Samenvatting reflectie H1
Gedrag is een samenstel van waarneembare handelingen en niet-waarneembare processen.
ijsberg van McClelland.
Reflecteren, bewust kijken naar je handelen, eigen functioneren, drijfveren vanuit verschillende
perspectieven. Je moet wel jezelf onder de loep durven nemen. Kan in actie, vooraf en achteraf.
Gevoelssignaal, innerlijke aanwijzing dat een situatie je raakt. Vaardigheid: bewust worden van je
gevoel in een betekenisvolle situatie. Na selecteren vd betekenisvolle situatie onderzoeken hoe je
jezelf daarin hebt gedragen.
Vragen stellen:
− open vragen.
− gesloten vraag
− verbredende vragen.
− Verdiepende vragen.
− Doorvragen.
Wees nieuwsgierig naar beweegredenen van gedrag, leidt tot inzicht.
Belang van vragen stellen, gelegenheid om je gedachten en gevoelens te ordenen, bewustwording.
Processen die normaal onbewust gaan, moet je benoemen, expliciteren. Voordeel hiervan is vooraf
nadenken voordat je reageert. Je creëert zelfkennis en zelfinzicht.
Samenvatting reflectie H2
Van Dale: nadenken over, licht terugkaatsen. Nadenken over een situatie in de beroepscontext.,
leren hoe te handelen in toekomstige situaties.
Filosofie: filein (liefhebben) en sofia (kennis of vaardigheid), het willen weten wat echt en de
moeite waard, wijsbegeerte. Mensen gingen nadenken over de werkelijkheid en de mens daarin.
Filosofie is een reactie op mythisch denken, onderwierpen aan kritische reflectie.
Voorwaarde voor reflectie is dus een lerende houding, bewust zijn of worden en kritisch naar
handelen kijken. Leerproces:
1 onbewust-onbekwaam
2 bewust-onbekwaam
3 bewust-bekwaam
4 onbewust-bekwaam.
Social casework, rond 1950 ingevoerd, proces dat door maatschappelijk werk wordt aangewend om
individu te helpen het hoofd te bieden aan moeilijkheden in maatschappelijk functioneren. Methode
die problemen van personen, gezinnen of groepen beïnvloedt door hulpbronnen op micro, meso en
, macro niveau en waarbij de relatie een grote rol speelt. Voortdurende ontwikkeling door leren uit
ervaring.
Door invoering social casework ook invoering supervisie. Supervisie, manier van leren waarbij de
hulpverlener:
− op basis van theorie en ervaring grotere vakkennis nastreeft
− zelfinzicht kan vergroten tbv hulp aan cliënt
− eigen gevoelens leert hanteren en controleren
− zich kan oriënteren op de organisatie vd instelling waarbinnen hij werkt.
Reflecteren gebonden aan beroep, moeilijkheidsgraad neemt gedurende de opleiding toe.
Maatschappelijke verantwoordelijkheid, jouw handelen heeft effect op anderen en omgeving, elke
professional moet kunnen reflecteren.
Belang van reflectie:
− hulpverleners zijn kwetsbaar en bij het nemen van beslissingen op zichzelf teruggeworpen
− hulpverlening is complex
− hulpverleners staan onder druk
− via zelfreflectie kan een hulpverlener professioneel handelen verbeteren, geen fixatie.
− Zelfreflectie helpt een open en toegankelijke attitude te ontwikkelen.
Ontwikkeling van privépersoon met persoonlijk gedragsrepertoire naar professional met
professioneel gedragsrepertoire.
Relatieafhankelijk, kwaliteit vd dienstverlening hangt af vd relatie russen cliënt en dienstverlener.
Evalueren richt zich op de taak en heeft beoordelingselement, reflecteren richt zich op eigen gedrag
en is onderzoekend, niet oordelend.
Samenvatting reflectie H3
Reflecteren voor beginners, nog geen professioneel kader. In eerste instantie oefenen met reflectie
op alledaagse situaties. Reflectievermogen niet bij iedereen gelijk, de wil om naar jezelf te kijken is
noodzakelijk. Reflecteren vereist abstract denken, een proces dat niet stoffelijk is. Metacognitief
niveau: niveau boven niveau vh handelen in een bepaalde situatie. Vooral binnen adolescentie
ontwikkeling eigen identiteit en cognitie (ook sociaal). Verschillende ontwikkelingen,
verandering in denkwijze, abstract denken en rekening houden met referentiekader vd ander. In
adolescentie verandering zelfbeeld door zelfreflectie en zelfkritiek. Sociale cognitie: het denken
over andere mensen, relaties tussen mensen en regels in het verkeer tussen mensen (sociale
werkelijkheid). Sociale werkelijkheid belangrijk bij zelfreflectie, intermenselijke relaties.
Empathie = inlevingsvermogen, anders dan sociale cognitie, wel raakvlakken.
Samenvatting reflectie H4
Reflecteren is een vorm van ervaringsleer. Theorieën, modellen en praktijk:
Van Kessel: twee dimensionale integratie, beroepsdimensie (beroepsspecifieke eisen)en
persoonsdimensie (gedragspatronen en vaardigheden) samenvoegen. Wat doe ik in de praktijk
(denken, voelen, handelen) en waar baseer ik dat op (kennis uit ervaring en theorie)?
Siegers: integratiedriehoeken. Reflecteren is een proces van betekenisgeving, afvragen wat een
bepaalde situatie specifiek voor hem/haar betekent heeft. Ervaren (doorleven ipv meemaken) is een
persoonlijke aangelegenheid, je kunt erdoor geraakt worden als je je ervoor openstelt. Bij
reflecteren stel je eigen denken, voelen en handelen centraal.