Dit document bevat een samenvatting van tijdvak 7 pruiken en revoluties. Dit document kun je gebruiken ter voorbereiding van je pabo toelatingstoets of misschien een andere toets.
Tijdvak 7
Pruiken en revoluties
1700 - 1800
Driehoekshandel
Afschaffing slavernij
Twee revoluties
Verlichting
De patriotten en Napoleon Bonaparte
Eise Eisinga
,Driehoekshandel
Driehoekshandel - vooraf
Het handelskapitalisme van de VOC en de WIC van de 17e eeuw heeft Nederland veel rijkdom
gebracht. Maar tegenwoordig wordt niet alleen positief terug gekeken op deze 'Gouden Eeuw'.
Met name de driehoekshandel van de WIC was niet iets om trots op te zijn. De grootmachten van
Europa veroverden overzeese gebieden. Ze beheersten met een lucratieve handel in exotische
producten de wereldeconomie. Deze exotische producten uit de koloniën waren populair. De
handel in de 17e eeuw nam verder toe. Om aan de stijgende vraag te kunnen voldoen werden
plantages aangelegd. Uit Afrika werden slaven aangevoerd. Producten van de plantages werden
vervolgens verscheept naar Europa. Zo ontstond een driehoekshandel waarmee veel winst werd
gemaakt.
Driehoekshandel
Uit Europa vertrokken schepen om handel te drijven in Amerika en het
Caribisch gebied. Eerst zetten zij koers met een lading goederen naar
West-Afrika. Daar werden producten geruild tegen slaven. Op de
slavenmarkt aan de West-Afrikaanse kust werden de slaven gekeurd
en ingescheept. Na een lange reis werden de slaven verkocht
aan plantagehouders in de koloniën van Zuid- en Noord-Amerika.
Vervolgens werden er producten van de plantages op de schepen
ingeladen en naar Europa vervoerd. De Nederlandse West Indische
Compagnie ( WIC ) speelde een belangrijke rol in dit systeem.
Ook Nederlandse handelaren speelden een rol in
de slavenhandel. De West Indische Compagnie (WIC)
had zelfs korte tijd een monopolie op de handel in
slaven. In totaal verscheepten Nederlandse schepen
ongeveer een half miljoen slaven vanuit Afrika naar
Brazilië, Suriname en de Antillen. Slavenschepen
vertrokken vanuit Afrika met ongeveer 400 à 500 slaven
aan boord. De reis van Afrika naar Amerika duurde 2 à
3 maanden. Onderweg stierven veel slaven door ziekte en als gevolg van de ellendige
omstandigheden. Een groot deel van de slaven werd verkocht op Curaçao. Naast Nederlanders
waren er in Suriname ook veel Engelse, Spaanse, Portugese, Franse en Duitse plantagehouders
die slaven kochten. In totaal werden er door de Europese slavenhandelaren ongeveer 10 tot 11
miljoen slaven van Afrika naar de Nieuwe Wereld overgebracht.
, Plantages
De plantages hadden veel arbeidskrachten nodig, want de vraag naar producten in Europa nam
toe. De producten waren populair en de bevolking in Europa groeide. Er was dus veel geld te
verdienen met de teelt van producten als koffie, katoen, cacao en suikerriet. Aanvankelijk werkten
krijgsgevangen Indianen op de plantages. Zij waren echter slecht bestand tegen de slechte
behandeling en het loodzware werk. Ook Europeanen zelf waren niet geschikt om op de plantages
te werken omdat ze slecht tegen de hitte konden. Er werd besloten om slaven in te voeren uit
Afrika. Afrikanen waren fysiek sterk en goed bestand tegen de hitte. Slaven hadden geen rechten
en waren voor hun welzijn volledig afhankelijk van hun eigenaar. Veel slaven werden slecht
behandeld en hadden te maken met slechte huisvesting, karig voedsel, geweld en verkrachting.
Slaaf → slaven konden overal terecht komen. De plantages waren het minst gunstig.
Veel plantagehouders behandelden hun wreed. Sommige bazen behandelden hun
werknemers goed. Sommigen slaven moesten zelfs een opleiding volgen,
bijvoorbeeld om timmerman te worden. Slaven in de stad waren vaak beter af dan de
slaven op het platteland. In de stad hadden slaven vaak een bijbaantje, waarvoor ze
loon ontvingen. Door de loon konden zichzelf vrijkopen.
Plantagehouder → Slaven waren hard nodig, niemand anders kon al het zware werk
doen. Vooral tijdens oogsttijden was er veel zwaar werk. Sommige slaven konden het
werken, zij werden vervangen door betere slaven. Met de verkoop van producten
werd je schatrijk.
Suriname
Suriname was een populair handelsgebied voor de Europeanen. Het gebied wisselde nogal eens
van eigenaar. In de 17e eeuw bouwden de Engelsen er nederzettingen. Ze werden er verdreven
door de Fransen maar konden het gebied in 1650 terugveroveren. De Engelsen legden meer dan
60 suiker- en cacaoplantages aan en bleven 17 jaar lang aan de macht. Een Zeeuwse vloot zag
wel brood in de winstgevende kolonie en nam met een klein leger het gebied in. In een verdrag
met de Engelsen werd afgesproken dat de Nederlanders hun bezit in Suriname behielden.
In ruil stond Nederland de kolonie Nieuw Nederland (later New York) af aan Engeland. In 1775
waren er 600 plantages in Suriname die voornamelijk suiker verbouwden. Net als in de andere
plantagegebieden werden slaven geïmporteerd.
Curaçao
In 1634 veroverden Nederlanders Curaçao ten koste van Spanje. Het eiland was niet vruchtbaar
maar groeide uit tot een belangrijke handelspost waar slaven werden verkocht aan plantage-
houders van de omringende landen. In totaal werden op Curaçao ongeveer 112.000 slaven
verhandeld. In 1713 kwam er na de Spaanse Successieoorlog een einde aan de centrale positie
van de slavenmarkt op Curaçao.
Handel in slaven en het schip
Vroeger werd er gehandeld in mensen, dat vond men toen heel gewoon. Ook Nederlandse
kooplieden deden mee aan deze handel. Ze haalde de mensen uit Afrika. In de 18e eeuw werd er
veel oorlog gevoerd tussen verschillende stammen in Afrika. Het stamhoofd nam zijn vijanden
gevangen en verkocht ze als slaven aan Nederlandse koopmannen. In ruil voor de slaven gaf de
hoofdman wapens waarmee ze dan oorlog konden voeren. De slaven worden weggevoerd naar
een fort, daar worden ze gebrandmerkt. Nu zijn ze voor altijd eigendom. In donkere kelders
worden ze opgesloten tot dat er genoeg slaven zijn om het schip mee op te vullen. Geboeid
worden de slaven aan boord gebracht en in een ruim gestouwd. Er kunnen zo'n 300 slaven in een
schip. Dan begint de vreselijke reis over zee. De slaven worden vastgeketend. De slaven worden
af en toe aan dek gebracht voor wat frisse lucht en om in conditie te blijven. Door de slechte
omstandigheden worden de mensen ziek. De dokter deed zo nu en dan zijn ronde. Slaven die ziek
waren of te zwak, die werden overboord gegooid. Het is belangrijk dat er zoveel mogelijk gezonde
en sterke slaven de overkant halen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mj1998. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.