100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting biologie examen vwo 2023 (Domein B) €3,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting biologie examen vwo 2023 (Domein B)

 2 keer bekeken  0 keer verkocht

Dit docuemnt bevat een samenvatting van domein B van de examenstof van biologie 2023.

Voorbeeld 3 van de 19  pagina's

  • 25 mei 2023
  • 19
  • 2022/2023
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (5501)
avatar-seller
emmabalestreri17
Biologie examenstof
Domeinen
B zelfregulatie
● B1: eiwitsynthese → gebied van gezondheid en voedselproductie
● B2: Stofwisseling van de cel → gebied van gezondheid en voeding van prokaryoten en
eukaryoten (homeostase, transport, assimilatie en dissimilatie)
● B3: Stofwisseling van het organisme → gebied van gezondheid en voedselproductie
(orgaan, fotosynthese, ademhaling, vertering, uitscheiding, transport, stoornissen
(aanpakken))
● B4: Zelfregulatie van het organisme → gebied van sport en voeding bij eukaryoten
(homeostase, hormonale en neurale regulatie, stoornissen (aanpakken))
● B5: Afweer van het organisme → gebied van gezondheidszorg en voedselproductie
(tegen virussen, andere organismen en antigenen + problemen (aanpakken))
● B8: Regulatie van ecosystemen → gebied van duurzaamheid (energiestroom, kringloop,
dynamiek en evenwicht + zelfregulatie systeem Aarde verstoor + invloed mensen)
C Zelforganisatie
● C1: Zelforganisatie van cellen → gebied van gezondheid en voedselproductie
(genexpressie en celdifferentiatie + stoornissen (aanpakken))
● C3: Zelforganisatie van ecosystemen → gebied van duurzaamheid en wereldbeeld
(dynamiek en evenwicht + invloed mens op systeem Aarde)
D Interactie
● D1: Moleculaire interactie/regulatie → gebied van gezondheid en voedselproductie
(genregulatie en interactie met (a)biotische factoren)
● D2: Cellulaire interactie → gebied van gezondheid (celcommunicatie en interactie met
(a)biotische factoren)
● D5: Interactie in ecosystemen → gebied van duurzaamheid en voedselproductie
(relaties tussen populaties en ecosystemen (voedselrelaties en interactie met
(a)biotische factoren))
E Reproductie
● E3: Reproductie van het organisme → gebied van energie, gezondheid en
voedselproductie (op welke wijze eigenschappen worden overgedragen + op welke
wijze reproductie van prokaryoten en eukaryoten verloopt (voortplanten en erfelijke
eigenschappen))
F Evolutie
● F1: gebied van gezondheid en voedselproductie → (op welke wijze variatie in populaties
tot stand komt (DNA, mutatie, genetische variatie, recombinatie en populatie))
● F2: Soortvorming → gebied van gezondheid en wereldbeeld (populatie, variatie,
selectie en soortvorming)

https://www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-biologie-vwo-2023/2023/f=/biologie_vw
o_versie_2_2023.pdf

,B Zelfregulatie
B1 Eiwitsynthese
Binas tabellen: 67H2, 70A, 71,

DNA
DNA en RNA zijn nucleïnezuren. Ze bevatten het erfelijk materiaal van organismen. DNA
bestaat uit twee strengen die samen een dubbele helix vormen. De strengen zijn opgebouwd
uit nucleotiden die bestaan uit een fosfaatgroep, een suikermolecuul (deoxyribose) en een
stikstof base (adenine (A), thymine (T), cytosine (C) of guanine (G)). De complementaire
stikstof basen, ook wel basenparen, (A→T en C→G) zijn met elkaar verbonden via H-bruggen.
RNA is hetzelfde opgebouwd als DNA met als verschil dat het het suikermolecuul ribose bevat
en de stikstof base uracil (U) in plaats van thymine (T). Eukaryote DNA-moleculen worden in
de celkern verstevigd en beschermd door speciale eiwitten → histonen. Acht histonen vormen
een bolletje waar een deel van het DNA-molecuul omheen rolt; dit geheel is een nucleosoom.
Nucleosomen koppelen aan elkaar en vormen chromatidedraden. Deze spiraliseren verder tot
chromatine. Zo is een DNA-molecuul in chromosomen verpakt. Mitochondria in dieren
bevatten cirkelvormige moleculen mitochondriaal DNA (mtDNA) en chloroplasten in planten
bevatten chloroplast DNA. Wanneer er eiwitsynthese plaats moet vinden wordt het gen in het
DNA dat codeert voor het eiwit afgelezen en gekopieerd met complementaire basen. De
matrijsstreng wordt hierbij afgelezen en de streng die gevormd wordt is een streng RNA die
messenger RNA (mRNA) heet. De aflezing en vertaling van het mRNA gebeurt op de
ribosomen. Deze bestaan uit ribosomaal RNA (rRNA) en eiwitten. Het rRNA kan binden aan het
mRNA. tRNA koppelt de aminozuren aan elkaar tijdens de translatie van het mRNA. Naast
genen bevat DNA ook niet-coderende delen. In deze delen komen vaak herhalingen van korte
DNA-sequenties voor → repetitief DNA.
Het bepalen van de nucleotidenvolgorde van DNA heet sequencen. Enkelstrengs DNA
wordt dan vermeerdert met een PCR. Bij de PCR-methode worden primers (korte stukjes
complementair DNA) aan de DNA-strengen gebonden en daarvandaan worden de nieuwe
strengen gevormd. Deze PCR bevat normale deoxyribosenucleotiden en
dideoxyribosenucleotiden (ddNTP). Als de ddNTP’s worden ingevoegd bij de DNA
vermeerdering dan stopt de ketengroei. De verschillende ddNTP’s fluoresceren in
verschillende kleuren en met analyse via gelelektroforese en capillaire elektroforese kan de
nucleotidenvolgorde van het oorspronkelijke DNA-fragment achterhaald worden.
Restrictie-enzymen zijn enzymen die bacteriën gebruiken als verdediging tegen
bacteriofagen. Het knipt dubbelstreng DNA op een bepaalde manier door, zodat het op het
genetisch materiaal van een virus geplakt kan worden. Deze methode wordt door mensen
vaak toegepast bij genetische modificatie of gentherapie. Er worden dan specifieke genen
ingebouwd in plasmiden (cirkelvormig DNA van bacteriën) om gewenste eigenschappen
samen te stellen.

