Gebruik proefdieren
Elke dierproef heeft de vorm van een basale vraag: wat gebeurt er als een bepaalde
verandering of verstoring wordt aangebracht in de omgeving van het proefdier of in
het proefdier zelf
Omstandigheden zelfde houden
Meer mannelijk door de hormoonfluctuaties van een vrouw wel te
extrapoleren naar vrouwen, niet altijd?
Evolutie van dierproeven
Eerst dode dieren
Daarna pas levende
Nieuw type wetenschappelijk onderzoek anatomie bij levende dieren =
vivisectie
Spieren of bloedsomploop ontdekt
Eerst niet verdoofd morele problemen
Moet nut hebben en hogere diersoorten vervangen door lagere
Wet op dierproeven
Uitgangspunt is geen dierproeven, tenzij er goede redenen zijn en dat er geen
mogelijkheden zonder proefdieren zijn om de gevraagde resultaten te behalen
Beschrijft welke instellingen mogen houden en fokken
Wie ze mogen uitvoeren
Welke instanties belangrijk zijn
Vergunning moet hebben
Eisen voor scholing en training van medewerkers die met de dierproef te maken
hebben specifiek per dier en uitvoering experiment
Definitie dierproef in wet
Een dierproef is elk gebruik van een dier voor experimentele onderwijskundige
of andere doeleinden waarvan het resultaat bekend of onbekend is, dat bij het
dier ongerief veroorzaakt
Ongerief wil zeggen: evenveel of meer pijn, lijden, angst of blijvende schade dan
bij het inbrengen van een naald volgens goed diergeneeskundig vakmanschap,
inclusief de geboorte of het uit het ei breken van een dier, dan wel het in een
dergelijke toestand brengen en houden van een genetisch gemodificeerde
dierenlijn, met inbegrip van het doden van dieren ten behoeve van het gebruik
van hun organen, weefsels of lichaamsvloeistoffen.
Diersoorten
De wet beschermt levende, niet menselijke, gewervelde dieren
Met inbegrip van larven die zich zelfstandig voeden en foetussen van
zoogdieren vanaf het laatste derde deel van hun normale ontwikkeling en
levende koppotigen
Inktvissen hebben beter ontwikkeld zenuwstelsel vallen onder de wet
, 3V’s bij de planning en uitvoering van dierproeven wordt gestreefd naar de
zogenaamde 3v’s moet in het protocol staan, hoeveel dieren statistisch nodig en
pijnbestrijding etc.
Vervanging: de dierproef wordt vervangen door een alternatief zonder
proefdieren
Vermindering: het aantal dieren per proef wordt zo veel mogelijk verminderd
Verfijning: het ongerief (pijn/ongemak) van de proefdieren voor, tijdens en na
de proef wordt zo veel mogelijk voorkomen
Doelstelling minder dierproeven in 2025
Valide modellen ontwerpen
Gebaseerd op kennis over fysiologie, embryologie en evolutie
Gebruikmakend van ‘toolkit’ die dieren zelf hebben
Teruggrijpend op lagere diersoorten
Cellijnen waarin iets tot ontwikkeling wordt gebracht stamcellen o.i.d.
Veel kennis nodig over embryo, ontwikkeling etc.
Evo-devo evolutie en embryologie lijken op elkaar
Parallellen tussen wat er in evolutie plaatsgevonden heeft/plaatsvindt en de
embryonale ontwikkeling (in ei of baarmoeder)
Geeft richting aan innovatie-mogelijkheden wat gebeurt er/wat moet ik laten
gebeuren
Evolutie
Wat is evolutie
Het over de generaties veranderen van de eigenschappen van de organismen
van een populatie/soort
Het veranderen van de genetische samenstelling van een populatie van
generatie op generatie
Geen doel opzicht, geen ‘super mens’
Aanpassen aan de omgeving best aangepast = sterker
De evolutietheorie
Niet alle nakomelingen zullen overleven (overschot)
Strijd om te overleven
Variatie tussen individuen op basis van genoom
Door natuurlijke selectie komen voordelige variaties steeds meer voor
Afstamming met modificatie zorgt voor meer fitness tussen organismen en hun
leefomgeving
Nieuwe voordelige eigenschappen ontstaan door toeval (mutaties), niet door
selectiedruk
Adaptie wordt begrensd door afstamming: evolutie ‘moet het doen met
aanwezige structuren’
Ontwikkeling van de evolutietheorie (Jean Baptiste de Lamarck)
Giraffe lange nekken steeds langer
Nakomelingen zelfde lengte
Trage, graduele soortverschuiving in de natuur
Aangeboren neiging van organismen en soorten om complexer te worden
Charles Darwin en de evolutietheorie
, Twijfelde eerst, tot alfred russel wallace kwam
Meerdere aanwijzingen dat de theorie daadwerkelijk klopt
Manuscripten kwamen overeen
Adaptie en fitness
Charles Darwin op de Archipelago Galapagos:
Vinken lijken op zuid-amerikaanse vinken. Per eiland lijken vinken basis vorm
Natuurlijke selectie
Aanpassing door dieet snavel andere functie
Mogelijkheid tot aanpassing in genoom niet in een keer
Voordeel bij het eten makkelijker eten verzamelen
Leefomstandigheden staan niet alle variaties toe; natuurlijke selectie
onvoordelige eigenschappen verlagen kans op reproductie
Kunstmatige selectie
Voordelige eigenschappen uit selecteren en die laten fokken
Meerdere nakomelingen sperma verzamelen
Daardoor veel invloed op populatie door 1 dier
Slechte eigenschappen maken dier kwetsbaar
Homologie = gedeelde embryonale oorsprong
Afstamming met adaptatie door natuurlijke selectie vanuit een gedeeld
voorouderlijk bouwplan homologieën
Zelfde botten te herkennen in verschillende ledematen
Basisdeel is hetzelfde
Fossielen
Vooral botten en kiezen
Laatst ook vloeibaar bloed gevonden beter eigenschappen zien
Rudimentaire organen
Organen die eigenlijk geen functie hadden en die eventueel wegvallen
Pootjes walvis
Convergentie of analogie
Selectiedruk kan voor zelfde type dieren zorgen zonder dat ze gerelateerd zijn
, Bijvoorbeeld dat veel dieren buidels hebben in Australië of nieuw zeeland, maar
voor de rest veel lijken op de Europese versie
Suboptimaal ontwerp
Evolutie werkt met wat al bestaat, via kleine aanpassingen aan bestaande
bouwplannen die vele generaties terug al zijn geselecteerd
Het feit dat het als je het zelf zou morgen ontwerpen een beter ontwerp zou
maken
Soortvorming (speciatie) & classificatie/taxonomie
Definitie van een soort = een groep individuen die niet met een andere groep
voortplant
Door ecologische (habitat)- isolatie
Door seizoens-isolatie
Door verschillen in morfologie en fysiologie
Door verschillen in gedrag (baltsisolatie)
Door geslachtscel-incompatibiliteit
Door afwezige levensvatbaarheid of steriliteit van hybride
Groeien soort van uit elkaar o.i.d.
Aseksuele voortplanting schopt bovenstaande een beetje in de war
Soortvorming
3 verschillende manieren waarop natuurlijke selectie de frequentie van erfelijke
eigenschappen kan veranderen
Bepaalde eigenschap tot uiting laten komen
1 eigenschap benadrukken kleinere variatie (inteelt) = rechterkant
Op verschillende plekken goed doen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper remkegengler. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.