Samenvatting van de benodigde tentamenstof 2021/2022 uit het boek basisboek sociaalzekerheidsrecht 2022. Voor dit schooljaar hoeft er minder geleerd te worden dan in deze samenvatting staat.
Armenwet uit 1852= de eerste wet op het terrein van sociale zekerheid die vanuit de overheid tot
stand kwam.
Functies van de sociale zekerheid
1. Waarborgfunctie: bestaanszekerheid. De overheid biedt inkomenszekerheid als mensen door bijv.
ziekte, werkloosheid of ouderdom niet meer kunnen werken.
2. Activeringsfunctie: er wordt verwacht dat eenieder meedoet binnen de sociale zekerheid. Mensen
moeten werk zoeken bij werkloosheid of bij ziekte re-integreren.
Sociale zekerheid= het publieke stelsel dat het geheel van voorzieningen omvat die tot doel hebben
het waarborgen van de financiële zekerheid van burgers en hen te activeren.
Sociale zekerheidsrecht= het stelsel van rechten en plichten die gelden binnen de sociale zekerheid.
De regels zijn in de wet en de daaronder hangende regelgeving vastgelegd.
1.2
Het stelsel van sociale zekerheid= kenmerkt zich door de grote hoeveelheid wetten waardoor het
systeem soms ondoorgrondelijk en moeilijk is. Om structuur aan te brengen wordt er vaak het
volgende onderscheid gemaakt:
1. Sociale verzekeringen;
2. Sociale voorzieningen.
Het verschil: wordt vooral gezocht in de financiering. Voor verzekeringen wordt premie afgedragen
en voor voorzieningen niet, deze worden betaald uit de belastingopbrengsten. Maar ook een deel
van de verzekeringen worden uit deze algemene middelen gefinancierd.
Gemoedsbezwaarden= zijn ontheven van betaling van premies in verband met hun
levensovertuiging. Via een omweg, middels speciale belastingheffing, wordt meer belasting betaald
en behouden ze recht op een voorziening.
Premies= de hoogte wort jaarlijks vastgesteld en is afhankelijk van het inkomen en de leeftijd.
Tweedeling in sociale verzekeringen
1. De werknemersverzekeringen
- Een werknemer of daaraan gelijkgesteld
- Werknemers= de natuurlijke persoon die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt en
in een privaat- of publiekrechtelijke dienstbetrekking staat.
- Dienstbetrekking= doorgaans aanwezig als overeengekomen is dat de werknemer zich tot de
werkgever verplicht om arbeid te verrichten; de werkgever loon betaald; de werknemer tot de
werkgever in een gezagsverhouding staat (art. 7:610 BW).
2. De volksverzekeringen
- Een ingezetene= iemand die in NL woont of in het buitenland woont maar in NL werkzaam is.
Verschil in de driedeling werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en de sociale
voorzieningen:
De uitvoering. De werknemersvoorzieningen worden uitgevoer door het Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) en de volksverzekeringen door de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
,Overzicht sociale verzekeringen en sociale voorzieningen
Sociale verzekeringen Werknemersverzekeringen
Ziektewet (ZW)
Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering ( WAO)
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA)
Werkloosheidswet (WW)
Digitaal Klantdossier (DGK)= hierin worden alle klantgegevens opgeslagen voor wanneer je bijv.
aanvraag doet naar een WIA-uitkering.
Suwinet= een service waarmee overheidsorganisaties gegevens van burgers en bedrijven digitaal bij
elkaar kunnen opvragen en naar elkaar kunnen sturen.
1.3
Bestuursrechtelijke procedures= procedures binnen het socialezekerheidsrecht. Dit is een
rechtsmiddel ter bescherming van de burger. De regels van de Algemene wet bestuursrecht worden
gevolg.
