In dit document heb ik in 18 bladzijdes een samenvatting geschreven over alles van de Nieren. Hierbij word de anatomie, fysiologie en pathologie verwerkt. Voor de toets van de nieren heb ik een 9,6 behaald. Je hoeft je boek niet meer aan te raken
De nieren: renes, enkelvoud: ren, zijn boonvormige organen die zich achter het buikvlies
(retroperitoneaal) naast de lagere ruggenwervels bevinden.
-
Elke nier weegt 150 g en is circa 10 tot 12 cm lang, 5,5 cm breed en 3 cm dik. De nieren
liggen links en rechts van de wervelkolom op de twaalfde borstwervel (T12). tot de derde B
lendenwervel (L3).
De linkernier bevindt zich net onder het middenrif aan de rugkant (dorsaal) van de milt.
De rechternier ligt achter (dorsaal van) de lever. De rechternier ligt lager dan de linkernier.
Door levermassa naar beneden gedrukt.
De nierpoort (hilus): verticale spleet. Hier treden de urineleider (ureter) en nierader (vena
renalis) uit de nier, *A
en komen de nierslagader (arteria renalis) en nierzenuw (nervus renalis) binnen in de nier. ë
De nierpoort mondt uit in de nierholte (renale sinus): Dit is een inwendige holte in de nier
I
waar de bloedvaten en zenuwen van en naar de nier lopen.
De urineleider gaat over in het nierbekken (pyelum).
De bijnieren (glandulae suprarenales) liggen op het bovenste deel van elke nier.
De nieren worden beschermd door drie lagen bindweefsel:
1. het vezelige nierkapsel;
2. het vetkapsel rondom de nier (perirenaal);
3. het peesblad (de renale fascie, oftewel de fascia renalis).
Een dwarsdoorsnede van de nieren laat de volgende structuren zien:
1. de nierschors (de cortex);
2. het niermerg (de medulla);
3. het nierbekken (het pyelum).
De nierschors is de buitenste laag van de nier. -> ligt direct onder het nierkapsel en ziet er
lichtgekleurd en korrelig uit.
Het niermerg ligt onder de nierschors en is roodbruin van kleur. Het niermerg bestaat uit
zes tot achttien kegelvormige nierpiramiden. Het uiteinde van een nierpiramide noemen we
de nierpapil.
In de nierschors bevinden zich kleine buisvormige structuren. Dit zijn de nefronen. Ze lopen
voor het grootste gedeelte door de nierschors en gedeeltelijk ook door de nierpiramiden.
In de nefronen en nierpiramiden wordt urine geproduceerd.
Vanuit de nierpiramiden voeren de nierpapillen de urine uit het verzamelsysteem van de
nieren af naar een komvormige holte. Deze holte heet de kleine nierkelk. Vier tot vijf kleine
nierkelken samen vormen de grote nierkelken.
Vanuit de grote nierkelken komt de urine in het nierbekken terecht.
Het nierbekken: pyelum, is een trechtervormige buis die overgaat in de urineleider (ureter).
Door de twee urineleiders stroomt de urine verder naar de blaas om vervolgens via de
urinebuis (urethra) het lichaam te verlaten.
,10.1.2 De bloedvoorziening van en in de nieren
De nieren worden gevoed door de linker- en rechternierslagader
(arteria renalis sinistra en dextra). Beide slagaders zijn een
rechtstreekse afsplitsing van de buikslagader (aorta abdominalis). De
rechternierslagader is langer dan de linker, omdat de
lichaamsslagader links ligt van de wervelkolom.
De doorbloeding van de nieren bedraagt in rust 20% van het totale
hartminuutvolume. Bij iemand van wie het hart vijf liter per minuut
rondpompt, gaat er dus een halve liter bloed naar elke nier. Elke vier
tot vijf minuten passeert het totale bloedvolume (circa vijf liter) de
nieren.
Elke nierslagader (arteria renalis) splitst zich ter hoogte van de
nierpoort (hilus) in vier of vijf verschillende aftakkingen. Deze
aftakkingen leiden tot de aanvoerende kleine slagaders (afferente
arteriolen). Deze aanvoerende kleine slagaders voeden de
nierlichaampjes van elk afzonderlijk nefron. Meer dan 90% van het
bloed dat via de nierslagaders naar de nieren wordt gevoerd, komt
uiteindelijk in deze aanvoerende kleine slagaders terecht. De
afvoerende kleine venen (efferente venulen) en aders in de nieren
lopen in eenzelfde patroon as de kleine slagaders en slagaders. Ze
verzamelen samen het bloed in de aders (het veneuze bloed) in de
nierader (vena renalis). Via deze nierader wordt het bloed uiteindelijk
naar de onderste holle ader vena cava inferior geleid.
, 10.1.3 Functies van de nieren
• uitscheiding van afvalstoffen via de urine;
• regulatie van de hoeveelheid water in het lichaam;
• regulatie van de hoeveelheid zouten in het lichaam;
◦ regulatie van de zuurgraad (pH) van het lichaam;
◦ aanmaak, uitscheiding en metabolisme van hormonen.
De nieren spelen een belangrijke rol bij het regelen van de balans tussen inname en uitscheiding van aan de ene ka
aan de andere kant vrijwel alle zouten in het lichaam.
De nieren filtreren het plasma en verwijderen afvalstoffen uit het filtraat. Het filtraat is de vloeistof die na het filtere
De afvalstoffen en overbodige stoffen worden daarna via de urine uitgescheiden. De stoffen die het lichaam wel nod
worden doormiddel van heropname (resorptie) in de nier weer opgenomen in het bloed.
De opname en uitscheiding van zouten gebeuren door filtratie en heropname in de nieren. De heropname van zoute
voorurine naar het bloed wordt geregeld door verschillende hormonen die vrijkomen als de bloeddruk laag is en/of
van een te lage zoutconcentratie in het bloed.
Wanneer het zoutgehalte in het bloed hoger wordt, trekken de zouten door osmose meer water aan vanuit de voor
bloed. Daardoor neemt uiteindelijk het bloedvolume toe. Toename van het bloedvolume zorgt ook voor een stijging
bloeddruk.
Heropname van stoffen uit de voorurine is ook belangrijk voor andere moleculen die het lichaam nodig heeft. -> glu
aminozuren en bepaalde eiwitten. Deze moleculen worden heropgenomen, ze worden vanuit de voorurine weer in h
opgenomen. Dit gebeurt via de nierbuisjes door actieve transportmechanismen. Als er in het bloed sprake is van ee
van een bepaalde stof wordt deze in veel gevallen niet via de nierbuisjes opgenomen. In plaats daarvan wordt die s
urine uitgescheiden.
Regeling van de zuurgraad van het bloed
De normale pH-waarde van het bloed is 7,4. Eventuele afwijkingen hierin kunnen fatale gevolgen hebben. De zuur
bloed wordt bepaald door de concentratie van opgeloste waterstofionen (H+). Deze worden door verschillende met
processen in het lichaam geproduceerd. Daarnaast hebben sommige stoffen zoals melkzuur en koolzuur invloed op
van het bloed. De nieren kunnen de pH van het bloed reguleren. Dit doen ze door de heropname van H+-ionen en
stofwisselingsproducten in de nierbuisjes (tubuli) te veranderen. Hoe meer H+-ionen, hoe zuurder het bloed.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper roossterrre. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,48. Je zit daarna nergens aan vast.