zo goed mogelijk gefundeerd is.
1.1 Tussen theorie en praktijk
Vaak blijkt dat de theorie die je op de lerarenopleiding leert niet goed toe te passen is in de praktijk .
Als leraar heb je niet alleen boekenkennis nodig, maar ook situatiegebonden kennis (praktijkkennis).
Dit zijn opvattingen van mensen, persoonlijke theorieën, manieren van den, inzichten en ervaringen
die zijn opgedaan en intuïtie die je hebt. Omdat praktijkkennis moeilijk onder woorden te brengen is,
wordt het niet veel aandacht aan besteed op de lerarenopleiding en is het nauwelijks vatbaar voor
discussie of verandering. Praktijkonderzoek kan helpen praktijkkennis toe te lichten en te verrijken.
In de beroepspraktijk gaat het vooral om het vinden van een goede balans tussen de theorie en de
praktijk. ‘Een theorie is een geheel van logisch samenhangende uitspraken die samen (een deel van)
de werkelijkheid proberen te verklaren’ (Kallenberg, T., Koster, B., Onstenk, J., Scheepsma, W., 2011,
p. 16). Veel verschillende theorieën worden gecombineerd gebruikt, wat weer tot nieuwe theorieën
leidt. Een theorie probeert dus iets over een onderwerp te vertellen in algemene termen, met een
ruime geldigheid. Voordeel: de theorie kan veel verklaren en/of duidelijk maken. Nadeel: het gevaar
bestaat dat de feitelijke reikwijdte en de praktische toepasbaarheid uit het oog kunnen worden
verloren. Daarom moet een theorie in de praktijk worden getoetst en worden bijgesteld. Je kunt
verbanden leggen tussen de theoretische en praktische kennis en andersom. Theorie Praktijk:
‘Volgens de theorie gaat het meestal zo, maar in dit geval is het anders, want…’. Praktijk Theorie:
‘Ik deed altijd dit, maar nu weet ik dat ik beter dat kan doen, omdat…’. Theorie en praktijk vullen
elkaar aan.
1.2 De leraar als professional
Professionals hebben vaak een lange academische scholing gevolgd. De beroepsgroep stelt zelf vast
hoe er in bepaalde situaties wordt opgetreden. Ook houdt de professional de ontwikkelingen in zijn
vak bij en draagt hij daar actief aan bij. Leraren worden daarentegen vaak niet gezien als
professionals, omdat zij niet als bijvoorbeeld artsen over een uitgebreid wetenschappelijk bestand
bezitten. Ook zijn leraren het niet altijd met elkaar eens: zij hebben vaak verschillende pedagogische
visies. Deze moeten bovendien concurreren met visies van deskundigen. Ook moeten scholen zich
bewijzen aan de overheid via schoolplannen, productiecijfers (CITO) en evaluatie- en
visitatierapporten. Op de onderwijsmarkt moeten scholen zich bewijzen via websites, schoolgidsen
en Pr-campagnes. Wel wordt van een leraar professioneel gedrag verwacht. Niet alleen
deskundigheid is een vereiste, ook betrouwbaarheid is een vereiste. Ouders vertrouwen hun
kinderen en een deel van de opvoeding van hun kind aan de leraar toe. De schrijvers van dit boek zijn
dan ook van mening leraren wel professionals zijn.
Bij professioneel gedrag hoort een onderzoekende houding: vragen stellen aan jezelf, zoals ‘Wat doe
ik?’ en ‘Is dit het beste voor mijn leerlingen?’. Hiervoor moet je kennis over het onderwijs
verzamelen en toetsen. Door samen te werken en door de resultaten openbaar te maken, draag je bij
aan verdere professionalisering en aan de sociale organisatie van het vak. Als leraar ben je
‘kenniswerker’. Dit betekent dat het omgaan met kennis je werk is. Als leraar ben je een belangrijke
bron van kennis, maar door de opkomst van de ICT worden er meer nieuwe kennisbronnen
beschikbaar. Daardoor hebben leerlingen meer mogelijkheden om kennis op zich te nemen. Kennis
ontwikkelt en vernieuwt zich bovendien sneller. Daarom is het steeds belangrijker om toegang te
verkrijgen tot de juiste kennis en om er goed mee om te gaan: interpreteren, integreren, schriften,