1.1 Geld hoort bij het leven
Levensloop: de opeenvolging van levensfases. Iedere fase kent een andere
financiële situatie, kan je op twee manieren beschrijven:
- De financiële stand van zaken op een bepaald moment.
- De financiële verandering in een periode
Voorraadgrootheden: financiële grootheden die je meet op een bepaald
moment, zoals bezittingen en schulden. Bijvoorbeeld een banksaldo.
Vermogen: het vermogen van gezinnen is het verschil tussen bezittingen en
schulden op een bepaald moment.
Stroomgrootheden: financiële grootheden die je meet per tijdseenheid, zoals
inkomsten en uitgaven.
- Begroting is een overzicht van stroomgrootheden.
- Inkomen: de beloning voor het beschikbaar stellen van
productiefactoren, zoals arbeid en kapitaal (natuur, ondernemerschap).
- Is een belangrijkste stroomgrootheid in een gezinshuishouding.
Menselijk kapitaal: de kennis en vaardigheden die je kunt inzetten om
goederen en diensten te produceren. Vergroot je met een studie.
Verdiencapaciteit: de mogelijkheid om een inkomen uit arbeid te verdienen.
- Over het algemeen is na een studie de verdiencapaciteit hoger, je
kennisniveau en arbeidsproductiviteit is toegenomen. Je ruilt in principe
de tijd van je studentenjaren in voor een hoger salaris in de jaren dat je
wel een baan hebt.
Je kunt geld lenen als je een behoefte hebt waar je inkomen of vermogen op dat
moment niet toereikend voor is. Je kan ook sparen voor uitgaven in de
toekomst.
Ruilen over de tijd (intertemporele substitutie): het uitstellen of
vervroegen van consumptie. Kan door te sparen of te leren.
- Lenen: je beschikt tijdelijk over geld van een ander, zodat je een product
eerder kunt aanschaffen. Hiervoor moet je een beloning betalen: rente.
- Uiteindelijk moet je de lening terugbetalen: aflossen van de lening.
- Aflossingen en rentebetalingen zijn stroomgrootheden.
- Sparen: je ontvangt de rente voor het ter beschikking stellen van geld. Je
wordt beloond voor het uitstellen van consumptie.
, 1.2 sparen of lenen?
Sparen: het afzien van consumptie op een bepaald moment.
- Je ruilt consumptie nu voor consumptie later. Je bouwt zo een spaartegoed
op, waarover je rente of interest ontvangt.
- Het rente van het spaartegoed is vaak weergegeven in een percentage per
jaar. Ieder jaar wordt door de bank een rentebedrag bijgeschreven,
berekend over het gewogen gemiddelde van je geld gedurende een jaar.
Spaarmotieven:
- Zekerheidsmotief, sparen uit voorzorg. Je weet dat je in tijden van minder
inkomen of onverwachte uitgaven, geld hebt.
- Doelmotief, sparen voor bijvoorbeeld een doel, vakantie en huis.
- Vermogensmotief, vermogen verhogen door het ontvangen van rente. Bij
een lage rentestand is dit moeilijk.
Lenen: het naar voren halen van een consumptie en later terugbetalen.
Leenmotieven:
- Geld lenen om een tegenslag op te vangen
- Lenen voor de aanschaf van (duurdere) consumptiegoederen.
- Lenen om een tijdelijk tekort op te vangen.
De meest voorkomende vormen van lenen door gezinnen zijn:
- Consumptief krediet: alle geldleningen die bedoeld zijn voor de
aanschaf van consumptiegoederen.
- Bijna alle vormen voor gezinshuishoudingen vallen hieronder, bv.
gebruik van de creditcard, rood staan of een persoonlijke rekening.
- Hypothecaire geldlening (hypotheek): een lening met een onroerend
goed als onderpand. Onderpand bij gezinshuishoudingen is bijna altijd een
huis. Als je niet meer kan aflossen, mag de hypotheekverschaffer het
onderpand verkopen en zo kan hij het geleende geld terug krijgen.
Bij ruilen over tijd maak je een keuze tussen een consumptie nu of later. Je
maakt een afweging tussen de algemene en individuele prijs van tijd.
- Algemene prijs van tijd: de rente die je betaald voor een lening.
- Individuele prijs van tijd: de prijs die je bereid bent te betalen voor
een lening.
Tijdsvoorkeur: mate waarin mensen uitgaven kunnen uitstellen. Als hij laag is
kan je hem makkelijk uitstellen, als het een hoge tijdsvoorkeur is is het moeilijk
uit te tellen.
- Mensen met een lage tijdsvoorkeur kunnen makkelijk wachten met
consumeren en hebben daarmee een lagere individuele prijs van tijd.
- Risicoaverse mensen, lenen brengt risico’s met zich mee, mensen
zullen minder snel geneigd zijn uitgaven naar voren te halen.
- Mensen met een hoge tijdsvoorkeur zijn ongeduldiger met het doen van
uitgaven en zullen eerder bereid zijn om een lening aan te gaan.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper brendahaarman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.