Belangrijke elementen voor het socialezekerheidsrecht in het bestuursrecht:
1. Geen verplichte procesvertegenwoordiging:
Je hoeft niet een advocaat of andere gemachtigde mee te nemen naar de bestuursrechter.
2. Het begrip ‘besluit’, ‘bestuursorgaan’, en ‘belanghebbende’:
Besluit – art. 1:3 jo art. 1:1 Awb.
Beschikking – art. 1:3 lid 2 Awb. Een geïndividualiseerd besluit, gericht aan de geadresseerde.
Afgeleid belang= ook andere mensen dan de geadresseerde kunnen belang hebben bij een
beschikking/besluit, dit zijn derden belanghebbenden.
3. Het maken van bezwaar en instellen van beroep bij de bestuursrechter:
Je kan bezwaar instellen tegen een besluit van de bestuursrechter.
Heroverweging= de toetsing van het besluit is een beoordeling van de rechtmatigheid en de
doelmatigheid. De belangenafweging wordt opnieuw bekeken.
, Reformatio in peius= heroverweging mag niet worden gebruikt om verslechtering van de
rechtspositie van de bezwaarmaker te bewerkstelligen.
Toetsing ex nunc= er wordt gekeken naar de huidige regelgeving, ook al is deze veranderd sinds het
oorspronkelijke besluit.
Art. 7:2 Awb= de belanghebbende(n) hebben het recht om gehoord te worden.
Art. 7:13 Awb= de commissie brengt, eventueel na het horen, advies aan het bestuursorgaan uit.
Bestuursrechter in het sociale zekerheidsrecht= toetst ex tunc, er wordt gekeken naar hoe de
situatie was ten tijde van het bestreden besluit.
Omgekeerde toets= een integrale benadering van het oplossen van problemen.
Hoofdstuk 2
2.3
Voorwaarden voor recht op kinderbijslag
Voorwaarde 1: kring van verzekerden
Art. 6 lid 1 sub a AKW= de grootste groep verzorgers van kinderen die tot de kring van verzekerden
behoort, wordt gevormd door de ingezetene.
Ingezetene= iemand die in NL woont. Dit wordt bepaald naar de feiten en omstandigheden. Er moet
een duurzame band van persoonlijke aard zijn tussen de persoon en Nederland.
Art. 6 lid 1 sub b AKW= een groep die geen ingezetene is, maar in NL of op het continentaal plat in
dienstbetrekking werk verricht en loonbelasting moet betalen.
Continentaal plat= de exclusieve economische zone voor zover deze grenst aan de territoriale zee
van NL (art. 1 onder d AKW).
Arrest Chavez-Vlichez
Een onderdaan van een derde land (derdelander), die daadwerkelijk de dagelijkse zorg heeft voor zijn
minderjarige kind dat onderdaan is van een lidstaat van de EU en aan kan tonen dat de andere
ouder, die wel onderdaan is van de EU, niet voor het kind kan zorgen, recht heeft op bijv.
kinderbijslag of bijstand.
Hoofdstuk 3
3.3
Voorwaarden voor ouderdomspensioen
Voorwaarde 1: kring van verzekerden
Art. 6 lid 1 sub a AOW= de grootste groep die tot de kring van verzekerden behoort zijn de
ingezetenen.
Ingezetene= iemand die in NL woont. Dit wordt bepaald naar de feiten en omstandigheden. Er moet
een duurzame band van persoonlijke aard zijn tussen de persoon en Nederland. Daarnaast is de wil
om in NL te wonen en de duurzaamheid van het verblijf in NL een toets om van ingezetene te kunnen
spreken.
Art. 1 lid 1 sub g AOW= een groep die geen ingezetene is, maar in NL of op het continentaal plat in
dienstbetrekking werk verricht en loonbelasting moet betalen.
Art. 6 lid 2 AOW= vreemdelingen die rechtmatig in Nl verblijven zijn verzekerd voor de AOW.
Hoofdstuk 6
6.3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper verajohannes11. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.