The European
World 1500-
1800
Beat Kümin
Samenvatting + aantekeningen werkcollege
Vak: Vroegmoderne Geschiedenis (blok 3)
,Rijksuniversiteit Groningen
Algemene informatie
Tips voor het tentamen
- Begrippen uitleggen, uitleggen wat je ermee bedoelt, daarna de argumentatie
o Schrijf op welke begrippen je wilt gebruiken in je antwoord
- Geef voorbeelden
- Gebruik jaartallen
- Oorzaken/gevolgen
- Essay structuren
- Beantwoord de vraag! Lees de vraag goed!
- Bronvragen: gebruik voorbeelden van de bron
o Wie heeft de bron geschreven, betrouwbaarheid meten, kritisch zijn
,1 Part I – Starting Points
1.1 Introduction
Europa heeft in de periode 1450/1800 veel diversiteit; men hield zich bezig met lokale
bezigheden, niet met gedeelde waarden en integratie binnen Europa
Overeenkomsten binnen de Europese samenleving:
- Christendom
- Voortbestaan
- Heilige Roomse Rijk
- Latijn taal der geletterden
- Autonome steden
- Nieuwe gebieden ontdekken, maar niet bereidt zich te mengen met
gemeenschappen, ze voelde zich superieur
Kritiserende elementen van vroegmodern Europees tijdperk:
- Sociaal: hiërarchisch en patriarchaals structuur, gebaseerd op huishouders,
landgoederen en bedrijven
- Economisch: groot agriculturen systeem, bestaan van vroege industriële
productieprocessen en grotere belang van internationale handelsnetwerken in dienst
van een groeiende consumentengroep
- Religieus: differentie van christendom in confessie en (later) geaccepteerde houding
tegenover de verschillen
- Cultureel: verschuiving van ontvangen kennis naar experimenteren, spanning tussen
sociaal disciplineren en populaire gebruiken, steeds meer communicatie op lange
afstand
- Politiek: oorlogsvoering op grote schaal, staatformaties en macht verschuiven naar
centrum (door onderhandelingen i.p.v. bevelen)
1.2 Europe in 1500
Structuren (politiek, sociaal, economisch, religieus) van de 16 e eeuw al begonnen in de tijd
voor 1500.
1.2.1 Political structure
In Europa waren er vooral monarchen (vorsten) die de positie van elkaar erfden.
- In Heilig Roomse Rijk en Pausdom werden vorsten gekozen
- Steden onderwerpen aan het vorstbestuur; uitzondering het Zwitserse stad-republiek
- In Frankrijk en Duitsland, geen autonome stadsstaten, maar sterk zelfbestuur
o Eind 15e eeuw steden grotendeels onderworpen aan vorstendom
, Keizer van het Heilig Roomse Rijk minder macht in 1500, zoals voorganger Frederik
Barbarossa. Waarom? In Italië had hij zijn macht verloren door Lombardisch bond tussen
paus en stadstaten, in Duitsland door de macht van de keizers.
Macht van de paus afgenomen door The Great Schism (Groot Schisma, 1378-1417); 2 tot 3
pausen claimden de macht, geestelijken wilden dat een council heerste over de kerk (Raad
van Constance). De pauzen kregen de macht over de council in ruil voor concessies.
Politieke structureren in Europa;
- Byzantijnse rijk gevallen in 1453 door verovering van de Ottomanen.
- Polen-Litouwen grootste rijk gesticht in 1569. Het rijk was een constitutie, zwakke
autoriteit van bestuurders, wel een representatieve vergadering.
- Frankrijk honderdjarige oorlog gewonnen; Hendrik V erfgenaam, Verdrag van Troyes.
Engeland tweederangs rijk.
- Spanje gecreëerd door huwelijk tussen Ferdinand en Isabella van Castilië, veroverden
Moorse Granada in 1492
- Franse koning Charles VIII ging in 1494 Italië aanvallen om koninkrijk Napels te
claimen; start Italiaanse oorlogen die eindigde in 1559 met de Vrede van Cateau-
Cambresis)
o Spanje had gewonnen
1.2.2 Society and economy
Er waren stedenclusters in Italië, Lage Landen, Castilië en Rijnland, maar grote deel van de
bevolking was boer en stadbewoner. Adel bovenaan in de hiërarchie, maar er zijn verschillen
tussen de adel;
- Italiaanse adel: leefde in de stad en op het land, belangrijk voor de handel
- Franse adel: leefde op het platteland, niet belangrijk voor de handel
- Engelse adel: betaalde belasting
Onderscheid tussen titeladel en rijke mensen klein, vooral in Engeland.
- Adel werkte als adviseur, legerleiders, grote in lokale regering
- Loyaliteit, hoffelijkheid, fysieke moed, vrijgevigheid van adel gerepresenteerd in
romans
Middeleeuwse dorpen van belang:
- Ontstaan vroege vorm van commercieel kapitalisme (voornamelijk Italië)
o Venetië en Genua domineerden ‘spice trade’
o In Florence internationaal bankieren
- Handelaren steeds meer van belang, grotere rol in het stadsbestuur
- Opkomst bourgeois: stedelingen/burgers, ook wel rijkere groep dan normale
stedelingen, de bovenklasse volgens Christine de Pisan
- Steden beschikten over gilden
- Textielindustrie meest cruciaal voor West-Europese steden (Gent, Brugge, Florence)
- Commerciële revolutie gevolgen voor platteland
- Horigheid was verdwenen, vervangen door deelpacht, loondienst of rentes
- Honger nog steeds een bedreiging op het platteland, net zoals de plaag (de pest)
o Plunderingen ook bedreiging voor boeren