Geschiedenis H6
Totalitaire samenleving → Een samenleving waarin het denken en doen bepaald wordt
door de staat door:
Terreur → Gewelddadig gedrag waarmee je mensen laat gehoorzamen.
Indoctrinatie → Het opdringen van een mening aan grote groepen.
Propaganda → Het maken van reclame voor bepaalde denkbeelden.
Censuur → Informatie achterhouden.
Fascisme → Is een stroming die streeft naar een totalitaire staat, het is nationalistisch,
militaristisch en anti-democratisch. Ze wouden een sterke leider.
Mussolini:
Italië was een van de winnaars van de 1ste wereldoorlog en hoopte op veel
gebiedsuitbreiding. Daar kwam alleen weinig van en Italië maakte een zware tijd
door. Er waren veel stakingen en demonstraties, communisten wouden graag een
revolutie. De voormalige frontsoldaten wilde een sterke man aan de macht, Benito
Mussolini. Ze richtte een fascistische partij op, ze kregen veel steun maar niet
genoeg stemmen voor in de regering.
Mussolini marcheerde met een grote groep aanhangers naar Rome om de regering
de keuze te stellen, sta je macht af of verdedig je. De Italiaanse koning vreesde
voor een burger oorlog en droeg de macht over aan Mussolini (1922).
Bierkellerputch:
Ook in Duitsland was er veel woede en frustratie na de 1ste wereldoorlog. Volgens
veel oud-soldaten en burgers hadden de communisten en joden gezorgd voor
chaos waardoor ze de oorlog hadden verloren, de dolkstootlegende (een dolkstoot
in de rug van soldaten). Hitler en zijn medestanders vonden dat alleen een sterke
leider Duits land nog kon redden. Er werd in 1923 een poging tot staatsgreep
gedaan, de Bierkellerputch, die mislukte, Hitler moest een jaar in de cel en schrijft
Mein kampf (waar al zijn ideeën voor Duitsland instonden).
Het Nationaalsocialisme (Ideologie dat uit rassenleer, nationalisme, militarisme en
het geloof en vertrouwen in 1 leider bestaat) ontstond. Nationaalsocialisten vonden
Geschiedenis H6 1
, dat mensen waren verdeelt in rassen, elk ras heeft lebensraum nodig om te
overleven. Volgens Hitler moest Germaanse ras lebensraum veroveren op het
slavische ras. De rassenleer richtten zich op tegen Joden, Hitler vond dat zij niet-
Joden wouden verzwakken en alle rijkdom en macht naar hun toe te trekken. Als er
sprake was van Volksgemeinschaft zouden Duitsland en het Germaanse ras het
krachtigste zijn.
Op weg naar de oorlog:
In 1933 was Hilter met zijn partij aan de macht. Zij hadden in hadden in het
rijksdaggebouw al conflicten gehad met de communisten toen er hier een brand
plaats vond. Volgens Hitler hadden de communisten dit aangesticht en hij gebruikte
dit als een propagandamiddel voor zijn eigen partij. Dit werd geloofd en de NSDAP
won de volgende verkiezing, werd de grootste partij en stelde de grondwet buiten
werking en tegenstanders van de NSDAP konden zomaar gearresteerd worden. Er
werd een algemene militaire dienstplicht ingevoerd en er werd gemarcheerd in het
Rijnland, dit was eigenlijk verboden volgens het verdrag van Versailles. Duitsland
sloot een vriendschapsverdrag met Italië.
Hitler richtte zich op zijn Heim ins Reich-politiek, alle Duits sprekende moesten deel
uit maken van zijn rijk. Oostenrijk sloot makkelijk aan bij het Duitse Rijk omdat hier
veel Nazi-ideologie bestond. Op de conferentie van München kreeg Hitler
Sudetenland, als hij beloofde geen verdere veroveringen te doen. Hij brak zijn
belofte en nam nog een deel van Tsjechoslowakije in. De appeasement-politiek
(beleid dat is gericht op het voorkomen van de oorlog) had gefaald.
Hitler sloot het Molotov-Ribbentroppact in 1939 met Rusland, hierin stond dat de
landen elkaar niet aan zouden vallen en verdeelde ze de landen die om hen heen
liggen. Duitsland viel Polen binnen en Groot-Brittanië en Frankrijk verklaarden
Duitsland de oorlog. Het Duitse leger veroverden in een blitzkrieg (bliksemoorlog)
Denemarken, Noorwegen en vervolgens Nederland, België en een groot deel van
Frankrijk. Franse, Britse en andere strijdmachten konden niet op tegen het enorme
en moderne sterke leger. Duitsland begon een grote aanval op Groot-Britannië, de
Battle of Brittain, die hij verloor.
In Noord-Afrika vochten de Britten, die daar een kolonie hadden, tegen de Italianen.
De Duitsers hielpen hen. Duitsland verbrak het Molotov-Ribbentroppact en viel de
Sovjet-Unie aan, operatie Barbarossa. Ze waren heel succesvol, maar daardat ze
steeds verder kwamen werden de aanvoerlijnen voor voedsel, kleding en munititie
Geschiedenis H6 2