De laag waarop wij leven is constant in beweging. De buitenste vaste laag van de aarde is
de aardkorst. de aardkorst is 10 - 40 cm dik en bestaat uit grond en korstgesteente. Onder
oceanen is de aardkorst het dunst, bij gebergten is de laag het dikst. De aardkorst beweegt
met enkele centimeters per jaar. Dat komt doordat de laag eronder aan de bovenkant een
beetje stroperig is.
Binnen in de aarde
De laag onder de aardkorst is de aardmantel. Deze laag tussen de aardkorst en de kern
van de aarde bestaat uit gesteente. De temperatuur varieert van 1000 - 3200 graden celcius.
Toch is het steen lang niet overal gesmolten. Diep in de aarde is de druk zo groot dat er een
veel hogere temperatuur nodig is om het steen te laten smelten. Alleen dicht onder de
aardkorst smelt het steen en vormt magma. Op die stroperige massa kan de aardkorst dus
een klein beetje bewegen. In het binnenste deel van de aarde ligt de aardkern. Hier gebeurt
hetzelfde maar dan met ijzer. In de binnenkern is de druk zo groot dat het ijzer vast is.
Daaromheen ligt de buitenkern die wel vloeibaar is.
Bewegende platen
De aardkorst beweegt een beetje op de buitenste laag van de aardmantel. Dat kan doordat
de aardkorst geen geheel is, maar uit losse aardplaten bestaat. Die stukken aardkorst heten
schollen. Waar de aardplaten aan elkaar grenzen liggen breuklijnen of breuken. Er zijn 6
grote aardplaten en nog een aantal kleinere platen. De grote aardplaten vallen samen met
de continenten. Er is een afrikaanse, zuid-amerikaanse en een euraziatische plaat. Als je
naar Afrika en Zuid-Amerika kijkt, zie je dat die 2 continenten verdacht mooi in elkaar
passen. 210 miljoen jaar geleden lagen ze aan elkaar vast, in Pangea, een supercontinent.
Het stukje aardkorst waarop Nederland ligt lag toen in de buurt van de evenaar. De platen
waarop Pangea was opgebouwd, zijn uit elkaar gedreven.
Drie soorten breuken
🌋
Er zijn tussen de aardplaten drie soorten breuken of breuklijnen:
Bij een divergente breuk bewegen de platen van elkaar weg. Zo breuk ligt in de
Atlantische oceaan tussen Zuid-Amerika en Afrika. Hier komt magma uit de aardmantel
omhoog. Het magma stolt en vormt nieuw gesteente. Zo drijven de continenten van elkaar
🌋
weg.
Als er een nieuw gesteente ontstaat, moet er ook ergens er 1 verdwijnen. Dat gebeurt bij
een convergente breuk. Hier duikt de ene plaat onder de andere plaat. Het gesteente gaat
de aardmantel in. Het gesteente smelt en wordt magma. Op de convergente breuk komen
ook aardbevingen voor. Maar niet alleen trilt de aarde doordat de platen verschuiven. Er
ontstaan gebergten en vulkanen. Vulkanen zijn bergen die zijn opgebouwd uit materiaal dat
🌋
uit het binnenste van de aarde is uitgeworpen of uitgevlogen.
Er zijn ook platen die langs elkaar heen schuiven, zoals bij de Andreasbreuk in California.
De plaats waar dat gebeurt heet een transforme breuk. Doordat de randen van de platen
nogal grillig zijn, gaat dat schuiven met horten en stoten. De platen haken achter elkaar en
er bouwt zich een enorme spanning op. Als de plaat verscuift, komt er een aardbeving.
, 2.3 Vulkanen
De meeste vulkanen ontstaan in de buurt van breuklijnen. Daar zitten openingen in de
aardkorst waardoor het magma naar buiten kan komen. Wanneer het magma aan de
aardoppervlakte komt, heet het lava. Op sommige plaatsen kan de lava naar buiten
stromen. Waar dat niet kan, hoopt het magma zich op in de magmakamers. Dat zijn grote
ruimtes diep in de aardkorst vol met magma. Wanneer de druk in de magma te groot wordt,
barst de vulkaan uit. Uit de gestolde lava, modder en stenen ontstaat een berg: de kegel. De
opening boven in de kegel heet de krater van de vulkaan. De vorm en de activiteit van
vulkanen hangen vooral af van de manier waarop ze ontstaan.
Stratovulkanen
Bij een convergente breuk duijt een zwarte aardplaat onder een lichte aardplaat. De zwarte
plaat verdwijnt steeds dieper in de aardmantel, waardoor het gesteente smelt. Het ontstane
magma wil weer omhoog. De samenstelling van dit magma is anders dan bij divergente
breuken. Het is veel taaier waardoor het zich veel langer ophoopt. Uiteindelijk wordt de druk
te groot en barst de vulkaan explosief uit. De taaie lava stolt snel. Daardoor ontstaat een
vulkaan met steile hellingen de stratovulkaan. Bij de uitbarsting van een stratovulkaan
kunnen lava, stenen en as kilometers hoog de lucht in worden gestoten. Als een wolk met
vulkanisch materiaal onder zijn eigen gewicht instort, dendert een lawine van vuur van de
hellingen naar beneden. Veel stratovulkanen bevinden zich langs de randen van de Grote
Oceaan. Daar duikt de zware oceanisch plaat op veel plaatsen de diepte in.
Schildvulkanen
Bij een divergente breuk schuivende aardplaten uit elkaar, zoals op Ijsland. Het magma
stroomt daardoor veel rustiger naar buiten. `de lava die boven de grond komt, is behoorlijk
vloeibaar en stroomt over een heel afstand voordat hij stolt. Hierdoor ontstaat een vulkaan
met een flauwe helling: een schildvulkaan. Ze kunnen veel overlast geven en gevaarlijk
zijn, maar zijn lang niet het gevaarlijkste vulkaan type.
Hotspotvulkanen
De derde soort vulkanen heeft niets te maken met breuklijnen, maar wel met aardplaten. Het
zijn hotspotvulkanen. Die vulkanen ontstaan op plaatsen waar diep in de aardmantel een
zeer hete plek zit, een hotspot. Waar het magma door de aardkorst breek, ontstaat een
schildvulkaan. De eilanden van hawaii zijn allemaal ontstaan boven zo hotspot. Doordat de
aardplaat over de hete plek schuift, ontstaan er steeds nieuwe vulkanische eilanden. Alleen
de eilanden die nog in verbinding staan met de hotspot zijn vulkanisch actief. Ze groeien
steeds verder aan door de lava. De andere eilanden slijten langzaam af.
Geisers
Doordat water in de grond verhit wordt, komen gassen en dampen uit gaten en scheuren.
Een speciaal geval is de geiser. Zo heetwaterbron spuit water hoog de lucht in. Geisers
komen maar op een paar plaats op aarde voor, doordat ze alleen bij bepaalde
omstandigheden ontstaan. Onder de grond ligt een soort pijpenstelsel gevuld met
grondwater. Dit stelsel is via een nauwe opening verbonden met de buitenlucht. Door die
opening kan water niet zomaar weg. Als het water kookt, neemt de druk toe en komt er
stoom vrij. Wanneer de druk hoog genoeg is, spuiten water en stoom omhoog. Het
afgekoelde water stroomt daarna weer terug en alles begint weer opnieuw. Andere
vulkanische verschijnselen zijn heetwaterbronnen, kokende modderpotten en gasbronnen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annevantwillert2009. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.