Eiwitsynthese
Het aflezen en kopiëren van DNA naar mRNA heet transcriptie. Hierbij wordt de
template/matrijsstreng van het DNA afgelezen en wordt de basenvolgorde van het mRNA
hetzelfde als de coderende streng van het DNA (met de vervanging van base T voor base U):
1. RNA-polymerase bindt 25 basenparen voor het gen bij de promotor
2. RNA-polymerase schuift langs het DNA in 3’ → 5’ richting, waardoor de
RNA-nucleotiden in de 5’ →3’ volgorde gekoppeld worden.

, 2. Al tijdens de transcriptie wordt aan het 5’-einde een guanine-nucleotide met CH3
groep verbonden (de 5’-cap). Dit maakt het stabieler en speelt een rol bij vervoering en
starten van de translatie.
3. Bij mRNA van eukaryoten worden introns verwijderd: delen die niet coderen voor een
eiwit. Dit heet splicing. De overblijvende exons, delen die wel coderen, koppelen
aaneen. Door alternatieve splicing kan één gen meerdere mRNA’s opleveren,
afhankelijk van de exonen die in het definitieve RNA terechtkomen.

Het aflezen en de vertaling van het mRNA naar een bepaalde aminozuurvolgorde. Hierbij
worden elke keer drie basen tegelijk afgelezen → tripletcode/codon.
1. Met de 5’-cap (5’-UTR uiteinde) bindt mRNA aan het kleine deel van het ribosoom in
het cytoplasma. Dit deel schuift in 5’ →3’ richting langs het mRNA tot het startcodon.
2. tRNA met gekoppeld aminozuur koppelt met zijn anticodon aan het codon dat
afgelezen wordt, waarna het grote deel van het ribosoom aan het complex bindt.
3. Een nieuwe tRNA bindt aan het codon ernaast, waarna het grote deel van de ribosoom
het aminozuur van de eerste tRNA losbindt en verbindt aan het tweede aminozuur. De
aminozuren binden aan elkaar door middel van een peptidebinding.
4. Het eerste deel van de polypeptideketen vormt een adreslabel voor verdere bewerking
aan het ruw ER (endoplasmatisch reticulum). Een signaalherkenningsmolecuul (SHM)
bindt aan dit deel (translatie stopt tijdelijk) en koppelt aan een receptor op het ruw ER
boven een eiwitpoort. De SMH wordt dan verwijderd en translatie wordt voortgezet.
5. Wanneer het stopcodon bereikt wordt bindt een ontkoppelingseiwit aan het mRNA,
waarna het mRNA en de polypeptideketen loskoppelen van het ribosoom.
De polypeptideketens gaan in transportblaasjes van het glad ER naar het Golgi-systeem waar
ze verder afgewerkt worden. De ruimtelijke structuur wordt in vier niveaus beschreven:
1. Primaire structuur: volgorde van de aminozuren.
2. Secundaire structuur: vorming van een α-helix (spiraalvorm) of een β-plaat (heen en
weer gevouwen lange keten). Deze ontstaat door H-bruggen.
3. Tertiaire structuur: 3D-structuur die tot stand komt door bindingen tussen
restgroepen van de aminozuren (bijv. H- en S-bruggen en vanderwaals).
4. Quartenaire structuur: meerdere polypeptideketens vormen samen een
eiwit/proteïne.
Eiwitten hebben een specifieke ruimtelijke structuur nodig om te werken. De functies van
eiwitten zijn: structuur geven, transporteren, katalyseren, beweging, afweer, communicatie,
opslag, reguleren en zintuiglijk waarnemen.


B2 Stofwisseling van de cel
Binas tabellen: 68, 69, 75, 78, 79, 89B

Homeostase
Bacteriën zijn eencellige prokaryote organismen → organismen die geen celkern hebben. Ze
hebben één groot cirkelvormig DNA in het grondplasma en meerdere kleine cirkelvormige
DNA-moleculen (plasmiden). Bacteriën kunnen plasmiden uitwisselen. Er bestaan zowel
heterotrofe als autotrofe bacteriën. Als bescherming hebben ze een celwand en een
eiwitkapsel. Met lange eiwitdraden (flagellen) kunnen bacteriën zich voortbewegen. De
flagellen bevatten soms nog kleine draden → ciliën. Eukaryote organismen zijn organismen
die wel een celkern hebben. Dieren, planten en schimmels zijn eukaryote organismen.

Eukaryote cellen bestaan uit verschillende organellen:

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper emmabalestreri17. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 82191 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49
  • (0)
  Kopen